Download Inhoudsopgave Inhoud
Deel
Print deze pagina
De Dietrich NEO 2.1/SUN 211 Installatie- En Servicehandleiding
  1. Handleidingen
  2. Merken
  3. De Dietrich Handleidingen
  4. Zonnepanelen
  5. NEO 2.1/SUN 211
  6. Installatie- en servicehandleiding
De Dietrich NEO 2.1/SUN 211 Installatie- En Servicehandleiding

De Dietrich NEO 2.1/SUN 211 Installatie- En Servicehandleiding

Vlakke zonnecollectoren
Verberg thumbnails
Inhoudsopgave

Advertenties

Quick Links

Download deze handleiding
Vlakke Zonnecollectoren
NEO 2.1 / SUN 211
300024194-001-B
Installatie- en
servicehandleiding
Geïntegreerd in het dak
17° tot 65°
Romaanse dakpannen
kanaal
Romaanse dakpannen
Mechanisch
gefabriceerde
Romaanse dakpannen
NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Handleidingen voor De Dietrich NEO 2.1/SUN 211

Samenvatting van Inhoud voor De Dietrich NEO 2.1/SUN 211

  • Pagina 1 Vlakke Zonnecollectoren NEO 2.1 / SUN 211 Installatie- en servicehandleiding Geïntegreerd in het dak 17° tot 65° Romaanse dakpannen kanaal Romaanse dakpannen Mechanisch gefabriceerde Romaanse dakpannen 300024194-001-B...

  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoud Inleiding .......................4 Toegepaste symbolen ..........4 Algemeen ...............4 1.2.1 Aansprakelijkheid fabrikant ........4 1.2.2 Aansprakelijkheid van de installateur ......5 1.2.3 Aansprakelijkheid gebruiker ........5 Veiligheidsinstructies en aanbevelingen ..........6 Veiligheidsvoorschriften ........6 Aanbevelingen ............6 Beschrijving ....................7 Werkingsprincipe ..........7 Technische gegevens ..........7 Installatie .....................8 Installatievoorschriften ........8 Aanbevolen dakpannen ........8 Leveringsomvang ..........10 Belangrijkste afmetingen ........13...
  • Pagina 3 Inhoud 4.7.2 Aansluiting .............49 4.7.3 Isolatie van de leidingen ........50 Vullen van de installatie ........50 Inbedrijfstelling ..................52 Controlepunten vóór inbedrijfstelling ....52 Inbedrijfstelling ...........52 Controle en onderhoud ................53 Algemene instructies .........53 Reserveonderdelen ..................54 Onderdelen ............54 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 4 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 5: Inleiding

    NEO 2.1 / SUN 211 1. Inleiding Inleiding Toegepaste symbolen In deze handleiding worden verschillende gevarenniveaus gebruikt om aandacht op de bijzondere aanwijzingen te vestigen. Wij doen dit om de veiligheid van de gebruiker te verhogen, problemen te voorkomen en om de technische bedrijfszekerheid van het apparaat te waarborgen.

  • Pagina 6: Aansprakelijkheid Van De Installateur

    1. Inleiding NEO 2.1 / SUN 211 Vanwege de permanente zorg voor de kwaliteit van onze producten, zoeken wij voortdurend naar manieren om deze te verbeteren. Daarom houden wij ons het recht voor de in dit document genoemde specificaties te wijzigen. In de volgende gevallen zijn wij als fabrikant niet aansprakelijk: 4 Het niet in acht nemen van de gebruiksinstructies van het apparaat.

  • Pagina 7: Veiligheidsinstructies En Aanbevelingen

    NEO 2.1 / SUN 211 2. Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Veiligheidsinstructies en aanbevelingen Veiligheidsvoorschriften GEVAAR De maximaal toegelaten dakbelasting mag in geen enkel geval worden overschreden. Als dit geval zich voordoet, moet een bouwkundig specialist worden geraadpleegd. WAARSCHUWING Alleen een bevoegd vakman kan de installatie uitvoeren volgens de geldende wetgeving en normen.

  • Pagina 8: Beschrijving

    3. Beschrijving NEO 2.1 / SUN 211 Beschrijving Werkingsprincipe De directe zonnestraling (korte golven) die op de collector valt, wordt omgezet in warmte door een element dat de warmte opneemt. Door geleiding van de warmte, komt deze in de absorberbuis en wordt getransporteerd naar de boiler door de warmteoverdrachtvloeistof die de warmte overbrengt naar de boiler en daarbij afkoelt.

