Elektrische aansluiting
Voorzichtig!
Alle elektrische aansluitingen moeten door een
erkende elektricien worden uitgevoerd.
De elektrische installatie en de bedrading moeten
worden uitgevoerd conform de geldende voor-
schriften.
De klimaateenheid moet spanningsloos zijn als de
ELK 213 wordt geïnstalleerd.
ELK 213 moet worden geïnstalleerd op klemmenstrook X1
via een werkschakelaar met minimaal 3 mm schakelafstand.
Het elektrische schema vindt u aan het eind van deze instal-
lateurshandleiding.
Elektrische aansluiting - versies
F1345
Voor de elektrische aansluiting van de F1345 zijn er verschil-
lende versies, afhankelijk van wanneer de warmtepomp ge-
produceerd is. Kijk voor de elektrische aansluiting die van
toepassing is voor uw F1345 naar de aanduiding "2.0" boven
de rechterkant van de klemmenstrook, zoals op de afbeel-
ding.
Als de ELK 213 extern moet worden aangestuurd, moeten
de kabels tussen X8:1-X8:6, X8:2-X8:7 en X1:N1-X1:N2 wor-
den verwijderd. Daarnaast moet de kabel tussen X8:3-X8:5
worden verwijderd, zodat hij loopt tussen X8:3-X8:9.
10
Hoofdstuk 4 | Elektrische aansluiting
F1345 2.0 / F1355
Klemmenstroken X1 en X8 in de ELK 213 zijn aangesloten op
de klemmenstroken X5, X7 en X8 op de ingangsprint AA101
in de warmtepomp, zoals te zien is op de afbeelding.
-FC1
X5
-AA101
-AA101
-AA101
-AA101
-X3
-X4
-X5
-X6
L2 L3
1 2 3
1 2 3 4 5 6 7 8 9
1 2 3 4 5 6 7 8 9
N
L1
L N
L L L N N N
L
QN10
X5
1
2
3
4
5
6
Warmtepomp
Värmepump
ELK 213
ELK 213
X1
N1
N2 L1
L2 L3
PE
-AA101
-AA101
-AA101
-X7
-X8
-X9
X7
X8
-AA101
-X10
1 2 3 4
1 2 3
1 2 3
1 2 3 4 5
N
PE
L N PE
C
K1
K2 K3
C NO NC
C NO NC
A B
K4
-AA3-X7
GP16
X7
X8
1
2
3
4
1
2
3
X8
1
2
3
4
5
6
7
8
9
N
NIBE ELK 213
6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
A B
A B
13 14
0-10V
-GP16