4. Til het frontpaneel uit zijn scharnieren.
5. Koppel de condensaansluiting los.
Bij monteren van het front kunnen vingers
bekneld raken.
6. Maak de lekbak los door de schroeven (D en E) te
verwijderen.
Er kan nog restwater in de warm-
tewisselaar en lekbak zitten!
7. Draai de vier borggrendels (G) van de wisselaar
een kwart slag.
Bij plafondmontage kan de wisselaar naar
beneden vallen, houdt deze dus tegen tijdens
het verdraaien van de borggrendels.
8. Trek aan de band om de warmtewisselaar (D)
te verwijderen.
9. De warmtewisselaar inspecteren en indien nodig
schoonmaken;
- Gebruik een zachte borstel om de lamellen
schoon te maken.
- Gebruik een stofzuiger of luchtspuit (geen hoge
druk) om vuil en stof te verwijderen.
Maak altijd schoon tegen de richting van de
luchtstroom in. Hiermee voorkomt u dat er
vuil in de warmtewisselaar komt.
Alleen standaard warmtewisselaars:
a. Dompel de warmtewisselaar enige malen in
warm water (max. 40 °C).
b. Spoel de warmtewisselaar met schoon warm
leidingwater door (max. 40°C).
c. Neem de warmtewisselaar met beide handen op
de gekleurde zijvlakken en schud het water uit
de warmtewisselaar.
Alleen een enthalpiewisselaar met blauw
zijvlakken kan gewassen worden met water.
Enthalpiewisselaars met witte zijvlakken mo-
gen nooit met water worden gewassen.
Gebruik geen agressieve of oplossende
schoonmaakmiddelen voor het schoonmaken.
Monteer de warmtewisselaar nog niet als de
ventilatoren of de filter van de voorverwar-
mer ook moeten worden onderhouden.
10. Als geen onderhoud meer nodig is, kunt u alle
onderdelen in omgekeerde volgorde terugplaat-
sen, de spanning weer inschakelen en de zelf-
test uitvoeren conform menu P76.
Draai de schroeven met een maximaal aan-
draaimoment van 1,5 Nm aan. Dit is onge-
veer gelijk aan stand 2 van een gemiddelde
accuboormachine.
17 - NL