Pagina 2
INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN ..........5 LEES ALLE INSTRUCTIES VOORDAT U HET APPARAAT GEBRUIKT..5 Veiligheidsberichten..................5 Opmerkingen bij brandbaar koelmiddel ............6 GELEVERDE ONDERDELEN............20 ALGEMENE INFORMATIE ............22 Modelinformatie..................22 Onderdelen en afmetingen .................23 Bedieningsonderdelen ................26 Bedieningspaneel..................27 Typisch installatievoorbeeld ................28 Cyclusdiagram.....................29 Bedradingsschema ..................30 INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN ........33 Voorwaarden waarmee rekening moet worden gehouden bij het installeren van de buitenunit ..............33 Minimale werkruimte..................33...
Pagina 3
INHOUDSOPGAVE Meterinterface ...................76 Centrale controller..................77 Tank voor sanitair warm water..............78 Tankkit voor sanitair warm water ..............81 Zonnewarmtekit..................83 Droog contact .....................85 Externe controller - Programmeerbare digitale invoer instellen ....87 Draadloze temperatuursensor..............88 Zonnepomp....................90 Externe pomp .....................91 Wi-fi-modem ....................92 Energiestatus .....................93 Digitale invoer voor energiebesparing (ESS, Smart Grid) ......94 Tweewegklep .....................95 Driewegklep(A) ...................96 Laatste controle ..................97...
Pagina 4
INHOUDSOPGAVE Connectiviteit - Externe warmtebron ............158 Connectiviteit - Energy-state..............159 OVERZICHT INSTELLINGEN ..........160 Controleer lijst voordat u begint te werken..........160 Inbedrijfstelling..................162 Stroomschema inbedrijfstelling ..............162 Probleemoplossing ...................163 BIJLAGE .................170...
Pagina 5
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN LEES ALLE INSTRUCTIES VOORDAT U HET APPARAAT GEBRUIKT. De volgende veiligheidsvoorschriften zijn bedoeld om onvoorziene risico's of schade door onveilig of verkeerd gebruik van het product te voorkomen. Veiligheidsberichten Dit symbool wordt weergegeven om zaken en handelingen aan te geven die risico's kunnen veroorzaken. Lees het gedeelte met dit symbool zorgvuldig door en volg de instructies om risico's te vermijden.
Pagina 6
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Opmerkingen bij brandbaar koelmiddel De volgende symbolen worden op de toestellen getoond. Dit symbool geeft aan dat dit apparaat een brandbaar koelmiddel gebruikt. Als het koelmiddel lekt en blootgesteld wordt aan een externe ontstekingsbron, treedt er brandgevaar op. Dit symbool geeft aan dat de handleiding aandachtig moet wordt gelezen.
Pagina 7
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • Gebruik een stroomonderbreker of zekering van de juiste waarde. - Er is brandgevaar of kans op stroomstoten. • Wijzig of verleng de stroomkabel niet. - Vermijd het risico van brand of elektrische schok. • Installeer, verwijder, verander, inspecteer en onderhoud, repareer of herinstalleer de eenheid niet zelf (klant).
Pagina 8
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • Raak gelekt koelmiddel niet rechtstreeks aan. - Er bestaat risico op bevriezing. • Koper dat in contact komt met koelmiddelen moet zuurstofvrij of gedesoxideerd zijn, bijvoorbeeld Cu-DHP zoals gespecificeerd in EN 12735-1 en EN 12735-2. • De nationale gasvoorschriften moeten worden nageleefd. •...
Pagina 9
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • Flexibele koelmiddel aansluitingen (zoals verbindingslijnen tussen het binnen- en buitendeel) dat tijdens normaal gebruik kan worden verplaatst, moeten worden beschermd tegen mechanische beschadiging. • Zorg voor de nodige veiligheidsvoorzieningen. • Laat koudemiddel niet in de riolering terechtkomen. • Pijpleidingen moeten worden beschermd tegen fysieke schade. •...
Pagina 10
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • Bewaar of gebruik geen ontvlambare gassen of brandbare stoffen in de buurt van de buitenunit. (vooral in de veiligheidszone) - Er bestaat risico op brand of defecten aan het apparaat • Gebruik het toestel niet in een kleine, afgesloten plaats gedurende een lange periode.
Pagina 11
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • Schakel de hoofdstroom 6 uur voordat u het product in gebruik neemt in om de compressorolie vloeibaar te maken. - Anders kan de compressor beschadigd raken. • Raak elektrische onderdelen niet aan gedurende 10 minuten nadat dehoofdstroomvoorziening uitgeschakeld is. - Er bestaat risico op fysiek letsel, elektrisch schok.
Pagina 12
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Veiligheid bij het opslaan van het product • Volg alle plaatselijke voorschriften en vereisten voor productopslag. • Bewaar de producten op plaatsen die niet zijn blootgesteld aan brandgevaar en uit de buurt van warmte- en ontstekingsbronnen. • Verwijderd houden van brandbare materialen. •...
Pagina 13
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • Er mogen in geen geval mogen potentiële ontstekingsbronnen worden gebruikt bij het zoeken of detecteren van koelmiddellekken. Er mag geen halogenidebrander (of een andere detector met een open vlam) worden gebruikt. Methodes voor lekkagedetectie De volgende methodes voor lekkagedetectie worden gezien als acceptabel voor systemen die ontvlambare koelmiddelen bevatten.
Pagina 14
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Verwijdering en evacuatie Als u het koelmiddelcircuit open maakt om te kunnen repareren – voor een ander doel – moet u gebruik maken van conventionele procedures. Voor ontvlambare koelmiddelen is het echter belangrijk dat u de beste werkwijzen volgt aangezien ontvlambaarheid altijd overwogen moet worden.
Pagina 15
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Laadprocedures Naast conventionele laadprocedures, moet er aan de volgende voorwaarden voldaan worden. - Zorg ervoor dat de verschillende koelmiddelen niet worden verontreinigd bij het bijvulllen van het apparaat. Slangen of leidingen moeten zo kort mogelijk worden gehouden om de hoeveelheid koelmiddel die erin zit te minimaliseren.
Pagina 16
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Cilinders moeten uitgerust zijn met een overdrukventiel en gekoppelde afsluitkleppen die in goede staat zijn. Lege terugwinningscilinders worden weggebracht en, indien mogelijk, afgekoeld voordat terugwinning plaats vindt. De terugwinningsapparatuur moet in goede staat zijn, met instructies inzake de apparatuur in de buurt en moet geschikt zijn voor de terugwinning van ontvlambare koelmiddelen.
Pagina 17
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN LET OP Installatie • Blijf waterpas, zelfs wanneer u het apparaat installeert. - Om trillingen of waterlek te voorkomen. • Twee of meer personen moeten de eenheid optillen en vervoeren. - Vermijd persoonlijk letsel. • Installeer de unit niet in mogelijk explosieve atmosferen. •...
Pagina 18
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Bij het installeren van het product • Ventilatieopeningen in bezette ruimten moeten worden gesloten nadat er lucht is vrijgekomen. Automatische ventilatieopeningen moeten worden afgesloten met een dop. Als gelekt koelmiddel in de waterkringloop terechtkomt, mag het gas niet automatisch vrijkomen in de leefruimte.
Pagina 19
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN • Sta niet of zet niets op de eenheid. - Er is gevaar voor persoonlijk letsel en defect aan het product. • Gebruik een stevige kruk of ladder tijdens het schoonmaken of onderhoud van de eenheid. - Wees voorzichtig en vermijd persoonlijke letsels. •...
Pagina 20
Installatiehandleiding Eenheid binnen (1Sheet) Nstallatiehandleiding Installatievel voor de eigenaar Tapeindbout (gebruikt meer dan M8) (Eenvoudig) Aansluitingskabel (Gebruikt bij het installeren van een LG Back-up verwarming) DOOS BUITEN EENHEID Item Afbeelding Aantal stuks Item Afbeelding Aantal stuks Spanband Eenheid buiten Afvoerdop...
Pagina 21
GELEVERDE ONDERDELEN Installatiegereedschappen Figuur Naam Figuur Naam Schroevedraaier Ohmmeter Elektrische boor Ampèremeter Lekdetector Meetlint, mes (Geschikt voor R290) Thermometer, Kernboormachine Horizontale meter Steeksleutel Tangen Momentsleutel Brandblusser...
Pagina 22
ALGEMENE INFORMATIE Modelinformatie Aanvullende informatie over alle mogelijke combinaties, inclusief energielabels en ErP- gegevensbladen, vindt u op de volgende website: https://www.lg.com/global/support/cedoc/cedoc OPMERKING Zoek op die website naar de modelnaam van de buitenunit. Bedrijfsconditie - Maximale bedrijfstemperatuur van het water : 75 °C - Minimale bedrijfstemperatuur van het water : 15 °C...
Pagina 23
ALGEMENE INFORMATIE Onderdelen en afmetingen Binnenunit (eenheid : mm) * Deze functie kan verschillen afhankelijk van het type model. Beschrijving Naam Opmerkingen Montage afstandsbediening Ingebouwde afstandsbediening Paneelassemblage, voorkant SGMCD1 M08 ESSENTIE WIT PCM Basisassemblage, binnen PCB en klemmenblokken Afdekking ABS VORM...
Pagina 25
ALGEMENE INFORMATIE Buitenunit : Intern (eenheid : mm) Beschrijving Naam Opmerkingen Compressor Druk van het koelmiddel verhogen Vinnenpijp Warmtewisselaar Warmte-uitwisseling tussen koelmiddel en lucht. Ventilator Circuleren van de lucht. Besturingskast Printplaat en aansluitblokken.
Pagina 26
ALGEMENE INFORMATIE Bedieningsonderdelen Besturingseenheid Beschrijving Naam Opmerkingen De hoofdprintplaat (Printed Circuit Board) regelt de werking Hoofd PCB van het toestel en de aangesloten accessoires.
Pagina 27
ALGEMENE INFORMATIE Bedieningspaneel Venster bedieningsdisplay Vorige-knop Aan/uit-knop OK-knop Omhoog/omlaag/ links/rechts Venster bedieningsdisplay - Statusdisplay bediening en instellingen - Beginscherm: Toon 'monitoringscherm' Vorige-knop - Andere gevallen: Naar vorige fase gaan - Navigeren binnen menu en instellingsopties Omhoog/omlaag/links/rechts - Waarden wijzigen - Menu openen OK-knop - Instellingen bevestigen - Warmtepomp in-/uitschakelen...
Pagina 28
Wi-Fi-modem Mengventiel Flexibele aansluiting Afsluitklep Magneetschakelaar Thermostaat Waterafvoer Drukreduceer Afdekplaat ※ Ga voor meer installatiescènes naar http://partner.lge.com/ of neem contact op met uw lokale LG kantoor. Selecteer regio → Doc. Bibliotheek → (Product) Verwarming → Toepassingsgids → Referentietekening voor toepassing...
Pagina 29
ALGEMENE INFORMATIE Cyclusdiagram : Verwarmingsinlaat : Koeling <De zijde van het water> : Verwarmingsuitlaat <De zijde van het koelmiddel> : Verwarming <Buitenunit> <Binnenunit> 4-Weg V/V Druksensor Drukschakelaar Controleer V/V Koellichaam Druksensor EEV1 EEV2 Comp Druksensor Stromingssensor PHEX IHEX Toebehoren Water zeef Pump Ventilatieopening...
Pagina 30
ALGEMENE INFORMATIE Bedradingsschema Interne Eenheid...
Pagina 31
ALGEMENE INFORMATIE Buiten Eenheid : Eenfasig (Ø)
Pagina 32
ALGEMENE INFORMATIE Buiten Eenheid : Driefasig (Ø)
Pagina 33
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN De buitenunit wordt buiten geïnstalleerd om warmte uit te wisselen met de omgevingslucht. Het is daarom belangrijk om te zorgen dat er genoeg ruimte is rond de externe eenheid en te zorgen voor specifieke externe condities. Dit hoofdstuk geeft richtlijnen om de eenheid buiten te installeren, een omleiding te maken om aan te sluiten op de eenheid binnen en wat men moet doen wanneer het apparaat wordt geïnstalleerd bij de zee.
Pagina 34
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN Veiligheidszone Aangezien de buitenunit ontvlambaar koelmiddel bevat, moet er een aparte veiligheidszone worden ingesteld in de buurt van de buitenunit. LET OP Wees zeer voorzichtig voor de veiligheidszone • Er mogen geen gebouwopeningen zijn. (ramen, deuren, dakramen, enz.) •...
Pagina 35
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN Grondinstallatie in een hoek met muur aan de linkerkant (eenheid : mm) 1 000 1 800 Grondinstallatie in een hoek met muur aan de rechterkant (eenheid : mm) 1 000 1 800...
Pagina 36
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN Installatie bij de zee LET OP • Eenheid mag niet worden geïnstalleerd in gebieden waar corrosieve gassen, zoals zuur of alkalisch gas, worden geproduceerd. • Installeer de eenheid niet op een plek waar het direct kan worden blootgesteld aan zeewind (zoute wind).
Pagina 37
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN Seizoenswind en voorzorgsmaatregelen in de winter - Voldoende voorzorgsmaatregelen zijn vereist in een gebied met sneeuw of strenge winters, zodat het product goed kan blijven functioneren. - Bereid u voor op seizoensgebonden stormen of sneeuw gedurende de winter, zelfs als dat elders is.
Pagina 38
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN Vervoeren van de eenheid - Leid bij het dragen van de hangende unit de touwen tussen de poten van het basispaneel onder de eenheid. - Til het apparaat altijd op met touwen bevestigd op vier punten, zodat er geen impact op het apparaat wordt uitgeoefend.
Pagina 39
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN LET OP Wees zeer voorzichtig tijdens het dragen van het product. • Laat niet één persoon een product vervoeren als het meer is dan 20 kg. • PP-banden worden gebruikt om sommige producten in te pakken. Gebruik ze niet als transportmiddel, omdat ze gevaarlijk zijn.
Pagina 40
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN Ondergrond voor installatie - Controleer de sterkte van de installatieondergrond en of deze waterpas staat, zodat de unit geen trillingen of geluid veroorzaakt tijdens de werking na installatie. - Maak de unit stevig vast middels de funderingsbouten.
Pagina 41
INSTALLATIE VAN EENHEID BUITEN INSTALLATIE VAN EENHEID BINNEN De binnenunit moet worden geïnstalleerd in een ruimte waar zowel de buitenunit als het verwarmingssysteem gemakkelijk toegankelijk zijn. In dit hoofdstuk worden condities voor de installatieplek beschreven. Verder worden ook overwegingen bij het installeren van accessoires van derden beschreven.
Pagina 42
INSTALLATIE VAN EENHEID BINNEN Bevestiging aan muur Stap 1. Gemarkeerd loslaten van zes schroeven. LET OP Gebruik een platte schroevendraaier of een muntstuk om de behuizing van de afstandsbediening te verwijderen. Stap 2. Open het deksel van de beugel en maak de connector van de afstandsbediening los. Beugelafdekking Stap 3.
Pagina 43
INSTALLATIE VAN EENHEID BINNEN Stap 4. Hecht het “Installatieblad” aan de wand en markeer de locatie van de bouten. Dit blad helpt bij het vinden van de juiste locatie van de bouten. Tapeindbout (gebruikt meer dan M8) LET OP Het bijgevoegde "Installatieblad" moet horizontaal zijn. Indien niet, zal de steunplaat en de eenheid binnen niet correct worden bevestigd.