  • Pagina 9: Installatie

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie Installatie Installatievoorschriften OPGELET De installatie dient op alle punten te beantwoorden aan de regelgeving (DTU-regelgeving en overige...) die van toepassing is op werkzaamheden en interventies hieraan in vrijstaande woningen, woningcomplexen en andere gebouwen. De installatie en het onderhoud van het apparaat moeten uitgevoerd worden door een vakman overeenkomstig de geldende reglementaire teksten...
  • Pagina 10 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 Romaanse dakpannen kanaal M002145-A Romaanse dakpannen M002147-A Mechanisch gefabriceerde Romaanse dakpannen M002148-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 11: Leveringsomvang

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie Leveringsomvang ER45 ER33 (2x) (5x) (5x) (2x) M001801-A ER34 ER35 (4x) (2x) (10x) (5x) (10x) (5x) (4x) (2x) M001802-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 12 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 ER190 ER191 (2x) (10x) (1x) (10x) (20x) (10x) (12x) (12x) (7x) (7x) M002133-B ER192 (2x) (1x) (2x) (2x) (2x) (1x) M002134-B 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 13 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie ER67 ER68 M001805-A Colli Artikelnummer Benaming Benodigde colli's voor het uitvoeren van de installatie aan de hand van het aantal zonnecollectoren ER 45 100013471 Zonnecollector ER 33 100013480 Montageset 1 collector ER 34 100013481 Montageset voor 2 zonnecollectoren...

  • Pagina 14: Belangrijkste Afmetingen

    4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 Belangrijkste afmetingen 1060 175,5 113,5 113,5 1 2 3 M001740-A Ingang collector Uitgang collector Collector sensor 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 15: Installatieschema's

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie Installatieschema's 4.5.1. Verticale montage, naast elkaar 4 Aansluiting voor 1 of 5 collectoren. OPGELET Plaats de sensor van de zonnecollector aan de afvoerzijde van het zonnecircuit (vertrek van het warmste collector). A: Collector sensor. OPGELET Voorkeursmontage: Sensor A op de bovenzijde van de zonnecollector.

  • Pagina 16: Installatievoorbeeld

    4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 4.5.2. Installatievoorbeeld Manometer Afsluiter Aftapkraan Uitgang sanitair warm water Thermometer Stopkraan met ontgrendelbare antiretourklep Pomp primaire zonnekring Veiligheidsklep, geijkt en verzegeld op 6 bar (primaire zonnekring) Expansievat Opvangbak voor wamteoverdrachtvloeistof Thermostatische mengventiel Collector sensor 112a Sanitair warmwatersensor 112b...

  • Pagina 17: Montage Van De Collectoren

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie Montage van de collectoren 4.6.1. Waarschuwing M001748-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 18: Noodzakelijke Gereedschappen En Materialen

    4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 4.6.2. Noodzakelijke gereedschappen en materialen M001719-B 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 19: Afmetingen

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie 4.6.3. Afmetingen M002135-B 4 A Bestaande lat 4 Z Te plaatsen beginlat niet meegeleverd (Breedte: 45 mm) 4 E Meegeleverde te plaatsen bevestigingslat 4 R Op de beginlat te plaatsen bevestigingslatten Aantal collectoren 1 Maat A 1147 2210 3273 4336 5400 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 20: Te Voorziene Ruimte

    4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 OPGELET De latten Z, E en R moeten altijd even dik zijn als de bestaande latten. 4.6.4. Te voorziene ruimte M002136-A Aantal collectoren 1 Maat A 1920 2980 4040 5100 6160 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 21: Montage Van De Latten

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie 4.6.5. Montage van de latten M002137-A Bevestig de latten met behulp van de meegeleverde schroeven. 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 22: Montage Voor Een Installatie Met 2 Collectoren

