Inhoudsopgave Inhoudsopgave Aanwijzingen bij het handboek ........................3 Veiligheid ..............................4 Gebruikte aanwijzing en symbolen ....................4 Beoogd gebruik ..........................5 Beoogd gebruik ..........................5 Doelgroep / personeelskwalificatie ....................5 ...
Voor schade die ontstaat door het niet in acht nemen van het handboek aanvaardt Busch- Jaeger geen aansprakelijkheid. Als u meer informatie nodig heeft of vragen heeft over het apparaat, wendt u zich tot Busch- Jaeger of bezoekt ons op internet: www.busch-jaeger.nl/freeathome Producthandboek 2CKA002273B9189 │3...
Toch bestaan er restrisico's. Om gevaren te vermijden, dient u de veiligheidsinstructies te lezen en op te volgen. Voor schade die ontstaat door het niet in acht nemen van de veiligheidsinstructies aanvaardt Busch-Jaeger geen aansprakelijkheid. Gebruikte aanwijzing en symbolen De volgende aanwijzingen wijzen op bijzondere gevaren in de omgang met het apparaat of...
Ieder gebruik dat niet wordt genoemd in Hoofdstuk 2.2 “Beoogd gebruik“ op pagina 5 geldt als niet beoogd en kan leiden tot letsel en materiële schade. Busch-Jaeger is niet aansprakelijk voor schade die door niet beoogd gebruik van het apparaat ontstaat. Het risico draagt uitsluitend de gebruiker / exploitant.
Veiligheid Veiligheidsinstructies Gevaar – Elektrische spanning! Elektrische spanning! Levensgevaar en brandgevaar door elektrische spanning van 100 … 240 V. Bij direct of indirect contact met spanningsgeleidende delen ontstaat een gevaarlijke doorstroming van het lichaam. Elektrische schok, brandwonden of de dood kunnen het gevolg zijn. Uitsluitend erkende elektrotechnische installateurs mogen werkzaamheden ■...
Veiligheid Milieu Denk aan de bescherming van het milieu! Oude elektrische en elektronische apparaten mogen niet bij het huishoudelijke afval worden gegooid. – Het apparaat bevat waardevolle grondstoffen die kunnen worden hergebruikt. Geef het apparaat daarom af bij een verzamelpunt voor afgedankte apparatuur.
Opbouw en functie Opbouw en functie Afb. 1: Productoverzicht [1] Inbouwsokkel sensoreenheid 1-voudig (sensor voorgemonteerd) [2] Inbouwsokkel sensoreenheid 2-voudig (sensor voorgemonteerd) [3] Afdekraam (niet bij levering inbegrepen) [4] Bedieningswip (niet inbegrepen bij levering) Het apparaat is een sensoreenheid voor decentrale inbouwmontage. De sensoreenheid kan aan een bestaande schakelaktor worden toegewezen.
Opbouw en functie Levering De levering bestaat alleen uit de inbouwsokkel [1 of 2] met voorgemonteerde sensor. Deze moet nog worden aangevuld met een bijpassende bedieningswip [4] en een afdekraam [3]. Opmerking Afhankelijk van de toepassing kunnen bedieningswippen met verschillende ■...
Aanwijzingen voor de planning en toepassing van het systeem vindt u in het ® systeemhandboek voor Busch-free@home . Het handboek kunt u downloaden van www.busch-jaeger.de/freeathome. Opmerking Zender en ontvanger communiceren radiogestuurd. De reikwijdte is afhankelijk van de bouwkundige situatie. Muren of plafonds vooral met stalen bekisting of metalen bekleding beperken de reikwijdte.
Aansluiting en inbouw Veiligheidsinstructies Gevaar – Elektrische schok door kortsluiting! Levensgevaar door elektrische spanning van 100 … 240 V bij kortsluiting op de laagspanningsleiding. – Laagspannings- en 100 … 240 V-kabels mogen niet samen in een inbouwdoos worden gelegd! – Let bij de montage op een ruimtelijke scheiding (>...
Aansluiting en inbouw Inbouw in apparaat Opmerking De apparaten zijn voorbereid voor inbouwdoosmontage in combinatie met de bijbehorende draagring. De apparaatsokkel is al in de draagring geplaatst. Om het apparaat te monteren, gaat u als volgt te werk: Opmerking Sensor moet vóór de montage van de inbouwsokkel worden afgetrokken! Opmerking Let op correcte bedrading! 1.
Pagina 16
Aansluiting en inbouw 6. Steek de afdekking (met gemonteerde sensor) op de inbouwsokkel. Let daarbij op de juiste positie van de sensorverbinding [1]. Afb. 8: Montage sensor Producthandboek 2CKA002273B9189 │16...
Inbedrijfname Inbedrijfname Het apparaat wordt in bedrijf genomen via de webinterface van het System Access Point. Er wordt van uitgegaan, dat de basale stappen voor de inbedrijfname van het totale systeem reeds zijn uitgevoerd. Algemene kennis over de basisfuncties van de inbedrijfnamesoftware van het systeem wordt verondersteld.
