Storingen in comfort
Problemen oplossen
TIP
Bij een (bedrijfs)storing moeten allereerst onder-
staande punten worden gecontroleerd:
Voorzichtig!
Werk achter afschermingen die zijn vastgezet met
schroeven mag uitsluitend worden uitgevoerd
door, of onder toezicht van, een gekwalificeerde
installateur.
Voorzichtig!
Als het herstel van de defecten gepaard gaat met
werkzaamheden binnen de vastgeschroefde afdek-
platen, moet de stroomtoevoer worden afgesloten
via de veiligheidsschakelaar.
LAGE KAMERTEMPERATUUR
•
Groeps- of hoofdzekering gesprongen
•
Mogelijk is de aardlekschakelaar uitgevallen.
•
Schakelaar (SF1) ingesteld op "0" of "
•
Automatische zekering (FC1) geactiveerd.
•
De temperatuurbegrenzer (FQ10) is geactiveerd. Als de
temperatuurbegrenzer is geactiveerd, moet de werking
van de circulatiepompen en kleppen van het systeem
worden gecontroleerd. Om te resetten drukt u op de knop
op de temperatuurbegrenzer als de temperatuur onder
80 °C is gezakt.
•
Circulatiepomp gestopt.
•
Lucht in de elektrische ketel of in het verwarmingssys-
teem.
•
De druk is te laag in het expansievat.
•
De vermogensregeling of een externe regeleenheid kan
de vermogensafgifte hebben geblokkeerd.
SLECHTE CIRCULATIE.
•
Eventuele circulatiepomp draait stationair.
16
Hoofdstuk 6 | Storingen in comfort
".
24
21
3
ON
O F F
18
6
15
9
12
NIBE ELK 213