VOOR HET WERK
De maaihoogte instellen
WAARSCHUWING: Bij het instellen van de
maaihoogte kunt u in aanraking komen met een
bewegend mes. Dit kan ernstig letsel veroorzaken.
•
Zet de motor uit en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
•
Plaats uw vingers niet onder de maaikast als u de
maaihoogte instelt.
Er zijn 7 maaihoogte-instellingen, van 13 tot 60 mm.
Trek de hendel opzij uit de inkeping om de maaihoogte
te wijzigen.
•
Trek de hendel terug om de maaihoogte
te vergroten.
•
Duw de hendel naar voren om de maaihoogte
te verkleinen.
Laat de hendel los als de machine de gewenste
maaihoogte heeft en zorg ervoor dat de hendel stevig
is vergrendeld in een van de groeven.
Kies de maaihoogte altijd naargelang de
werkomstandigheden. Voorkom overbelasting van de
motor en verstopping door geen lang gras te maaien
met een lage maaihoogte. U zult hoog gras in twee
keer moeten maaien.
(Zie fi g. 8)
Fig. 8
+
-
Terreinen zonder gras
Als u een terrein zonder gras wilt oversteken, moet u de
motor afzetten en de machine op de hoogste maaistand
zetten om het maaimechanisme te beschermen.
(Zie fi g. 8)
Bedieningsorganen
WAARSCHUWING: Onjuist onderhoud, gebruik van
ongeschikte reserveonderdelen of verwijdering of
aanpassing van de bedieningskabel(s) kan ernstig en
dodelijk letsel tot gevolg hebben.
BELANGRIJK: Om beschadiging van de kabel te
voorkomen, mag u de toerentalregelaar alleen
gebruiken terwijl de motor draait.
Probeer alle bedieningshendels een paar keer en
controleer of de kabels onbelemmerd kunnen
bewegen. Controleer of de motorstopbeugel en de
koppelingsbeugel van de rijaandrijving onbelemmerd
terugkeren naar hun ruststand als u deze loslaat.
(Zie fi g. 9)
Fig. 9
Fig. 10
Vóór het maaien
Om ongelukken te vermijden, moet u het terrein
grondig controleren en alle voorwerpen verwijderen
die bij contact met het mes gevaarlijke projectielen
kunnen worden. Controleer het terrein op verborgen
obstakels die bij contact met het mes een risico voor
de gezondheid en de veiligheid kunnen vormen of
schade kunnen toebrengen aan de maaimachine.
Onthoud waar deze obstakels zich bevinden en
maai eromheen.
(Zie fi g. 10)
14