Na een geslaagde kalibratie worden alle data opgeslagen. Om die weer te geven drukt u vanuit
de NaCL-meetstand op de GLP-toets. Het instrument zal de NaCl-informatie weergeven:
kalibratiedatum, tijd en offset.
INSTELLINGEN
In het instellingenmenu kunt u enkele meetparameters weergeven en indien nodig aanpassen.
Er zijn algemene instellingen die gelden voor alle parameters en er zijn enkele
parameterspecifieke instellingen.
ALGEMENE PARAMETERS
Beschrijving
Select profile
bekijk, selecteer of voeg een
profiel toe
Log interval
tijdsinterval voor automatisch
loggen
Backlight
niveau achtergrondverlichting
Contrast
contrastniveau
Auto Light Off
tijd vooraleer achtergrondver-
lichting automatisch uitgescha-
keld wordt
Auto Power Off
tijd vooraleer instrument auto-
matisch uitgeschakeld wordt
Date/time
datum/tijd
Time format
tijdformat
Date format
datumformat
Language
taal
Beep ON
biepgeluid
Instrument ID
identificatienummer instrument 0000 tot 9999
Baud rate
snelheid seriële communicatie
Meter information algemene informatie
SPECIFIEKE PARAMETERS
Beschrijving
Calibr, Timeout
aantal dagen na kalibratie-
(EC, NaCl)
waarschuwing
Out cal range
waarschuwing kalibratie
check (EC range
buiten bereik op scherm
only)
instelbare waarden
5, 10, 30 s, 1, 2, 5,
10, 15, 30, 60, 120,
180 min.
0 tot 7
0 tot 20
1, 5, 10, 30 min.
uit, 5, 10, 30,
60 min.
01.01.2006 tot
12.31.2099
00:00 tot 23:59
AM/PM of 24 u
DD/MM/YYYY
MM/DD/YYYY
YYYY/MM/DD
YYYY-MM-DD
3 talen
aan of uit
600, 1200, 2400,
4800, 9600
Geldige waarde
uit, 1 tot 7 dagen
aan of uit
Standaard
Uit (manueel)
4
10
1
30
01.01.2006
24 u
YYYY/MM/DD
English
uit
0000
9600
Standaard
uit
aan