CONFIGURATIE
Schema van de motor
OPMERKING: Maak de bougiekabel los voordat u
onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
WAARSCHUWING: Onjuist onderhoud, gebruik van
ongeschikte reserveonderdelen of verwijdering of
aanpassing van de motor kan ernstig en dodelijk letsel
tot gevolg hebben.
(Zie fi g. 4)
Carter met olie bijvullen
BELANGRIJK: De maaimachine wordt geleverd zonder
olie in het carter. Vul het carter met olie voordat u de
motor start.
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Verwijder de peilstok door de dop linksom te
draaien en eruit te trekken.
3. Giet langzaam ongeveer ¾ van de inhoud van het
oliecarter in de vulbuis.
4. Wacht ongeveer 3 minuten tot de olie in de motor
gezakt is.
5. Veeg de peilstok met een schone doek schoon.
6. Steek de peilstok volledig in de vulbuis en
verwijder de peilstok.
Fig. 4
1.
Uitlaatscherm
4
5
2.
Olievuldop en peilstok
3
6
3.
Startkoord
4.
Brandstoftank en vuldop
5.
Motorkap
2
6.
Luchtfi lter
7
7.
Bougie en bougiekabel
1
7.
Lees het oliepeil af van de peilstok.
• Als het peil op de peilstok te laag staat, giet dan
voorzichtig een kleine hoeveelheid olie in de
vulbuis, wacht 3 minuten en herhaal stap 3 tot en
met 5 totdat de peilstok het juiste peil aangeeft.
• Als het oliepeil op de peilstok te hoog is, tapt u
de overtollige olie af tot de peilstok het juiste
oliepeil aangeeft; zie Onderhoud van de olie.
(Zie fi g. 5)
8. Plaats de peilstok weer stevig op zijn plaats.
BELANGRIJK: Als het oliepeil in het motor te hoog
of te laag is en u laat de motor toch draaien, kunt u
deze beschadigen.
Motorolietype
Motoroliecapaciteit
Olieviscositeit
API-onderhoudsclassifi catie
Fig. 5
1.
Vol
2.
Hoog
3.
Laag
12
0,55 liter
SAE 30 of SAE
10W-30 reinigingsolie
SJ of hoger