•
Buig het papier en maak er een rechte stapel van voordat u het in
de printer plaatst.
•
Gebruik geen papier dat u zelf op maat hebt gesneden of geknipt.
•
Gebruik nooit papier van verschillend formaat, gewicht of soort
in dezelfde papierbron.
•
Controleer of alle papierformaten en papiersoorten op de juiste
wijze zijn ingesteld in de menu's op het bedieningspaneel van de
printer.
•
Bewaar het papier volgens de aanbevelingen van de fabrikant.
Informatie over storingsnummers
en -locaties
Als er een storing optreedt, wordt op het display een bericht
weergegeven waarin de locatie van de storing wordt vermeld. U kunt
de papierstoring alleen oplossen door al het vastgelopen papier in
de papierbaan te verwijderen.
5
6
4
1
3
2
Gebied Storingsnummer
Oplossing
1
200-239
Open de zijklep en verwijder het
vastgelopen papier.
2
24x
Open de zijklep van de opgegeven
lade en verwijder het vastgelopen
papier.
3
250
Verwijder al het papier uit de univer-
seellader en verwijder het vastge-
lopen papier.
6
Gebied Storingsnummer
Oplossing
4
400-403, 460-461 Open de horizontale transpor-
teenheid en verwijder het vastge-
lopen papier.
5
431-458
Druk op de knop om de finisher of de
mailbox naar rechts te schuiven, open
de klep van de finisher of mailbox en
verwijder het vastgelopen papier.
Open de klep van de nietjeshouder,
6
455
verwijder de nietcassette en
verwijder de vastzittende nietjes.
200 Vastgelopen papier
1
Open de zijklep van de printer.
LET OP—HEET OPPERVLAK: De binnenkant van de
printer kan heet zijn. Laat een oppervlak eerst laten
afkoelen voordat u het aanraakt om letsel te voorkomen.
2
Pak het vastgelopen papier stevig vast en trek het voorzichtig uit
de printer.
Opmerking: Zorg dat alle papierstukjes zijn verwijderd.
3
Sluit de zijklep van de printer.
4
Raak Doorgaan, storing verholpen aan op het
bedieningspaneel van de printer.