LET OP
Beschadiging van het apparaat!
►
►
►
■
Reinig de behuizing van het apparaat en het netsnoer 9 met een licht be-
vochtigde doek . Doe bij hardnekkig vuil wat mild afwasmiddel op de doek .
■
Reinig zeefvak r, zeef z, zeefframe t, transportschroef u, sapreservoir q,
opvangreservoir voor vruchtvlees en bezinksel w, deksel 3 en stopper 1
met het meegeleverde schoonmaakborsteltje i in warm water met een
beetje afwasmiddel . Spoel daarna alle onderdelen af met schoon water, om
eventuele afwasmiddelresten te verwijderen .
OPMERKING
►
OPMERKING
Voor de reiniging van de buitenvlakken van het apparaat volstaat een vochtige
doek . Zorg ervoor dat alle delen van het apparaat volledig droog zijn voordat
u het opnieuw gebruikt .
SSJ 300 C1
Alle delen van het apparaat en alle accessoires moeten regelmatig en
na ieder gebruik worden gereinigd van vruchtresten en vruchtbezinksel,
om verstoppen van de uitloop voor vruchtvlees en bezinksel e of van de
sapuitloop 5 en/of beschadiging van het apparaat te voorkomen .
Zorg ervoor dat er tijdens het schoonmaken geen vocht in de apparaat-
voet 8 binnendringt, om onherstelbare schade aan het apparaat te
voorkomen .
Gebruik voor de reiniging van de oppervlakken geen agressieve schuur-
middelen of chemische reinigingsmiddelen, en ook geen puntige of
krassende voorwerpen .
Om de uitloop voor vruchtvlees en bezinksel e te reinigen, kunt u aan
de onderkant van het zeefvak r een rubberstop uit het achterste uiteinde
van de uitloop voor vruchtvlees en bezinksel e trekken, zodat u er water
door kunt laten stromen . Vastzittend vruchtvlees kunt u met de steel van het
schoonmaakborsteltje i losmaken en wegspoelen .
Schuif na het schoonmaken de rubberstop weer in het achterste uiteinde
van de uitloop voor vruchtvlees en bezinksel e .
Alle uitneembare onderdelen, behalve het schoonmaakborsteltje i,
zijn vaatwasserbestendig .
Leg deze onderdelen echter alleen in het bovenste gedeelte van de
vaatwasser, klem ze niet vast en gebruik een vaatwasprogramma met
max . 60°C .
NL │ BE
│
47
■