83327944 1/2024-04 Mgo
Montage- en bedieningsvoorschrift
Lucht/water warmtepomp Splitblock® WSB 6 ... 10-A-RME-I
5 Installatie
Plaatselijke richtlijn inzake brandveiligheidseisen voor leidingsystemen in acht
nemen.
F-gassenverordening EU- 2024/573 in acht nemen.
5.1 Eisen aan het verwarmingswater
Het verwarmingswater moet voldoen aan VDI-richtlijn 2035.
onbehandeld vul- of suppletiewater moet van drinkwaterkwaliteit zijn (kleurloos,
helder, zonder bezinksels).
het vul- en suppletiewater moet voorgefilterd zijn.
bij niet diffusiedichte systeemcomponenten moet de warmtepomp door systeem-
scheiding van het verwarmingscircuit gescheiden worden.
de pH-waarde moet tussen de volgende bereiken liggen.
8,2 ... 10,0 (zonder aluminiumlegeringen in de installatie)
8,2 ... 9,0 (met aluminiumlegeringen in de installatie)
Door de zelfalkalisatie van het verwarmingswater kan de meting van de
ph-waarde op zijn vroegst 10 weken na de inbedrijfstelling worden uitgevoerd.
De pH-waarde moet evt. aangepast worden, zie VDI-richtlijn 2035.
de maximaal toelaatbare totale hardheid moet via het installatievolume worden
bepaald [hfst. 5.1.2].
Eventueel moet het vul- en suppletiewater worden behandeld, zie
VDI-richtlijn 2035.
5.1.1 Installatievolume
Als er geen informatie is over het installatievolume, kan dit met onderstaande tabel
globaal geschat worden.
Bij installaties met buffervaten moet ook rekening worden gehouden met de inhoud
van het buffervat.
verwarmingssysteem
buizen en stalen radiatoren
gietijzeren radiatoren
plaatradiatoren
ventilatie
convectoren
vloerverwarming
(1
op basis van de warmtebehoefte van het gebouw.
25-136
geschat installatievolume
35/28 °C
–
–
–
–
–
25 l/kW
5 Installatie
(1
55/45 °C
37 l/kW
28 l/kW
15 l/kW
12 l/kW
10 l/kW
–