Pagina 44
ELEKTRISCHE BEDRADING ELEKTRISCHE BEDRADING Algemene overwegingen en waarschuwingen - Volg de regelgeving van uw overheidsorganisatie op voor technische normen met betrekking tot elektrische apparatuur, bedradingsvoorschriften en richtlijnen van elk elektriciteitsbedrijf. WAARSCHUWING • Zorg ervoor dat geautoriseerde elektrotechnici het elektrische werk uitvoeren met speciale circuits in overeenstemming met de voorschriften en deze installatiehandleiding.
Pagina 45
ELEKTRISCHE BEDRADING Algemene opmerkingen Men moet het volgende in ogenschouw nemen voordat men begint met de bedrading van de eenheid binnen. - Door het veld geleverde elektrische componenten zoals stroomschakelaars, circuitbrekers, draden, einddozen et cetera dient men goed te kiezen om te voldoen aan nationale wetgeving over elektriciteit of regelgeving daarover.
Pagina 46
ELEKTRISCHE BEDRADING Punt van aandacht inzake de kwaliteit van de openbare elektrische stroomtoevoer - Europese/Internationale Technische Normen voor het stellen van grenzen voorvoltageveranderingen, voltagefluctuaties en flikkeringen in publieke lag- voltagestroomvoorzieningssystemen voor apparaat met een nominale spanning ≤ 75 A. - Europese/Internationale Technische Normen voor het stellen van grenzen voor harmonische spanningen geproduceerd door apparatuur die aangesloten is op publieke lag-voltage systemen met een ingangsspanning ≤16 A of >75 A per fase.
Pagina 47
ELEKTRISCHE BEDRADING Voorzorgsmaatregelen bij het leggen van de bedrading Gebruik ronde drukterminals voor aansluitingen op het klemmenblok voor voeding. Stroomdraad Rond drukeindpunt Volg de onderstaande aanwijzingen als er geen andere beschikbaar zijn. - Sluit geen kabels van verschillende dikte op het klemmenblok voor voeding aan. (Slaphangende gedeelten in de voedingskabels kunnen abnormale verhitting veroorzaken.) - Ga te werk zoals in de onderstaande afbeelding aangegeven bij het aansluiten van kabels van gelijke dikte.
Pagina 48
ELEKTRISCHE BEDRADING Voer de elektrische bedradingen uit volgens het bedradingsschema. - De volledige elektrische bedrading moet aan de plaatselijke voorschriften voldoen. - Kies een stroombron die in staat is de stroom te leveren die nodig is voor de unit. - nstalleer tussen de voedingsbron en de unit een goedgekeurde lekstroomverbreker. Installeer bovendien een stroomverbreker die indien nodig de verbinding met alle voedingsleidingen verbreekt.
Pagina 49
ELEKTRISCHE BEDRADING Specificatie van draden en stroomonderbrekers Modelnaam Max. Stroomkabel Stroomvoorziening Stroomonderbreker Kabelspecificatie (Koper) huidige (incl. Aarde) 380-415V HM163HF 16.1 A 16 A 2.5 mm x 5C H07RN-F 50 Hz 380-415V HM143HF 16.1 A 16 A 2.5 mm x 5C H07RN-F 50 Hz 380-415V...
Pagina 50
ELEKTRISCHE BEDRADING Elektrische aansluitingen bij buitenunit Stap 1. Demonteer het zijpaneel en het deksel van de bedieningskast van de buitenunit Eenfasig (Ø), Driefasig (Ø) Aansluitblok voor voeding Kabeldoorvoer (communicatie) Kabeldoorvoer (voeding) Stap 2. Sluit de voedingskabel aan op de hoofdvoedingsklem De aardingskabel wordt aangesloten op de behuizing van de schakelkast waar het aardingssymbool gemarkeerd is.
Pagina 51
ELEKTRISCHE BEDRADING Driefasig (Ø) Communicatie kabel Buitenvoedingseenheid Kabeldoorvoer (communicatie) Kabeldoorvoer (voeding) Het niet opvolgen van deze instructie kan leiden tot brand, elektrische schokken of overlijden. • Zorg ervoor dat de stroomkabel de koperen buis niet raakt. • Zorg ervoor dat u [snoerklem] stevig vastzet om de aansluiting van de terminal te ondersteunen.
Pagina 52
ELEKTRISCHE BEDRADING Informatie eindblok Symbolen van de hieronder weergegeven afbeeldingen zijn als volgt : - L, L1, L2 : Live (230 V AC) - N: neutraal (230 V AC) - BR: Bruin, WH: Wit, BL: Blauw, BK: Zwart Eindblok 3 Eindblok 1 Eindblok 4 Eindblok 2...
Pagina 53
ELEKTRISCHE BEDRADING Communicatie kabel (28) (29) Hoofdprintklemmenblok bij buitenunit IDU B IDU A Stroomvoorziening binnenunit Externe stroomtoevoer 18 (L) 19 (N) (zelfde speciale stroomtoevoer voor de nheid binnen en de eenheid buiten) LET OP Gebruik een afzonderlijke communicatiekabel als de te overbruggen afstand groter is dan 40 m.
Pagina 54
WATERLEIDING WATERLEIDING Procedures voor waterslangen en elektrische bedrading bij de eenheid binnen worden in dit hoofdstuk beschreven. Verbinding waterslangen en watercircuit, laden van water, isolatie slangen zullen weergegeven worden voor procedures om slangen aan te brengen. Voor bedrading, aansluiting eindblok, aansluiten op de eenheid buiten, zal de bedrading van de elektrische verhitter worden ingeleid.
Pagina 55
WATERLEIDING Als men waterslangen aansluit, moet het volgende in ogenschouw genomen worden: - Buizenwerk (bijvoorbeeld elleboog in een L-vorm, T-stuk, diameterverminderaar et cetera) dient men stevig vast te draaien om te zorgen dat er geen lekken optreden. - Aangesloten delen dienen lekveilig te worden gemaakt door tefron tape, rubber draagring, dichtmakingsstoffen, et cetera.
Pagina 56
WATERLEIDING Hoe waterleidingen naar beneden installeren 1. Verwijder 2 bestaande rubberen leidingen Bestaande rubberen leidingen 2. Verander de richting van 2 messing koppelstukken 3. Installeer de geleverde kit met rubberen leidingen Geleverde onderdelen WAARSCHUWING Vergeet niet de meegeleverde klemmen te gebruiken om de rubberen leidingen vast te zetten, anders kan er water gaan lekken.
Pagina 57
WATERLEIDING Laden van water Voor het laden van water volgt u de onderstaande procedures. Stap 1. Open alle kleppen van het gehele watercircuit. Geleverd water dient alleen binnen de eenheid binnen te worden geladen, maar ook in het watercircuit onder de grond, het circuit van de sanitaire watertank, het FCU-watercircuit en alle andere watercircuits die door het product geregeld worden.
Pagina 58
WATERLEIDING Waterpompcapaciteit Het waterpomp ons variabele type dat de stroomsnelheid kan veranderen, waardoor het kan nodig zijn om de standaardsnelheid van de waterpomp te veranderen als er een geluid gehoord wordt door de waterstroming. In de meeste gevallen wordt echter sterk aanbevolen om de snelheid als Maxiumum in te stellen.
Pagina 59
WATERLEIDING Performance curve GRUNDFOS Waterpomp : UPML GEO 20 – 105 CHBL QH-diagram 100% Q [LPM] OH SUNG Waterpomp : ODM-061P QH-diagram 100% Q [LPM] Prestatietest gebaseerd op standaard ISO 9906 met voordruk 2.0 bar en vloeistoftemperatuur 20 °C. WAARSCHUWING •...
Pagina 60
WATERLEIDING Waterkwaliteit De waterkwaliteit moet voldoen aan de richtlijn EN 98/83 EG. De gedetailleerde waterkwaliteitsvoorwaarden zijn te vinden in de richtlijn EN 98/83 EG. LET OP • Als het product is geïnstalleerd op een bestaande hydraulische waterlus, is het belangrijk om hydraulische leidingen te reinigen om slib en kalkaanslag te verwijderen.