    4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 4.6.6. Montage voor een installatie met 2 collectoren n Monteer de tussenliggende en bovenste clips van de collectoren op de grond M001811-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 23 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het plaatsen van de collectoren A + B A + B A + B M002139-A De collectoren moeten kort voor de ingebruikname van het systeem worden gemonteerd. Dit minimaliseert de tijd dat de zonnecollectoren onnodig worden opgewarmd, zonder warmtegeleidende vloeistof.
  • Pagina 24 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n het koppelen van de zonnecollectoren C + D M002140-A OPGELET Installeer de temperatuursensor in de dompelbuis van de zonnecollector, aan de vertrekzijde van de collectoren. De warmte-overdracht tussen de dompelbuis en de temperatuursensor kan worden verbeterd met behulp van geleidingspasta.
  • Pagina 25 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Doorvoer in het dak M002320-A Geval waarbij twee banen folie van de dakvoering elkaar overlappen Geval waarbij de folie van de dakvoering uit één stuk bestaat 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 26 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het monteren van de onderste dekplaten M002141-A OPGELET Indien de zonnecollectoren met de vertrek- en retourkoppelingen naar beneden gemonteerd zijn, moeten de koppelstukken teruggeplaatst en vastgedraaid worden, alvorens de onderste dekplaat te plaatsen. 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 27 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het monteren van de dekplaten aan de zijkant M002142-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 28 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het monteren van de bovenste dekplaten M002143-A OPGELET Indien de zonnecollectoren met de vertrek- en retourkoppelingen naar boven gemonteerd zijn, moeten de koppelstukken teruggeplaatst en vastgedraaid worden, alvorens de bovenste dekplaat te plaatsen. 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 29 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het plaatsen van de bevestigingslipjes en de dakpanhouders M002144-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 30 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het plaatsen van het schuim (7x) M002149-A Verwijder de kleefstrook Plak het schuim op de randen van de dekplaten. Snijd, indien nodig, de juiste lengte af met een hobbymes. 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 31: Montage Voor Een Installatie Met 3 Tot 5 Zonnecollectoren

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie 4.6.7. Montage voor een installatie met 3 tot 5 zonnecollectoren n Monteer de tussenliggende en bovenste clips van de collectoren op de grond M001812-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 32 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het plaatsen van de collectoren A + B A + B A + B A + B M002306-A De collectoren moeten kort voor de ingebruikname van het systeem worden gemonteerd. Dit minimaliseert de tijd dat de zonnecollectoren onnodig worden opgewarmd, zonder warmtegeleidende vloeistof.
  • Pagina 33 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n het koppelen van de zonnecollectoren C + D M002307-A OPGELET Installeer de temperatuursensor in de dompelbuis van de zonnecollector, aan de vertrekzijde van de collectoren. De warmte-overdracht tussen de dompelbuis en de temperatuursensor kan worden verbeterd met behulp van geleidingspasta.
  • Pagina 34 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Doorvoer in het dak M002320-A Geval waarbij twee banen folie van de dakvoering elkaar overlappen Geval waarbij de folie van de dakvoering uit één stuk bestaat 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 35 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het monteren van de onderste dekplaten D E F M002308-A OPGELET Indien de zonnecollectoren met de vertrek- en retourkoppelingen naar beneden gemonteerd zijn, moeten de koppelstukken teruggeplaatst en vastgedraaid worden, alvorens de onderste dekplaat te plaatsen. 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 36 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het monteren van de dekplaten aan de zijkant M002309-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 37 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het monteren van de bovenste dekplaten M002310-A OPGELET Indien de zonnecollectoren met de vertrek- en retourkoppelingen naar boven gemonteerd zijn, moeten de koppelstukken teruggeplaatst en vastgedraaid worden, alvorens de bovenste dekplaat te plaatsen. 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 38 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het plaatsen van de bevestigingslipjes en de dakpanhouders B-C-D B-C-D M002311-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 39 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het plaatsen van het schuim (8x) M002312-A Verwijder de kleefstrook Plak het schuim op de randen van de dekplaten. Snijd, indien nodig, de juiste lengte af met een hobbymes. 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 40: Montage Voor Een Installatie Met 1 Collector

    4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 4.6.8. Montage voor een installatie met 1 collector n Monteer de bovenste clip op de zonnecollector op de grond M001810-B 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 41 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Plaatsing van de zonnecollector A + B A + B M002313-A De collectoren moeten kort voor de ingebruikname van het systeem worden gemonteerd. Dit minimaliseert de tijd dat de zonnecollectoren onnodig worden opgewarmd, zonder warmtegeleidende vloeistof. 4 A: Schroef de onderste bevestigingslipjes vast op de onderste lat.
  • Pagina 42 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Aansluiten van de collector B + C M002314-A OPGELET Installeer de temperatuursensor in de dompelbuis van de zonnecollector. De warmte-overdracht tussen de dompelbuis en de temperatuursensor kan worden verbeterd met behulp van geleidingspasta.
  • Pagina 43 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Doorvoer in het dak M002320-A Geval waarbij twee banen folie van de dakvoering elkaar overlappen Geval waarbij de folie van de dakvoering uit één stuk bestaat 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 44 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het monteren van de onderste dekplaat M002315-A OPGELET Indien de zonnecollectoren met de vertrek- en retourkoppelingen naar beneden gemonteerd zijn, moeten de koppelstukken teruggeplaatst en vastgedraaid worden, alvorens de onderste dekplaat te plaatsen. 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 45 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het monteren van de dekplaten aan de zijkant M002316-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 46 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het monteren van de bovenste dekplaat M002317-A OPGELET Indien de zonnecollectoren met de vertrek- en retourkoppelingen naar boven gemonteerd zijn, moeten de koppelstukken teruggeplaatst en vastgedraaid worden, alvorens de bovenste dekplaat te plaatsen. 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 47 NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie n Het plaatsen van de bevestigingslipjes en de dakpanhouders M002318-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 48 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 n Het plaatsen van het schuim (7x) M002318-A Verwijder de kleefstrook Plak het schuim op de randen van de dekplaten. Snijd, indien nodig, de juiste lengte af met een hobbymes. 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 49: Het Plaatsen Van De Dakpannen

