Koelvloeistof
Controleren van het koelvloeistofniveau
1. Plaats de scooter op een vlakke on-
dergrond en houd hem verticaal.
OPMERKING:
_
G
Het koelvloeistofniveau moet worden
gecontroleerd terwijl de motor koud is,
temperatuurverschillen zijn namelijk
van invloed op het niveau.
G
Zorg dat de scooter rechtop staat bij
het controleren van het koelvloeistof-
niveau. Wanneer de scooter iets
schuin staat, kan het koelvloeistofni-
veau al foutief worden afgelezen.
_
2. Verwijder stroomlijnpaneel A. (Zie
pagina 6-5 voor de werkwijze bij het
verwijderen en aanbrengen van het
stroomlijnpaneel.)
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
DAU01808*
1
ZAUM0274
1. Dop van koelvloeistofreservoir
3. Controleer het koelvloeistofniveau in
het reservoir.
OPMERKING:
_
Het koelvloeistofniveau moet tussen de
merkstrepen voor minimum- en maximum-
niveau staan.
_
4. Open de reservoirdop, vul koelvloei-
stof bij tot de merkstreep voor maxi-
mumniveau en sluit de reservoirdop
weer als de koelvloeistof bij of bene-
den de merkstreep voor minimumni-
veau staat.
Inhoud koelvloeistofreservoir:
0,25 L
LET OP:
_
G
G
G
_
_
Verwijder
vuldop nooit terwijl de motor nog heet
is.
_
6-8
Als er geen koelvloeistof voorhan-
den is, gebruik in plaats daarvan
dan gedistilleerd water of zacht lei-
dingwater. Gebruik geen hard water
of zout water, hierdoor kan de mo-
tor worden beschadigd.
Wanneer water werd gebruikt in
plaats van koelvloeistof, ververs
dan zo snel mogelijk met koelvloei-
stof, anders wordt de motor onvol-
doende
gekoeld
en
koelsysteem niet beschermd tegen
bevriezing en corrosie.
Als water aan de koelvloeistof is
toegevoegd, vraag dan zo snel mo-
gelijk een Yamaha dealer het anti-
vries
percentage
van
koelvloeistof te controleren, anders
zal de koelvloeistof minder effectief
zijn.
WAARSCHUWING
de
koelvloeistofradiator-
DC000080
is
het
6
de
DW000067