Pagina 61
WATERLEIDING Vorstbescherming door antivriesklep Informatie over de antivriesklep Dit is een klep om bevriezing in de winter te voorkomen. Wanneer er geen antivries aan het water wordt toegevoegd, kunt u op alle laagste punten van de veldleidingen antivrieskleppen gebruiken om het water uit het systeem af te tappen voordat het kan bevriezen. Installeren van de antivriesklep Om de veldleidingen te beschermen tegen bevriezing, installeer de volgende onderdelen: Buiten...
Pagina 62
WATERLEIDING OPMERKING • Maak geen trap-aansluitingen. Als de vorm van de verbindingspijp het potentieel heeft om een insluiting-effect te creëren, zal een deel van de pijp niet kunnen uitlekken en zal vorstbescherming niet langer gegarandeerd zijn. • Laat ten minste 15 cm afstand van de grond om te voorkomen dat ijs de wateruitgang blokkeert •...
Pagina 63
WATERLEIDING Watervolume en druk expansievat Er wordt een binnenexpansievat meegeleverd met een inhoud van 8 liter met een voordruk van 1 bar. Dit betekent dat, volgens de grafiek van de volumedruk, het totale watervolume van 230 liter standaard wordt ondersteund. Als het totale watervolume wordt gewijzigd vanwege de installatievoorwaarden, moet de voordruk worden aangepast om een goede werking te garanderen.
Pagina 64
Men moet opmerken dat dit hoofdstuk alleen gaat over accessoires van derden. Voor accessoires ondersteund door LG Electronics, verwijzen wij u naar de installatiehandleiding van de accessoires.
Pagina 65
INSTALLATIE ACCESSOIRES Item Doel Modelt Externe Voor het meten van de temperatuursen PHATS0 buitentemperatuur 3-wegklep Voor 3-weg debietregeling OSHA-3V Thermostatisch Voor het regelen van de OSHA-MV e mengkraan hoeveelheid warm water OSHA-MV1 Cloud-gateway Om bakenwolk te gebruiken PWFMDB200 Voor bediening op afstand van het Wi-Fi-modem systeem vanaf de smartphone te PWFMDD200...
Pagina 66
INSTALLATIE ACCESSOIRES LET OP • Installeer tijdens het koelen de afvoerpan. • Als deze niet geïnstalleerd is, kan er water worden gevormd. • Kijk in de afzonderlijke installatiehandleiding voor het installeren van de afvoerpan. Accessoires ondersteund door fabrieken van derden Item Doel Modelt...
Pagina 67
INSTALLATIE ACCESSOIRES Vóór de installatie WAARSCHUWING De volgende zaken moeten vóór de installatie worden bewaard • De hoofdvoeding moet uitgeschakeld worden tijdens het installeren van accessoires. • Accessoires van derden moeten voldoen aan de ondersteunde specificaties. • Voor de installatie moeten de juiste gereedschappen worden gekozen. •...
Pagina 68
INSTALLATIE ACCESSOIRES Algemene informatie De waterpomp ondersteunt volgende thermostaten. Type Vermogen Werkingsmodus Ondersteund Enkel verwarmen (3) Mechanisch (1) 230 V~ Verwarming/koeling (4) Verwarming / Koeling / SWW Verwarming (5) Enkel verwarmen (3) Elektrisch (2) 230 V~ Verwarming/koeling (4) Verwarming / Koeling / SWW Verwarming (5) (1) Er zit geen elektrisch circuit in de thermostaat en er is geen elektrische stroomvoorziening naar de thermostaat vereist.
Pagina 69
INSTALLATIE ACCESSOIRES Bekabelen van Verwarming / Koeling / SWW Verwarmingsthermostaat Volg de onderstaande procedures met stap 1 tot 3. Stap 1. Maak de voorklep van de unit los en open de schakelkast. Stap 2. Identificeer de vermogensspecificatie van de thermostaat. Als deze 220 ~ 230 V is, gaat u naar stap 3.
Pagina 70
INSTALLATIE ACCESSOIRES Laatste controle Instelling DIP-schakelaar: DIP-schakelaar instellen op nr. 8 naar “AAN”. Anders kan het apparaat de thermostaat niet herkennen. Afstandsbediening: - De tekst ‘Thermostaat’ wordt weergegeven op de afstandsbediening. - Alleen de instelling van de watertemperatuur is beschikbaar en de invoer van andere toetsen is verboden. - In het geval van een verwarming / koeling / SWW-verwarmingsthermostaat, selecteer ‘...
Pagina 71
INSTALLATIE ACCESSOIRES 2de circuit Het 2e circuit is een functie die de Circuit 1 die een hoge temperatuur vereist en de Circuit 2 die een gemiddelde temperatuur vereist afzonderlijk kan regelen, u moet een aparte Mengen Kit voorbereiden. De mengkit moet worden geïnstalleerd in de Circuit 2. [Installatiegids mengcircuit voor verwarming] Circuit 2 Convector...
Pagina 72
[Circuit 1] Direct Circuit Radiator Radiator OPMERKING • De locatie van de externe pomp kan variëren, afhankelijk van de instellingen van de installateur. • Temperatuursensorspecificatie: LG-accessoire PRSTAT5K10 bij 25 °C : 5 kΩ Minimale bedrijfstemperatuurbereik: -30 °C ~ 100 °C...
Pagina 73
INSTALLATIE ACCESSOIRES [Thermistor voor mengcircuit] Sensor Sensor houder Sensor Connector Volg onderstaande procedures Stap 1 ~ Stap 4. Stap 1. Installeer de sensorconnector op de uitlaatpijp van de waterpomp van de mixset. (Er moet worden gelast om de sensorconnector op de buis aan te sluiten.) Stap 2.
Pagina 74
INSTALLATIE ACCESSOIRES Het product kan worden gebruikt door een extra verwarmingsketel aan te sluiten. De boiler van derden kan handmatig worden in-/uitgeschakeld via de afstandsbediening of automatisch door de buitenluchttemperatuur te vergelijken met de vooraf ingestelde temperatuur. Alleen Bivalent- alternatieve werking is mogelijk. Als de ketel is ingeschakeld, moet hij werken met zijn eigen bediening.
Pagina 75
Stap 4. Sluit de controller van derden goed aan op klemmenblok 2(21/22). (inclusief de meterinterfacemodule) CN_MODBUS TB 2 CONTROLLER VAN DERDEN (DC 5 V) CONTROLLER van DERDEN of METERINTERFA CE(LG) Indoorprintplaat OPMERKING • Als CN_MODBUS-poort wordt gebruikt voor interlink met LG meetmodule, kan niet tegelijkertijd een controller van derden worden aangesloten.
Pagina 76
INSTALLATIE ACCESSOIRES Meterinterface Dit accessoire (PENKTH000) kan worden gebruikt om een wattmeter van derden (max. 3) met pulsingang of Modbus en één warmtemeter met pulsingang. Het verbruikte elektrische vermogen en/of de geproduceerde thermische energie wordt weergegeven op de afstandsbediening. Hoe de meterinterface te installeren [Onderdelen van meterinterface] Behuizing meterinterface Volg de onderstaande procedures met stap 1 tot 4.
Pagina 77
Meld u aan bij de centrale controller en registreer het apparaat met het ingestelde adres. Neem contact op met een gekwalificeerde technicus / technicus voor de installatie van een centrale regelaar. Als u vragen hebt over de installatie, neem dan contact op met het LG-servicecentrum of met LG Electronics.
Pagina 78
※ Raadpleeg de handleiding van de fabrikant van het warmwatertoestel voor gedetailleerde informatie over de aansluiting. WAARSCHUWING Het schema bevat niet alle benodigde veiligheidsvoorzieningen. Raadpleeg voor details de Hydronische schema's van de lokale LG vestiging. Algemene informatie volgende 3-wegsklep. Type...
Pagina 79
Koud water Ruimteverwarming ※ De plaats van de installatie van water in / water out kan variëren, afhankelijk van het model. WAARSCHUWING Het schema bevat niet alle benodigde veiligheidsvoorzieningen. Raadpleeg voor details de Hydronische schema's van de lokale LG vestiging.
Pagina 80
INSTALLATIE ACCESSOIRES Bekabelen van een hercirulcatiepomp Volg de onderstaande procedures met stap 1 tot 4. Stap 1. Controleer of de voeding van het apparaat is uitgeschakeld. Stap 2. Demonteer de voorpanelen en zoek de schakelkast (binnen) van het apparaat. Stap 3. Controleer of het harnas (wit) volledig in de printplaat van de binnenunit (CN_PUMP_A15) zit. Stap 4.
Pagina 81
INSTALLATIE ACCESSOIRES Tankkit voor sanitair warm water Dit accessoire (PHLTA/PHLTC) wordt gebruikt om een warmwaterboostverwarming aan te sluiten. De kit bestaat uit een aardlekschakelaar, een stroomonderbreker en interne draden. Hij bevat ook de warmwaterthermistor. Hoe een SWW-tankkit te installeren [Tankkit Onderdelen voor sanitair warm water] PHLTA / PHLTC Sensor Multikabelboom...
Pagina 82
INSTALLATIE ACCESSOIRES Hoe warmwaterboostverwarming aansluiten Als de LG tank [OSHW-x00F(D)] wordt gebruikt, zit er een boostverwarming in de tank. Stap 1. Open het deksel aan de zijkant van de tank. Stap 2. Zoek het klemmenblok en sluit de draden aan zoals hieronder. De draden worden door het veld geleverd.
Pagina 83
Dit product kan worden gebruikt door de thermische zonnekit op de site aan te sluiten. Er kan warm water worden gebruikt dat wordt verwarmd door een zonnesysteem. De eindgebruiker moet de LG AWHP-thermische zonnekit zijn. Hoe de thermische zonnekit te installeren...
Pagina 84
INSTALLATIE ACCESSOIRES PT1000 (van derden) ZONNE TEMP. THERMISCHE ZONNECOLLECTOR SENSOR ZONNEPOMP WARMWATER TANK HEET WATER THERMOSTATISCH TB_SENSOR_ZONNE MENGVENTIEL SENSOR (VERPLICHT) WARMWATER TB1 5 / 6 TANK (A) CN_TH4 VOELER BODEM VOELER BODEM VOELER BODEM WATERVOORZIENING WARMWATER WARMWATER WARMWATER STAD TANK (B) TANK (B) TANK (B) DIENSTKLEP...
Pagina 85
INSTALLATIE ACCESSOIRES Droog contact Een droogcontact is een oplossing voor automatische regeling van het HVAC-systeem naar goeddunken van de eigenaar. Kortm, het is een schakelaar die kan worden gebruikt om het apparaat in/uit te schakelen nadat het signaal van externe bronnen is ontvangen. Hoe een droogcontact te installeren [Onderdelen van een droogcontact] Lichaam droogcontact...
Pagina 86
[Instelling voor de ingang van het contactsignaakl] • Alleen voor sluiting van het invoercontact (geen stroominvoer) Dit gedeelte wordt niet meegeleverd met de Thermostaat LG (lokaal te voorzien) OPMERKING Voer het spanningssignaal niet in de instellingsmodus ‘NON VOLT’ in, anders zal het ernstige schade veroorzaken •...
Pagina 87
INSTALLATIE ACCESSOIRES Externe controller - Programmeerbare digitale invoer instellen Als u controle wilt hebben afhankelijk van de externe digitale ingang (AAN / UIT), sluit u de kabel aan op de binnenruimte PCB (CN_EXT). Volg de onderstaande procedures met stap 1 tot 4. Stap 1.
Pagina 88
INSTALLATIE ACCESSOIRES Draadloze temperatuursensor De draadloze temperatuursensor op afstand kan overal worden geïnstalleerd waar een gebruiker de temperatuur wil detecteren. Installatievoorwaarden De rol en beperking tijdens de installatie van de externe luchttemperatuursensor lijkt veel op die van de thermostaat. • De afstand tussen de binneneenheid en de externe luchttemperatuursensor moet kleiner zijn dan 15 m vanwege de lengte van de verbindingskabel van de externe luchttemperatuursensor.
Pagina 89
INSTALLATIE ACCESSOIRES Hoe de draadloze temperatuursensor te installeren [Onderdelen van de externe temperatuursensor] Kabel Schroef (voor het bevestigen Installatiehandleiding van de externe sensor) Volg de onderstaande procedures met stap 1 tot 5. Stap 1. Bepaal waar de externe temperatuursensor is geïnstalleerd. Bepaal vervolgens de locatie en hoogte van de bevestigingsschroeven in afb.
Pagina 90
INSTALLATIE ACCESSOIRES Zonnepomp Er kan een zonnepomp nodig zijn om de waterstroom te activeren wanneer het thermische zonnesysteem is geïnstalleerd. Bekabelen van een zonnepomp Volg de onderstaande procedures met stap 1 tot 4. Stap 1. Controleer of de voeding van het apparaat is uitgeschakeld. Stap 2.
Pagina 91
INSTALLATIE ACCESSOIRES Externe pomp Externe pomp (van derden) kan worden gebruikt als de interne pomp de systeemdrukverliezen niet kan overwinnen; als er een secundaire pomp nodig is (in geval van een parallel buffervat) of - als er twee verwarmingscircuits nodig zijn - als circuitpomp om het radiatorcircuit te voeden. Bekabelen van een externe pomp Volg de onderstaande procedures met stap 1 tot 3.
Pagina 92
INSTALLATIE ACCESSOIRES Wi-fi-modem De Wi-Fi-modem maakt bediening op afstand via de smartphone mogelijk. Beschikbare functies omvatten de aan/uit-selectie, gebruiksmodus, warmwaterbereiding, temperatuurinstelling en wekelijkse planning, enz. Raadpleeg de handleiding die is meegeleverd met de accessoires voor gedetailleerde instructies. Hoe de Wi-Fi-modem te installeren [Onderdelen van de Wi-Fi-modem] Behuizing Wi-Fi-modem USB-kabel...
Pagina 93
INSTALLATIE ACCESSOIRES Energiestatus Dit product versterkt energiestatussen waarmee klanten zoveel mogelijk van hun eigen duurzame energie kunnen gebruiken. Dit kan ingestelde punten verschuiven afhankelijk van het invoersignaal van ESS (Energie Storage System, energie-opslagsysteem) of van een ander toestel van een derde partij die gebruik maakt van Modubus RTU of Digitale 230V invoer. Beschikbare energiestatussen Er zijn 8 energiestatussen beschikbaar.
Pagina 94
INSTALLATIE ACCESSOIRES Digitale invoer voor energiebesparing (ESS, Smart Grid) Dit product levert twee digitale invoeren (TB_SG:ES1/ES2) die gebruikt kunnen worden voor het wisselen tussen energiestatussen als Modbus RTU (CN-COM) niet gebruikt wordt. Beschikbare energiestatussen Er zijn in totaal 8 energiestatussen beschikbaar. Vier verschillende statussen kunnne gestart worden met de 230V invoeren - standaard energiestatussen 1-4.
Pagina 95
INSTALLATIE ACCESSOIRES Tweewegklep De tweewegklep is vereist om de waterstroom tijdens het koelen te regelen. De rol van de tweewegsklep is om de waterstroom naar de vloerlus in de koelmodus af te sluiten wanneer de ventilatorconvector is uitgerust voor koeling. Algemene informatie ondersteunt volgende 2-wegsklep.
