Een stempelinstelling opslaan
4.
Sla de stempel op
Klik op Opslaan overschrijven (Save overwrite) op het tabblad Instellingen opslaan (Save settings).
Als u de stempel onder een andere naam wilt opslaan, typt u een nieuwe naam in het vak Naam
(Title) en klik u op Opslaan (Save).
Klik op OK in het bevestigingsbericht.
5.
Voltooi de instellingen
Klik op OK. Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) wordt opnieuw geopend.
De opgeslagen naam wordt weergegeven in de lijst Stempel (Stamp).
Een stempel verwijderen
1.
Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) in het dialoogvenster Stempel/
Achtergrond (Stamp/Background)
Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend.
2.
Selecteer de stempel die u wilt verwijderen
Selecteer de naam van de stempel die u wilt verwijderen van de lijst Stempels (Stamps) op het
tabblad Instellingen opslaan (Save settings). Klik vervolgens op Verwijderen (Delete).
Klik op OK in het bevestigingsbericht.
3.
Voltooi de instellingen
Klik op OK. Het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/Background) wordt opnieuw geopend.
Lehekülg 251 / 658
Naar boven