12.0 GEBRUIKERSINSTRUCTIES
WERKING
Onder de warmtewisselaar wordt gas verbrand d.m.v.
een atmosferische brander.
gestuurd door een dubbele gasklep via een elektronisch
branderrelais dat wordt aangestuurd door een externe
sturing, b.v. ruimtethermostaat en/of tijdklok.
De werking van het toestel is volledig automatisch met
behulp van een dergelijke externe sturing.
De brander wordt ontstoken door een vonkontsteking.
Als de brander is ontstoken wordt de warmtewisselaar
verwarmd.
Bij voldoende temperatuur wordt de
luchtventilator ingeschakeld.
verwarmingscyclus wordt de brander uitgeschakeld.
De luchtventilator blijft draaien totdat alle warmte uit
de warmtewisselaar is afgevoerd.
VEILIGHEID
1. Het eventueel ontbreken van de vlam wordt
gedetecteerd
door
onmiddellijk de gaskleppen worden gesloten.
2. Oververhitting
wordt
ingebouwde thermostaten.
maximaalthermostaat die het toestel beveiligt tegen
een te lage luchtstroom (verstopte toevoer, niet
draaiende ventilator).
kortstondig uitgeschakeld en weer ingeschakeld.
De tweede is een veiligheidsthermostaat, die op een
hogere temperatuur is afgesteld en die de brander
uitschakelt bij werkelijke oververhitting.
heeft geschakeld is een manuele reset noodzakelijk,
evenals van het branderrelais.
3. Indien zich hierbij problemen zouden voordoen,
aarzel dan niet uw installateur of distributeur te
raadplegen.
4. In de ruimte waar het toestel is geïnstalleerd moet
een normale atmosferische druk heersen.
wijziging aan het gebouw moet hiermee rekening
worden gehouden.
poorten of ramen moet vermeden worden. Andere
luchtbehandelingsinstallaties (bv. afzuiging) kunnen
een nadelige invloed uitoefenen op de werking van
de luchtverwarmer, vooral wanneer de toevoer van
de verbrandingslucht niet van buiten gebeurd.
5. Indien het toestel uitwendig deuken of andere
beschadigingen vertoont of wanneer de panelen
niet goed sluiten, uw installateur of distributeur
waarschuwen, voor nazicht op de luchtdichtheid.
ONTSTEKEN VAN DE LUCHTVERWARMER
1. Open de gastoevoerkraan
2. Schakel de elektrische voeding in
3. Controleer of de eventuele tijdschakelaar op 'AAN'
staan
4. Stel de ruimtethermostaat in op de gewenste
temperatuur.
De gasbrander wordt
Op het einde van de
de
vlamsonde,
waarna
voorkomen
door
De eerste is een
Hiermee wordt de brander
Als deze
Overmatige tocht via deuren,
5. De luchtverwarmer zal automatisch inschakelen bij
warmtevraag van de thermostaat (na ongeveer 30
sec.).
6. Indien het toestel niet ontsteekt :
a)
Vergewis u ervan dat het branderrelais niet
ontgrendeld dient te worden. De signaallamp licht
op aan de binnenkant van het paneel (en op het
afstandpaneelbedieningspaneel indien geïnstalleerd).
De ontgrendelingsknop bevindt zich binnenin het
toestel (of op het afstandsbedieningspaneel).
b)
Controleer of er geen ontgrendeling nodig is
van de veiligheidsthermostaat.
7. Na ontgrendeling van de veiligheidsthermostaat
dient u zich ervan te vergewissen dat, na het
starten
uitschakelt.
omgevingstemperatuur
installateur of distributeur raadplegen.
LUCHTCIRCULATIE
1. De verwarming van de lucht in de ruimte vindt
plaats door het circuleren van de lucht via het
toestel, waarbij de lucht wordt opgewarmd door de
twee
warmtewisselaar. De lucht wordt rechtstreeks in
de te verwarmen ruimte geblazen.
gelijkmatige warmtespreiding is het zeer belangrijk
dat de luchtstroom niet gehinderd wordt door enig
obstakel.
2. De luchtventilator kan gebruikt worden voor
ventilatie alléén (vb. 's zomers), indien deze wordt
bediend door een aparte schakelaar.
Hiervoor moet :
a)
de elektriciteit ingeschakeld zijn
b)
de schakelaar op stand 'ventilatie' gezet
worden (op afstandsbediening indien toegepast).
ONDERHOUD
Bij
1. Onderhoud
gekwalificeerde personen worden uitgevoerd (vb.
installateur).
2. Het is in uw belang dat onderhoud en service op
geregelde tijdstippen gebeuren. De tijd tussen twee
onderhoudsbeurten is afhankelijk van het gebruik en
de omgeving waarin het toestel is geïnstalleerd,
maar een minimum van één onderhoudsbeurt per
jaar wordt aanbevolen.
3. Indien er enigerlei schade aan het toestel is, moet
het
buiten
gekwalificeerd
worden voor controle en herstelling.
4. Aarzel niet Reznor of een erkende verdelen te
raadplegen in geval van moeilijkheden.
OPGELET
Eerst gaskraan dichtdraaien en slechts nadat de
hoofdventilator is gestopt de elektrische spanning
afschakelen.
24
van
het
toestel,
deze
Gebeurt dit echter opnieuw bij een
lager
dan
en
service
mogen
werking
worden
technicus
moet
niet
opnieuw
30°C,
uw
Voor een
alleen
door
gesteld
en
een
gewaarschuwd