Mechanische installatie
5
Montage
Het apparaat bevestigen
A
Y 2
Y 1
[1]
Bevestigingsoppervlak, bijv. montageplaat
[2]
Bevestigingselementen, bijv. vlakke sluitringen
[3]
Borgmiddelen, bijv. veerringen
[4]
Bevestigingselementen, bijv. schroeven M6 of M8
X
, Y
Afmetingen van de behuizing
1
1
X
, Y
Boormaten
2
2
Procedure
46
Technische handleiding – MOVIPRO
AANWIJZING
Wanneer gebruik wordt gemaakt van handgrepen, is deze manier van bevestigen (A)
niet mogelijk.
U kunt het apparaat vanaf de voorkant (A) of vanaf de achterkant (B) aan het bevesti-
gingsvlak monteren. Op onderstaande afbeelding wordt een overzicht van de bevesti-
gingen van het apparaat weergegeven:
X 2
[1]
X 1
ü De afmetingen van de behuizing X
hoofdstuk "Technische gegevens" (→ 2 159).
ü De boormaat X
voor de schroefdraad- en doorlopende gaten in de houder resul-
2
teert uit de behuizingsafmeting X
ü De boormaat Y
voor de schroefdraad- en doorlopende gaten in de houder resul-
2
teert uit de behuizingsafmeting Y
1. Teken de gaten voor de boorgaten op het bevestigingsvlak [1] af.
2. Boor de schroefdraadgaten (A) of de doorlopende gaten (B).
3. Schroef het apparaat of met behulp van de M6-schroeven (A) of de M8-schroeven
(B) op het bevestigingsvlak [1] vast.
®
PHC2.A-A..M1-..2A-C5
B
[2]
[3]
Y 2
[4]
Y 1
en Y
staan vermeld in de maatschetsen in
1
2
- 30 mm.
1
- 30 mm.
1
X 2
X 1
16131094539