2
Plaats de lens op het toestel
door de witte
uitlijnmarkeringen op de lens
en de camera tegenover
elkaar te houden.
• Houd de camera met de lensvatting
omlaag gericht zodat er geen stof in
de camera kan dringen.
3
Duw de lens licht tegen de
camera aan, draai de lens
naar rechts todat deze in de
vergrendelde positie klikt.
• Het is belangrijk dat u de lens recht
op de camera zet.
Opmerkingen
• Bij het bevestigen van de lens, mag u de lensontgrendelingsknop niet indrukken.
• Oefen bij het bevestigen van de lens geen grote kracht uit.
• De Montage-adapter (los verkrijgbaar) is nodig bij gebruik van een Montagestuk
A-lens (los verkrijgbaar). Raadpleeg de bij de Montage-adapter geleverde
gebruiksaanwijzing voor meer informatie.
x
De lens van het toestel halen
1
Druk de
lensontgrendelingsknop
helemaal in en draai de lens
linksom tot aan de aanslag.
NL
18
Witte uitlijnmarkeringen
Lensontgrendelingsknop