Dimactor uit de
5 BIJLAGE
5.1 Spaarlampen (ESL) dimmen
5.1.1 Algemeen
Normaal in de handel verkrijgbare energiespaarlampen zijn niet dimbaar tenzij deze
uitdrukkelijk als dimbaar worden gekenmerkt.
Daarbij kunnen zowel fabrikant- als typeafhankelijke verschillen worden vastgesteld.
Vooral bij een koude lamp zijn er verschillen wat betreft inschakellichtsterkte en
inschakelmogelijkheid.
Hoewel de ESL-modus van de Theben-dimmer rekening houdt met de karakteristieke
eigenschappen van dimbare energiespaarlampen, dient men op een aantal punten te letten.
• Een parallelschakeling van ESL is in principe mogelijk, hoewel wordt aanbevolen
alleen lampen van hetzelfde type parallel aan een kanaal te gebruiken.
• Het maximumvermogen per apparaat is 2 x 60 W of 1x 100 W
• Het minimumvermogen per kanaal is 7 W
• Bij snel omlaagdimmen (bijv. inschakelen geparametreerd, dimwaarde van 100% naar
15 % ) kan kort flikkeren ontstaan, ook bij „warme" lampen.
• Lichtsterktes van minder dan 15% kunnen flikkeren veroorzaken en hebben net zoals
in-/uitschakelingen negatieve gevolgen voor de levensduur van de lamp.
• Bij het gebruik van automatische schakelaars (bewegings-/aanwezigheidsmelders)
moet de minimale inschakelduur van een ESL binnen op niet <5 min en buiten op niet
<10 min worden ingesteld om de levensduur van de lamp niet negatief te beïnvloeden.
Om dimbare ESL probleemloos te kunnen dimmen, biedt de Theben-dimmer een
speciale modus die via de parameter Belastingkeuze dimbare energiespaarlamp kan
worden geselecteerd.
In deze modus wordt ook rekening gehouden met de verschillende karakteristiek
vergeleken met de gloeilamp, d.w.z. de relatie tussen het ingestelde percentage en de
afgegeven lichtsterkte gerelateerd aan de maximale lichtsterkte.
Stand: Jan-11 (wijzigingen voorbehouden)
-serie DMG 2 S
theben
Pagina 42 van 55