Inbedrijfname Koppeling van Wireless-apparaten met het System Access Point Draadloze free@home-apparaten moeten eerst aan het System Access Point worden gekoppeld, voordat ze in een project kunnen worden gebruikt. Tijdens de koppeling wisselen de apparaten een veiligheidscodering uit. Na de koppeling vindt de communicatie tussen de apparaten gecodeerd plaats en zijn ze vast verbonden met het System Access Point.
Inbedrijfname 5. Controleer aan de hand van het serienummer of alle geïnstalleerde apparaten zijn gevonden. Wanneer een apparaat niet is gevonden, reset u het apparaat naar de fabrieksinstellingen en start u een nieuwe scancyclus. Mogelijke redenen voor niet gevonden apparaten: Het apparaat bevond zich niet in de programmeermodus.
Inbedrijfname Apparaten toewijzen en kanalen vastleggen De op het systeem aangesloten apparaten moeten worden geïdentificeerd, d.w.z. ze worden aan de hand van hun functie toegewezen aan een ruimte en krijgen een naam met een duidelijke betekenis. De toewijzing gebeurt met de apparaatfunctie op de webbased user interface van het System Access Point.
Pagina 21
Inbedrijfname Afb. 11: Pop-upvenster met bijpassende apparaten Identificatie Het apparaat kan via het serienummer worden geïdentificeerd. Identificatie via serienummer Afb. 12: Identificatie via serienummer Vergelijk het serienummer en de korte ID op het identificatielabel dat op het ■ apparaatschema is geplakt met de nummers en ID's in de lijst. Identificeer zo het gezochte apparaat en eventueel het gezochte kanaal.
Pagina 22
Inbedrijfname Naam vastleggen Afb. 13: Naam vastleggen 1. Wijs een eenvoudig te begrijpen naam toe waarmee de toepassing later moet worden weergegeven, bijvoorbeeld "Tipschakelaar woonkamer". 2. Druk op het vinkje rechtsonder. De invoer wordt toegepast. Opmerking De apparaatinstellingen worden via de webinterface van het System Access Point aangepast.
Inbedrijfname Instelmogelijkheden per kanaal Voor ieder kanaal moeten algemene instellingen en speciale parameterinstellingen worden ingevoerd. De instellingen worden aangepast via de toewijzingsfunctie op de webinterface van het System Access Point. Apparaat kiezen Afb. 14: Apparaat kiezen 1. Kies het apparaatsymbool [1] op de plattegrond op het werkblad. Alle instelmogelijkheden voor het betreffende kanaal worden in de lijstweergave [2] weergegeven.
Inbedrijfname 6.3.1.1 Parameterinstellingen sensoreenheid 2-voudig Sensorinstellingen Als bij 1/1-voudig. Er worden echter twee bedieningswippen (linker en rechter bedieningswip) in de lijstweergave getoond. Bedieningswipinstellingen Als bij 1/1-voudig. Er worden echter de instellingen voor twee bedieningswippen (linker en rechter bedieningswip) uitgevoerd. Producthandboek 2CKA002273B9189 │25...
Inbedrijfname Verknopingen: De via de toewijzingsfunctie aangemaakte sensoren en aktoren kunnen nu met elkaar worden verbonden. Daarmee kunnen eenvoudige uitschakelingen of wisselschakelingen worden gerealiseerd. De verknoping gebeurt met de verknopingsfunctie op de webinterface van het System Access Point. Opmerking Bij voorgeprogrammeerde apparaten (schakelaktoreenheden) wordt automatisch een verbinding tussen aktor en sensor gemaakt, omdat deze in één apparaat verenigd zijn.
Inbedrijfname 6.4.2 Aktor met nog een sensor verknopen Afb. 19: Aktor met nog een sensor verbinden 1. Kies op het werkblad de tweede sensor [1] die met de aktor moet worden verbonden. 2. Kies de aktor [2] die door de sensor moet worden bediend. 3.
Voor bedieningswippen (bedieningstoetsen) zijn omvangrijke toepassingen beschikbaar. Opmerking De levering bestaat alleen uit de elektronicasokkel. Deze moet nog worden aangevuld met een bijpassende bedieningswip en een afdekraam. Meer informatie over de mogelijke schakelaarprogramma's vindt u in de elektronische catalogus (www.busch-jaeger-catalogus.nl). Producthandboek 2CKA002273B9189 │29...
Onderhoud Onderhoud Het apparaat is onderhoudsvrij. Bij beschadiging, bijvoorbeeld bij transport of opslag, mogen geen reparaties worden verricht. Als het apparaat wordt geopend, vervalt de aanspraak op garantie! Het apparaat moet toegankelijk zijn om een correcte werking, keuring, visuele controle, onderhoud en reparaties mogelijk te maken (volgens DIN VDE 0100-520).
Index Index A O Aansluiting en inbouw ............12 Onderhoud ................30 Aansluitschema's ............14, 15 Opbouw en functie ..............8 Aansprakelijkheid ..............3 P Aanwijzingen bij het handboek ..........3 Apparaat kiezen ..............23 Parameterinstellingen Apparaat toevoegen ............20 sensoreenheid 1-voudig ..........24 Apparaatoverzicht ..............