    NEO 2.1 / SUN 211 4. Installatie 4.6.9. Het plaatsen van de dakpannen M002146-B Dakpan onder de nok Afhankelijk van de plaats bij te zagen dakpan Op ca. 260 mm afgezaagde dakpan 24/09/2010 - 300024194-001-B...

  • Pagina 50: Wateraansluitingen

    4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 Wateraansluitingen 4.7.1. Afmetingen van de aansluitingen Aantal collectoren Dimensionering Maximale lengte (mm) (Vertrek + Retour) 14-15 40 m 14-15 40 m 16-18 40 m 16-18 40 m Om gebruik te kunnen maken van de voordelen van een leidingsysteem zonder ontluchting of ontlasting op het hoogste punt mag het debiet van de vloeistof niet lager zijn dan 0,4 m/s tijdens het ontluchtingsproces.

  • Pagina 51: Isolatie Van De Leidingen

    50 % ter hoogte van de doorgangen door muren en dak. M001704-A 4 Aanbevolen materialen voor maximum temperaturen van 150_ °C: - Duo-Tube van De Dietrich - DuoFlex van De Dietrich - Armaflex HT - minerale vezels - glaswol...
  • Pagina 52 4. Installatie NEO 2.1 / SUN 211 Na de montage en de hydraulische aansluiting van de zonnecollectoren, kan de installatie onder druk worden getest en gevuld. Houd hierbij rekening met de thermische kenmerken en de bijzonderheden van de installatie. Het vullen, de montage en het onderhoud van de installatie mogen daarom alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerde en erkende installateurs.

  • Pagina 53: Inbedrijfstelling

    NEO 2.1 / SUN 211 5. Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Controlepunten vóór inbedrijfstelling 4 Controleer de collectoren en hun bevestigingen. 4 Vul de installatie met water en controleer de hydraulische afdichting. 4 Controleer de werkdruk van de installatie. 4 Controleer de elektrische aansluiting, vooral de aarding. 4 Controleren of de sensoren goed op hun plaats zitten.

  • Pagina 54: Controle En Onderhoud

    6. Controle en onderhoud NEO 2.1 / SUN 211 Controle en onderhoud Algemene instructies OPGELET De servicebeurten moeten door een erkend installateur uitgevoerd worden. Een jaarlijkse inspectie is verplicht. Er mogen alleen originele reserveonderdelen gebruikt worden. Bescherming van het milieu: Plaats een voldoende groot opvangreservoir onder de aftap- en ontlastleiding van de klep.

  • Pagina 55: Reserveonderdelen

    NEO 2.1 / SUN 211 7. Reserveonderdelen Reserveonderdelen Onderdelen Referentie van de lijst met reserveonderdelen: 300024194-002-A ER190 ER191 (3x) (10x) (2x) (10x) (20x) (12x) M002303-A ER192 ER45 (3x) (2x) (10x) (2x) M002304-A 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 56 7. Reserveonderdelen NEO 2.1 / SUN 211 ER33 - ER34 - ER35 ER67 ER68 M002305-A Positienr. Referentie Benaming ER 190 200017411 Schroeven ER 191 200016005 Verbindingsplaat boven NEO-collector 200016004 Verbindingsplaat onder NEO-collector 200017412 Schroeven ER 192 200016005 Verbindingsplaat boven NEO-collector 200016004 Verbindingsplaat onder NEO-collector 200017413 Schroeven ER 45...
  • Pagina 57 NEO 2.1 / SUN 211 7. Reserveonderdelen 24/09/2010 - 300024194-001-B...
  • Pagina 60 © Auteursrechten Alle technische en technologische informatie in deze handleiding, evenals door ons ter beschikking gestelde tekeningen en technische beschrijvingen, blijven ons eigendom en mogen zonder onze toestemming niet worden vermenigvuldigd. 24/09/2010...

Inhoudsopgave