6
Veiligheidsinformatie
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
• Installeer het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0°C komt.
• De fabrikant is niet aansprakelijk voor enige schade door bevriezing.
Wateraansluiting
• Gebruik nieuwe slangen om het apparaat aan te sluiten op de watertoevoer. Gebruik
geen gebruikte slangen.
• Sluit het apparaat niet op nieuwe leidingen aan of op leidingen die lang niet zijn ge-
bruikt. Laat het water enkele minuten stromen en sluit dan de toevoerslang pas aan.
• Zorg ervoor dat de waterslangen niet knakken of beschadigd raken bij installatie van
het apparaat.
• Zorg er voor dat de waterkoppelingen stevig vast zitten om waterlekkage te voorkomen.
• Let er bij het eerste gebruik op dat de watertoevoerslangen niet lek zijn.
• De watertoevoerslang heeft een veiligheidsventiel en een dubbel omhulsel met een
hoofdkabel aan de binnenkant. De watertoevoerslang staat alleen onder druk wanneer
er water stroomt. Als er een lek in de watertoevoerslang aanwezig is, onderbreekt de
veiligheidsklep de stroom van het water.
– Wees voorzichtig als u de watertoevoerslang aansluit:
– Laat de watertoevoerslang of de veiligheidsklep niet in het water komen.
– Als de watertoevoerslang of de veiligheidsklep beschadigd is, haal dan onmiddel-
lijk de stekker uit het stopcontact.
– Laat alleen de service-afdeling de watertoevoerslang met de veiligheidsklep repa-
reren.
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning.
Elektrische aansluiting
• Dit apparaat moet worden geaard.
• Zorg er voor dat de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de
stroomtoevoer.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegspluggen en verlengsnoeren. Er kan brand ontstaan.