NEO 2.1 / SUN 211
5
Inbedrijfstelling
5.1
Controlepunten vóór inbedrijfstelling
5.2
Inbedrijfstelling
24/09/2010 - 300024194-001-B
4 Controleer de collectoren en hun bevestigingen.
4 Vul de installatie met water en controleer de hydraulische
afdichting.
4 Controleer de werkdruk van de installatie.
4 Controleer de elektrische aansluiting, vooral de aarding.
4 Controleren of de sensoren goed op hun plaats zitten.
4 Controleer de goede werking van de sensors.
4 Controleer en garandeer dat de sensorkabels en 230 V
gescheiden zijn.
Raadpleeg voor de inbedrijfstelling van het zonnecircuit
respectievelijk de handleiding van het warmwatertoestel op zonne-
energie of van de regeling.
5. Inbedrijfstelling
52