Afmeting wijzigen
■ Wijzig de resolutie (het formaat) van gemaakte
opnamen. Selecteer [GEBR.AFB] om een afbeelding
op te slaan als beginafbeelding. De opname waarvan
de afmetingen zijn gewijzigd, krijgt een nieuwe
bestandsnaam.
1. Druk op de knop Bewerken.
2. Druk op de menuknop [AFM.WIJZ].
3. Selecteer het gewenste submenu door op de
Smart-knop te drukken.
● Typen voor wijzigen van afbeeldingsgrootte
2592x1944
Size
7M
O
6MP
X
5MW
X
5M
X
3M
X
1M
X
1280x720
Size
7M
X
6MP
X
5MW
O
5M
X
3M
X
1M
X
2592 X 1944
2048 X 1536
1024 X 768
BEELD STARTEN
2048x1536
2016x1344
1920x1080
O
X
X
O
X
X
O
X
X
X
X
X
1032x688
1024x768
BEELD STARTEN
X
O
O
X
X
X
X
O
X
O
X
X
INFORMATIE
● U kunt alleen de resolutie wijzigen van bestanden die zijn gecomprimeerd in
de indeling JPEG 4:2:2.
● De opname waarvan de afmetingen zijn gewijzigd, krijgt een nieuwe
bestandsnaam. De afbeelding onder [BEELD STARTEN] wordt niet op de
geheugenkaart maar in het interne geheugen opgeslagen.
● Er kan slechts één beeld worden opgeslagen onder [BEELD STARTEN].
Als u een nieuwe afbeelding onder [BEELD STARTEN] opslaat, wordt de
bestaande beginafbeelding verwijderd.
● Als de geheugencapaciteit onvoldoende is voor het opslaan van de opname
die is vergroot of verkleind, wordt het bericht [GEHEUGEN VOL!] weergegeven
op het LCD-scherm en kan de opname niet worden opgeslagen.
X
Bijsnijden
X
O
■ U kunt een deel van de opname naar keuze uitsnijden en dit apart opslaan.
X
1. Kies een opname die u wilt vergroten.
X
2. Druk op de knop Bewerken.
X
3. Druk op de knop [TRIMMEN]
4. Vergroot de opname door de Zoom knop te
gebruiken. Om de opname te verschuiven gebruikt
O
u de Smart knop.
O
5. Een bevestigingsscherm wordt getoond als u de
O
Smart knop indrukt.
O
6. Druk op de knop [Ja]. De bijgesneden opname
wordt onder een nieuwe bestandsnaam opgeslagen
O
en op het LCD-scherm getoond.
O
※ Als er niet voldoende geheugenruimte is om de bijgesneden opname op te
slaan kan de opname niet worden bijgesneden.
TRIMMEN:
ANNULEER : BACK
[47]