Pagina 96
INSTALLATIE ACCESSOIRES Driewegklep(A) 3-wegklep (A) is vereist om de SWW-tank te gebruiken. De driewegklep heeft als doel het schakelen tussen de vloerverwarmingslus en de verwarmingslus van de watertank. Algemene informatie volgende 3-wegsklep. Type Vermogen Werkingsmodus Ondersteund Stroom A tussen Stroom A en ‘Stroom B SPDT 220-240 V~ 3-draads...
Pagina 97
INSTALLATIE ACCESSOIRES Laatste controle Controlepunt Beschrijving - Controleer of de afsluitkleppen moeten worden gemonteerd Verbinding van waterinlaat/- met waterinlaat- en uitlaatpijp van de eenheid uitlaat - Controleer de locatie van de waterinlaat-/uitlaat waterleiding - Controleer de druk van het toegevoerde water aan de hand van de drukmeter in de eenheid.
Pagina 98
CONFIGURATIE CONFIGURATIE Omdat is ontworpen om te voldoen aan verschillende installatie-omgevingen, is het belangrijk om het systeem correct in te stellen. Als dit niet correct is geconfigureerd, kan een onjuiste werking of verminderde prestaties worden verwacht. Instelling DIP-schakelaar LET OP Schakel de elektrische voeding uit voordat u de DIP-schakelaar instelt •...
Pagina 99
CONFIGURATIE Informatie DIP-schakelaar Optie schakelaar 1 Beschrijving Instelling Standaard Als Master (LG-uitbreidingsmodules) MODBUS -communicatietype Als slaaf (controller van derden) Uniform open protocol MODBUS-functie Geen functie Er wordt geen antivriesmiddel gebruikt Antivriesmiddel Er wordt antivriesmiddelgebruikt * * Mogelijkheid om koudere watertemperatuur toe te staan door in te stellen.
Pagina 100
CONFIGURATIE Optie schakelaar 2 Beschrijving Instelling Standaard Warmtepomp is geïnstalleerd (alleen circuit verwarming (koeling)) Informatie over Warmtepomp accessoire-installatie + SWW-tank is geïnstalleerd Warmtepomp + SWW-tank + thermisch zonnesysteem is Enkel verwarmen Programma Verwarmen en koelen Elektrische verwarming wordt niet gebruikt Halve capaciteit wordt gebruikt De capaciteit van de reserveverwarming...
Pagina 101
CONFIGURATIE Buiten PCB SW1G UIT geselecteerd AAN geselecteerd...
Pagina 102
CONFIGURATIE Informatie DIP-schakelaar Beschrijving Instelling Standaard Modus altijd - Handhaaf de modus met laag geluidsniveau, zelfs als de doeltemp. lange tijd niet kan worden bereikt. Modus laag geluid Gedeeltelijke AAN / UIT-modus - Verlaat de modus met laag geluidsniveau als de doeltemp. lange tijd niet kan worden bereikt.
Pagina 103
CONFIGURATIE OPMERKING De ingangsstroomwaarde kan worden beperkt door de werking van de DIP-schakelaar. Modelnaam Piekregelingsmodus Lopende stroom (A) Chassis Fase (Ø) Capaciteit (kW) Stap 1 Stap 2 UN60B...
Pagina 104
SERVICE-INSTELLING SERVICE-INSTELLING Hoe service-instelling invoeren Om het menu te openen dat onderaan wordt weergegeven, moet u als volgt het service- instellingenmenu openen. • Druk in het menuscherm op de knop [<,> (links / rechts)] om de instellingscategorie te selecteren en druk op de knop [OK] om naar de lijst met instellingen te gaan. •...
Pagina 105
SERVICE-INSTELLING Service Contact Controleer en voer het telefoonnummer in van het servicecentrum dat de gebruiker kan bellen als er een serviceprobleem is. • Selecteer in de servicelijst het servicecontactpunt en druk op [OK] om naar het detailscherm te gaan. • Terwijl de knop "Bewerken" is geselecteerd, drukt u op de knop [OK] om naar het bewerkingsscherm te gaan, dit te wijzigen en op [OK] te drukken om het servicecontactpunt te wijzigen.
Pagina 106
Het moet worden ingesteld door de installatiespecialist met de installatielicentie en als het is geïnstalleerd of gewijzigd zonder installatielicentie, zijn alle veroorzaakte problemen de verantwoordelijkheid van het installatieprogramma en kan de LG-garantie vervallen. • Druk in het menuscherm op de [<,>(links/rechts)]-knop om de instelcategorie te kiezen en druk 3 seconden op [∧(omhoog)] om het wachtwoord in te voeren in invoerscherm van...
Pagina 107
INSTALLATEUR INSTELLING Installateurinstelling • U kunt de gebruikersfuncties van het product instellen. • Sommige functies worden mogelijk niet weergegeven/gebruikt in sommige productsoorten.
Pagina 130
Weersafhankelijk (Automodus) of Vast doel (Modus Warmte/Koelen) zijn mogelijk. Lucht Als voor deze regeling methode wordt gekozen, moet(en) de LG kamerluchttemperatuursensor(s) of LG afstandsbediening in referentiekamer(s) worden geplaatst. PQRSTA0 De omvormercyclus wordt rechtstreeks geregeld met behulp van de richttemperatuur van de ruimtelucht en de werkelijke kamertemperatuur.
Pagina 131
De mogelijke opties hangen af van de instelling 'Regeling methode'. De apparaten moeten in geschikte referentieruimtes worden geplaatst. Raadpleeg het hoofdstuk 'Accessoires installeren'. Als LG kamersensoren worden gebruikt, moet de sensor die Circuit 1 (Direct circuit) aanstuurt worden aangesloten op CN_ROOM en de sensor die Circuit 2 (Mengcircuit) aanstuurt op CN_LEAK_ROOM2.
Pagina 132
INSTALLATEUR INSTELLING Voorbeeld 2) - RS3(A) wordt gebruikt om beide niveaus te regelen (boven/radiatoren & beneden/vloerverwarming) inclusief installatie-instellingen. Deze afstandsbediening wordt ook gebruikt om de kamertemperatuur te meten van de begane grond (mengcircuit). Instellingen op RS3(A): Configuratie - Regeling methode: Lucht+Water Configuratie - Selecteer kamerapparaten - RMC gekoppeld aan: Circuit 1 &...
Pagina 134
INSTALLATEUR INSTELLING Configuratie - Externepomp Deze functie kan worden ingesteld om de externe waterpomp te regelen. Er zijn drie opties mogelijk, gerelateerd aan de locatie van de pomp. Gebruik Bij lange leidingen wordt de externepomp gebruikt om hoge drukverliezen te overwinnen of als secundaire pomp in combinatie met een parallel buffervat.
Pagina 135
Zowel de warmtepomp als de ketel kunnen worden gebruikt voor ruimteverwarming en Sanitairwater verwarming. Als de Bivalent-temperatuur wordt bereikt, neemt de ketel het volledig over en wordt de warmtepomp uitgeschakeld. NIET beheerd door LG Aangestuurd door LG Ruimteverwarming Lay-out 2 Keteluitgang = Alleen verwarmen DHW door warmtepomp gedeactiveerd (→...
Pagina 136
DHW door warmtepomp gedeactiveerd (→ DIP-schakelaar SW2/2&3) De ketel is aangesloten op het ruimteverwarmingscircuit en dekt de warmwatervraag het hele jaar door. De warmtepomp wordt alleen gebruikt voor ruimteverwarming boven de Bivalent- temperatuur. NIET beheerd door LG Aangestuurd door LG Ruimteverwarming OPMERKING In elk geval wordt de ketel niet actief geregeld.
Pagina 137
INSTALLATEUR INSTELLING Configuratie - Selecteer buiten lucht sensor De instelling bepaalt of de vooraf geïnstalleerde luchtsensor (gemonteerd op het rooster van de buitenunit) of een speciale buitensensor (aan de muur gemonteerd / accessoire) wordt gebruikt voor weersafhankelijke werking (Auto-modus). Het is sterk aanbevolen om een sensor met muurbevestiging te gebruiken - vooral wanneer de buitenunit blootstaat aan zonlicht.
Pagina 138
INSTALLATEUR INSTELLING Algemeen - Waterdebiet regeling Deze instelling bepaalt hoe de geïntegreerde watercirculatiepomp wordt geregeld. Selecteer de gewenste methode om de pomp te regelen en stel indien nodig de doelwaarde in. - Pompcapaciteit: De pomp werkt met de ingestelde capaciteit (10~100 %) - Constant waterdebiet: De waterpomp wordt automatisch geregeld om het ingestelde debiet te handhaven.
Pagina 139
INSTALLATEUR INSTELLING Algemeen - Antivriesoptie Deze instelling bepaalt het vorstbeschermingsniveau wanneer de afstandsbediening wordt uitgeschakeld. Instelling Opsporing Behuizing Operatie Buitentemp. < 0 °C EN Pomp altijd AAN Uitlaatwater temp. ≤ 20 °C Buitenluchttemp. Buitentemp. ≥ 0 °C EN Pomp altijd UIT Type1 Uitlaatwatertemp.
Pagina 140
INSTALLATEUR INSTELLING Algemeen - Booster heater aan-temperatuur. Afhankelijk van de plaatselijke klimaatomstandigheden is het nodig om de temperatuur te wijzigen waarbij de back-upverwarming wordt vrijgegeven. De backupverwarming werkt 'bivalent-parallel' aan de warmtepompcyclus. Dit betekent dat de temperatuur onder de ingestelde buitentemperatuur wordt vrijgegeven, maar dat deze alleen draait als de doeltemperatuur niet wordt bereikt door de cyclus.
Pagina 141
INSTALLATEUR INSTELLING Algemeen - Vloer- droging Deze functie wordt gebruikt om de temperatuur van een nieuw geïnstalleerd vloerverwarmingssysteem te verhogen. Het voorkomt dat het cement te snel wordt verhit en breekt. Na activering toont het hoofdscherm "Vloer- droging" en de stap die wordt uitgevoerd onderaan het scherm.
Pagina 142
INSTALLATEUR INSTELLING OPMERKING • Als de hoogste instelwaarde van de verwarmings LW-temperatuur 55 °C of lager is, wordt deze geforceerd ingesteld op 55 °C. Als de onderste grenswaarde van de LW- verwarmingstemperatuur 25 °C of hoger is, wordt deze geforceerd ingesteld op 25 °C. •...
Pagina 143
INSTALLATEUR INSTELLING Algemeen - Buffertank hysterese Als er parallel aan de warmtepomp een groot buffervat is aangesloten, kan er een aparte sensor worden aangesloten op PCB-aansluiting TB_SENSOR/BUFFER die de temperatuur aan de bovenkant van het vat of aan de uitlaatpijp meet. Vervolgens wordt de gewenste watertemperatuur (zoals ingesteld door de gebruiker of gedefinieerd door een weersafhankelijke functie) vergeleken met de temperatuur van het buffervat.
Pagina 144
INSTALLATEUR INSTELLING Circuit 1(2) - Kamerverwarming - Ingestelde temperatuur luchtverwarming - Deze instelling beperkt het luchttemperatuurbereik dat wordt toegepast op de verwarmingsmodus die de gebruiker handmatig kan instellen in de afstandsbediening (Regeling methode=Lucht of Lucht+Water; Modus=WARMTE). Circuit 1(2) - Kamerverwarming - Ingestelde temperatuur waterverwarming - Deze instelling beperkt het bereik van de watertemperatuur die wordt toegepast op de verwarmingsmodus die de gebruiker handmatig kan instellen in de afstandsbediening (Regeling methode=Water;...
Pagina 145
INSTALLATEUR INSTELLING Automatische modus - Weersafhankelijkeregeling Als de modus is ingesteld op Auto, wordt de doeltemperatuur aangepast aan de buitenluchttemperatuur. Deze manier van regelen is veel energiezuiniger dan de verwarmings- (koelings-) modus met een 01 02 vaste doeltemperatuur. Als 'Modus' is ingesteld op 'Verwarming & koeling', is het mogelijk om buitentemperaturen te definiëren waarbij de unit overschakelt van Verwarmen naar Uit naar Koelen en omgekeerd.
Pagina 146
INSTALLATEUR INSTELLING Sanitair warmwater - Sanitairwater temp. instelling De gewenste temperatuur voor warm water wordt door de gebruiker ingesteld in het hoofdscherm. ‘Warmwater ingesteld temperatuur bereik’ beperkt het instelbereik. Er moet rekening worden gehouden met het type en het volume van de tank en met het verbruik. Geval 1: 'DHW doeltemp.' lager ingesteld dan 'Compressor cyclus limiet temp.' In dit geval is de DHW temp.
Pagina 147
INSTALLATEUR INSTELLING Sanitair warm water - Thermische desinfectie Deze functie kan helpen voorkomen dat legionellabacteriën groeien. Het wordt aanbevolen om de functie te activeren als het warm water niet regelmatig wordt verbruikt. Om de bacteriën te doden, wordt een temperatuur van 70 °C of hoger aanbevolen. Hiervoor is het nodig om een elektrische boostverwarmer te installeren en te activeren.
Pagina 148
INSTALLATEUR INSTELLING Duur sanitair warmwater - Duur van warmwater opwarming Sanitair warmwater - Elektrische naverwarming warmwater De volgende instellingen kunnen worden gebruikt om de duur van de Sanitairwater verwarming en de Warmwater 'boosterheater' te beperken: - Duur sanitair warmwater - Duur van warmwater opwarming - Looptijd (min.): Maximale tijd hoelang Sanitairwater verwarming door warmtepompcyclus is geactiveerd, tot bedrijfsmodus terugkeert naar ruimteverwarming - Duur sanitair warmwater - Duur van warmwater opwarming - Stoptijd:...
Pagina 149
INSTALLATEUR INSTELLING Sanitair warmwater - Warmwater Recirculatietijd In dit menu kan de recirculatiepomp worden geactiveerd en het werkingspatroon worden gedefinieerd. OPMERKING De recirculatiepomp moet alleen worden gebruikt op momenten dat comfort echt nodig is. Als de pomp lange tijd wordt vrijgegeven, kan het energieverbruik sterk toenemen door warmteafvoer naar het gebouw en doordat de warmwatertank opnieuw moet worden verwarmd! Voorbeeld) 10 min Aan...
Pagina 150
INSTALLATEUR INSTELLING Zonnethermisch systeem - Zonnecollector werking gebied Zonnethermisch systeem - Zonnetank temp. limiet Solathermisch systeem - Solathermisch dT In principe start de zonnepomp als de Collectortemperatuur (TB_SENSOR/SOLAR) hoger is dan de temperatuur onderin het warmwatertoestel (CN_TH4/WATER TANK SENSOR(B)). Standaard start de pomp als de collector 8 graden warmer is en stopt hij als het nog maar 2 graden warmer is.
Pagina 151
INSTALLATEUR INSTELLING Service - Pomptestrun Test run' activeert de hoofdpomp gedurende 1 uur. Tijdens deze periode wordt de pomp met tussenpozen in- en uitgeschakeld om lucht uit de cyclus te verwijderen. Op basis van de instelling 'Configuratie/Externe pomp' wordt de Externepomp ook geactiveerd. De werking kan worden gestopt door op de aan/uit-knop op de afstandsbediening te drukken.
Pagina 152
INSTALLATEUR INSTELLING Service- - vorstbeschermingstemperatuur Een vorstbeschermingsfunctie voorkomt dat waterleidingen bevriezen. Als een van de buissensoren een temperatuur onder 4 °C (standaard) meet, worden de waterpomp en de backupverwarming ingeschakeld. De ontdooifunctie wordt geblokkeerd als de temperatuur van het uitgaande water daalt tot onder 4 °C (standaard) en zal pas starten als een temperatuur van 15 °C (standaard) wordt bereikt.
