Gebruikerskarakteristiek aanleggen - karakteristiek
aanpassen
Algemeen
"Gebruikerskarakteristieken aanleggen - karakteristieken aanpassen" kan alleen in me-
nupunt MIG/MAG synergisch lassen plaatsvinden.
Grondbeginselen
Elk lasprogramma is gebaseerd op een laskarakteristiek. De karakteristieken van de ge-
voor het aanleg-
selecteerde lasprogramma's kunnen gebruikerspecifiek worden veranderd. Deze veran-
gen van gebrui-
deringen worden in zogenaamde gebruikerskarakteristieken opgeslagen.
kerskarakteristie-
ken
De programmering van een gebruikerskarakteristiek is noodzakelijk
-
-
OPMERKING!
Het opnieuw programmeren van een karakteristiek vereist kennis van de lasboog-
en lastechniek.
Voor een efficiënte instelling van een nieuwe karakteristiek is de volgende wijze van han-
delen aan te bevelen:
-
-
-
Belangrijke basisinstellingen worden door deze wijze van handelen in de nieuwe karak-
teristiek overgenomen.
BELANGRIJK!
Voor het maken van een gebruikerskarakteristiek zijn minstens twee karakteris-
tiekpunten nodig.
Om de optimalisatie in alle vermogensgebieden te bereiken moeten echter 6-10 karakte-
ristiekpunten worden geprogrammeerd (per materiaaldikte een punt). Maximaal kunnen
19 karakteristiekpunten worden geprogrammeerd.
Gebruikerskarak-
1
teristieken aan-
leggen - Karakte-
2
ristieken aanpas-
sen
52
Als toevoegmateriaal (beschermgas, lasdraaddiameter) gebruikt wordt, dat niet in de
lasdatabank opgenomen is.
Voor het optimaliseren van het lasproces (bijv.: verhoging van de lassnelheid, veran-
dering van de inbrandverhoudingen, verandering van het uiterlijk van de naad).
Vergelijkbare karakteristiek kiezen
Vermogensbereik van gebruikerskarakteristiek vastleggen
Zo nodig gebruikerskarakteristiek door aanleggen van meerdere karakteristiekpun-
ten aanvullen
Op het betreffende scherm "Gegevens" een gelijksoortig lasprogramma of het te ver-
anderen lasprogramma instellen
Toets F3 "Karakteristiek aanpassen" indrukken: