Ventilator
Met de toetsen o, p of n, m wordt
de ventilator op de strijktafel aange-
stuurd.
Alleen bij de B 2312:
Met toets o wordt de blaasfunctie ge-
activeerd.
Met toets p wordt de zuigfunctie geac-
tiveerd.
Alleen bij de B 2826 en de B 2847:
Met toets n kan tussen de
blaasfunctie en de zuigfunctie gescha-
keld worden.
Elke keer als de toets ingedrukt wordt,
wordt tussen de beide richtingen ge-
schakeld.
Met toets m kan tussen de beide ver-
mogensstanden van de ventilator ge-
schakeld worden.
Elke keer als de toets ingedrukt wordt,
wordt tussen de beide standen gescha-
keld.
Vermogensstand 1 = 1 ventilator actief
Vermogensstand 2 = 2 ventilators actief
De ventilator/ventilatoren bevindt/bevin-
den zich aan de onderkant van de
strijktafel.
Zuigfunctie
De zuigfunctie bevordert, dat de stoom
in het textiel doordringt, voorkomt con-
dens op de strijktafel en fixeert het tex-
tiel, zodat het niet zo snel verschuift op
de strijktafel.
Blaasfunctie
De blaasfunctie zorgt voor een lucht-
kussen tussen textiel en strijktafel en
helpt zo het doordrukken van naden op
het textiel te voorkomen.
Bovendien helpt ze bij het strijken van
ruches, pailletten enz. en zorgt zo er-
voor, dat u kunt strijken zonder het tex-
tiel te pletten.
Automatisch in-/uitschakelen
Automatisch in-/uitschakelen zorgt er-
voor, dat de ventilator precies op het
goede moment start, als u stoom ge-
bruikt.
Na een korte nalooptijd stopt de ventila-
tor eveneens automatisch, want in
strijkpauzes, bijv. als textiel
opgevouwen wordt, hoeft de ventilator
niet te worden gebruikt.
Memory-functie
Door de memory-functie onthoudt het
apparaat de draairichting van de venti-
lator en de vermogensstand, die het
laatst gebruikt is.
Strijken
33