Pagina 153
INSTALLATEUR INSTELLING Connectiviteit - Modbus-adres (HEX) Met deze functie kan de warmtepomp worden bestuurd door externe apparaten. OPMERKING Om deze functie te gebruiken, moet DIP-schakelaar nr. 1 van SW1 worden ingestaceld op ON en nr. 2 op Uit. Modbus-geheugenkaart - Baud Rate : 9 600 bps - Stop Bit : 1 stop bit - Pariteit : Geen pariteit Registreer spoel (0x01)
Pagina 154
INSTALLATEUR INSTELLING Discrete registratie (0x02) Registratie Beschrijving Waarde verklaring 0 : Stromingswaarde ok / 10001 Status waterstroming 1 : Stromingswaarde te laag 10002 Waterpomp status 0 : Waterpomp UIT / 1: Waterpomp AAN 10003 Ext. Waterpomp status 0 : Waterpomp UIT / 1: Waterpomp AAN 10004 Status compressor 0 : Compressor UIT / 1: Compressor AAN...
Pagina 157
INSTALLATEUR INSTELLING Connectiviteit - CN_EXT In plaats van een extern droog contact kan de CN-EXT worden gebruikt om de warmtepomp door externe signalen te vergrendelen. Instelling Contact ingang Operatie * Opmerking Niet CN_EXT wordt niet gebruikt gebruiken In het geval van eenvoudige bediening is aan/uit Openen Werking “Uit”...
Pagina 158
INSTALLATEUR INSTELLING Connectiviteit - Externe warmtebron Ofwel de warmtepomp ofwel de ketel wordt gebruikt voor ruimteverwarming (Bivalent- alternatieve werking). Er zijn twee verschillende modi beschikbaar om te schakelen tussen warmtepomp en ketel: - Handleiding: De ketel wordt geactiveerd en gedeactiveerd door de gebruikersinstelling 'Functie/Externe warmtebron'.
Pagina 159
- bijvoorbeeld van PV-panelen. Er zijn twee opties om gebruik te maken van deze logica: - Modbus gebruiken: LG Energy Storage System (ESS) of een ander apparaat van derden wordt aangesloten via de seriële Modbus-lijn.
Pagina 160
Productinstallatie • Koudemiddellekkage is een ernstig gevaar. In geval van lekkage, Koudemiddel lekkage contacteer een gekwalificeerd installatiebedrijf van LG-airconditioning. • Tijdens het koelen kan er condens op de bodem van de binnenunit druppelen. Bereid in dit geval de ontwateringsbehandeling voor...
Pagina 161
OVERZICHT INSTELLINGEN Om de beste prestaties van te verzekeren, is het vereist om periodieke controle en onderhoud uit te voeren. Er wordt aanbevolen om de controlelijst een keer per jaar te volgen. LET OP Schakel de stroom uit voordat u verder gaat met onderhoud. Categorie Artikel Controlepunt...
Pagina 162
OVERZICHT INSTELLINGEN Inbedrijfstelling Te controleren voorafgaand aan de bedrijfsinstelling Controleer of er koelmiddellekkage is en controleer of de stroom- of transmissiekabel correct is aangesloten. Bevestig dat 500 V-megger 2,0 MΩ aangeeft ≤ of meer tussen de terminalblok van de stroomvoorziening en de grond. Niet bedienen in geval van 2,0 MΩ ≤ of minder. OPMERKING Voer nooit mega-ohm-controle uit op het bedieningspaneel van de terminal.
Pagina 163
OVERZICHT INSTELLINGEN Probleemoplossing niet goed werkt of als het niet begint te werken, controleer dan de volgende lijst. LET OP Schakel de stroom uit voordat u verder gaat met het oplossen van problemen. Kritieke Grote problemen Kleine problemen Optie probleem problemen / Fout Probleem dat de Problemen met...
Pagina 164
OVERZICHT INSTELLINGEN Probleemoplossing voor problemen tijdens het gebruik Probleem Reden Oplossing • Stel de doeltemperatuur correct in. • Het instellen van de doeltemperatuur is niet • Controleer of de temperatuur op water- of luchtbasis is. Zie correct.. "Afstandssensor actief" en "Temp. sensor selectie" •...
Pagina 165
Warmwatertank- ten) • Sensor storing sensor kapot • Elektrische of mechanische EEPROM-fout beschadiging van EEPROM • Vraag ondersteuning aan LG (Binnen-Printplaat) • BLDC waterpomp defect BLDC waterpomp • Probleem met waterpomp • Verkeerde aansluiting of beschadiging vergrendelen van het BLDC-type van de driverkabel •...
Pagina 166
OVERZICHT INSTELLINGEN Foutcode Titel Oorzaak van de fout Controlepunt • Controleer de actuele stroomsnelheid in de afstandsbediening (monitoring- scherm) • Controleer of er geen waterlekkage / lage druk is. • Debiet <= Minimaal debiet • Controleer of het filter of de waterlei- gedurende minstens 15 se- ding niet verstopt is en of de kleppen Fout in de flowsen-...
Pagina 167
OVERZICHT INSTELLINGEN Foutcode Titel Oorzaak van de fout Controlepunt • Storing van compressor • Blokkering van leiding CT 2 (Maximum • Ingangsoverstroom • Lage ingangsspanning • Koelmiddel, leidinglengte, verstopping... • Controleer CN_(L), CN_(N) Aansluiting • DC Link Voltage is hoger dan 420 V DC DC Link Voltage is •...
Pagina 168
OVERZICHT INSTELLINGEN Foutcode Titel Oorzaak van de fout Controlepunt • Slechte aansluiting van thermistorcon- • Open / Kort nector Probleem in tem- peratuursensor uit- • Slecht gesoldeerd • Defect van thermistorconnector laatpijp (Open/Kort) • Fout in intern circuit • Defect van buitenkaart (Omvormer) •...
Pagina 169
OVERZICHT INSTELLINGEN Foutcode Titel Oorzaak van de fout Controlepunt • EEPROM contact defect/verkeerde plaatsing EEPROM Check- • EEPROM-toegangsfout en • Verschillende EEPROM-versie sum onjuist SUM-controlefout • ODU-omvormer & hoofdprintplaat (as- semblage 1) beschadigd • Overbelasting (Beperking • Controleer de beperkingen van de buitenventilator, buitenventilator / afgeschermd / stro- afgeschermd, geblokkeerd)
Pagina 170
BIJLAGE BIJLAGE OPMERKING De sensorweerstandswaarde en de spanningswaarde aan beide uiteinden kunnen variëren afhankelijk van de omgevingstemperatuur en de waarde heeft een afwijking van 5%. Er kunnen enkele fouten optreden afhankelijk van de meetapparatuur. Ruimteluchttemperatuursensoren (NTC 10kOhm) Binnentemperatuur (°C) Weerstand (kΩ) Voltage (V) -10 °C 60 kΩ...
Pagina 172
BIJLAGE Aangesloten Stekker uit 0.5 ~ 3.5 V 5.0 V (± 5 %) (± 2 %) Controleer de spanning Controleer de spanning van de voeding OPMERKING Tussen pin 1 (bruin) en 3 (blauw) moet een voedingsspanning van 5 VDC staan. Meet de spanning tussen pin 2 (wit) en 3 (blauw) en vergelijk met bovenstaande tabel.
Pagina 173
LG Electronics Inc. Single Point of Contact (EU/UK) : LG Electronics European Shared Service Center B.V. Krijgsman 1, 1186 DM Amstelveen, The Netherlands Factory : LG Electronics Inc. 84, Wanam-ro, Seongsan-gu, Changwon-si, Gyeongsangnam-do, KOREA UK Importer : LG Electronics U.K. Ltd...