OPGELET
83310907 1/2018-05 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Hydraulische eenheid WWP LS 8 ... 10-B compact
9.2.4 Magnesiumanode uit- en inbouwen
Aanwijzingen voor het onderhoud in acht nemen [hfst. 9.2.1].
Voor de corrosiebescherming is een anodestroom groter dan 1 mA bij een
minimum geleidingsvermogen van het water van 100 µS/cm (25 °C) vereist.
Anodestroom meten.
Als de anodestroom bij opgegeven minimumvermogen onder 1 mA ligt, moet de
magnesiumanode uitgebouwd en gecontroleerd worden.
Uitbouw
Revisieflens verwijderen [hfst. 9.2.3].
Als de diamter over de helft van de anodelengte kleiner is dan 15 mm:
Magnesiumanode vervangen.
Bij opvallend snelle slijtage van de magnesiumanode is een korter
onderhoudsinterval noodzakelijk.
Inbouw
Magnesiumanode in omgekeerde volgorde inbouwen, daarbij:
Nieuwe dichting 2 inzetten en op de properheid van de dichtingsvlakken
letten.
Anodeleiding 1 aansluiten
schroeven met draaimoment 8 Nm vastdraaien.
Revisieflens monteren [hfst. 9.2.3].
Corrosie door ontbrekende anodeleiding
Bij een ontbrekende elektrische verbinding van de anode naar de stalen wand is er
geen beschermlaag. Een ontbrekende beschermlaag kan tot corrosie leiden.
Anodeleiding aansluiten.
BoilerAnode is met boiler verbonden.
1
Anodestroom (groter dan 1 mA) controleren, waarde en datum op zelfklever
invullen.
Doorgevoerd onderhoud op de zelfklever invullen.
105-132
2
9 Onderhoud