Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss ADAP-KOOL Bedieningshandleiding pagina 83

Verberg thumbnails Zie ook voor ADAP-KOOL:
Inhoudsopgave

Advertenties

®
ADAP-KOOL
Drive Bedieningshandleiding
25-22 -Zone [eenh]
Range:
3,00*
[0-9999,99]
om aan de behoefte te kunnen voldoen. De +Zone definieert het bereik waarbinnen de vertraging
voor de +zone actief is.
Als de +Zone te dicht bij nul wordt ingesteld, verliest de functie zijn nut met betrekking tot het
voorkomen van veelvuldige staging bij kortstondige drukveranderingen. Een te hoge waarde voor
de +Zone kan leiden tot een onacceptabel hoge of lage druk in het systeem terwijl de +Zonever-
tragingstimer (par. 25-24) actief is. De waarde voor de +Zone kan worden geoptimaliseerd wanneer
u het systeem beter leert kennen. Zie par. 25-26
Om onbedoelde staging tijdens de inbedrijfstelling en fijnafstelling van de regelaar te vermijden,
kan de +Zone in deze fase het beste op een waarde worden ingesteld die groter is dan een te
verwachten drukpiek. Hiermee wordt ook meteen de onderdrukkingsfunctie voor drukpieken uitge-
schakeld. Wanneer de fijnafstelling is voltooid, moet de +Zone op de gewenste waarde worden
ingesteld. Een initiële waarde van 3 °C wordt aanbevolen.
Functie:
Wanneer een grote en snelle verandering in de systeembelasting optreedt, zal de systeemdruk snel
veranderen en is een snellere staging of destaging van een compressor met vaste snelheid nodig
om aan de behoefte te kunnen voldoen. De -Zone definieert het bereik waarbinnen de vertraging
voor de -zone actief is.
Als de -Zone te dicht bij nul wordt ingesteld, verliest de functie zijn nut met betrekking tot het
voorkomen van veelvuldige staging bij kortstondige drukveranderingen. Een te hoge waarde voor
de -Zone kan leiden tot een onacceptabel hoge of lage druk in het systeem terwijl de -Zonevertra-
gingstimer (par. 25-25) actief is. De waarde voor de -Zone kan worden geoptimaliseerd wanneer u
het systeem beter leert kennen. Zie par. 25-27 –Zonevertraging.
Om onbedoelde staging tijdens de inbedrijfstelling en fijnafstelling van de regelaar te vermijden,
kan de -Zone in deze fase het beste op een waarde worden ingesteld die groter is dan een te
verwachten drukval. Hiermee wordt meteen ook de onderdrukkingsfunctie voor drukvallen uitge-
schakeld. Wanneer de fijnafstelling is voltooid, moet de -Zone op de gewenste waarde worden
ingesteld. Een initiële waarde van 3 °C wordt aanbevolen.
MG.11.L2.10 – ADAP-KOOL
®
6 De frequentieomvormer programmeren
++Zonevertraging.
Drive
6
83

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave