Instructies voor de gebruiker
5. HET GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
5.1
Glaskeramische plaat
Het toestel heeft twee kookzones met verschillende
diameters en vermogens.
De posities zijn duidelijk aangeduid door cirkels, en de
verwarming gebeurt enkel binnen de diameters die
aangeduid worden op de plaat. De stralingszones
worden na enkele seconden ingeschakeld, en de
verwarming wordt geregeld met de regelknop.
9
1
9
1
8
2
8
2
7
3
7
3
6
4
6
4
5
5
Om de kookzones in te schakelen stelt u de regelknop
op een positie in tussen 1 en 9.
De regeling is progressief, dus alle waarden tussen de
aangeduide cijfers kunnen gebruikt worden. De
controlelampen naast de draaiknoppen duiden de
restwarmte aan: ze lichten op wanneer de elektrische
platen 50°C overschrijden, en worden uitgeschakeld
wanneer ze onder die waarde dalen. Voor de reiniging
moet de paragraaf "6.2 Reiniging van de onderdelen
van de kookplaat" geraadpleegd worden.
130