Anleitung_1549051:_
15.12.2009
IP 21S
Bescherming type
H
Isolatieklasse
Aansluiting op het net:
Lasstroom (A) bij cos ϕ = 0,73:
ø (mm)
I
2
t
(s)
w
t
(s)
r
Nullastspanning (V):
Opgenomen vermogen:
4 kVA bei 80 A cos ϕ = 0,73
Zekering (A):
Gewicht:
De lastijden gelden bij een
omgevingstemperatuur van 40° C.
5. Montage van het lasscherm
(fig. 2-5)
Installeer eerst het beschermglas (9), dan het
lasglas (10) in het lasscherm (8). Fixeer daarna
de lasschermhouder (11) op het lasscherm
zoals getoond in fig. 5.
6. Lasvoorbereidingen
De massaklem (4) wordt rechtstreeks
vastgemaakt op het te lassen stuk of op een
onderlaag waarop het te lassen stuk is afgezet.
LET OP! Zorg ervoor dat er een rechtstreeks
contact bestaat met het te lassen stuk. Mijd
daarom gelakte oppervlakken en / of isolerende
stoffen. De elektrodehouderkabel heeft aan zijn
uiteinde een speciale klem (elektrodehouder
(5)) waarmee de elektrode wordt vastgeklemd.
Het lasscherm (8) dient tijdens het lassen altijd
te worden gebruikt. Het beschermt de ogen
tegen de door de lichtboog veroorzaakte
lichtstraling en staat toch toe het te lassen goed
exact te bekijken.
14:44 Uhr
Seite 21
7. Lassen
Nadat alle elektrische aansluitingen voor de
stroomtoevoer alsmede voor de lasstroomkring
zijn uitgevoerd kunt u als volgt te werk gaan:
230 V ~50 Hz
Schuif het niet beklede einde van de elektrode
de elektrodehouder (5) in en verbind de
40 - 80
massaklem (4) met het te lassen stuk. Let er
1,6
2,0
2,5
wel op dat een goed elektrisch contact bestaat.
40
55
80
Schakel het apparaat met de AAN/UIT-
schakelaar (3) in en stel de lasstroom met het
217 116
64
afstelwiel (6) af. Naargelang de te gebruiken
1450 1381 135
elektrode. Houd het lasscherm voor het gezicht
48
en wrijf het uiteinde van de elektrode zodanig
op het te lassen stuk dat u een beweging
uitvoert zoals bij het aanstrijken van een lucifer.
Dit is de beste manier om de lichtboog tot stand
16
te brengen.
10,6 kg
Test op een proefstuk of u de juiste elektrode
en stroomsterkte hebt gekozen.
Elektrode Ø (mm)
1,6
2
2,5
Let op!
Tik niet met de elektrode tegen het werkstuk,
want daardoor zou schade kunnen ontstaan en
zou de ontsteking van de lichtboog worden
bemoeilijkt.
Zodra de lichtboog tot stand is gekomen
probeert u een afstand tot het werkstuk te
houden die overeenkomt met de diameter van
de gebruikte elektrode. De afstand moet zo
constant mogelijk blijven terwijl u last. De
elektrode dient met 20/30 graad schuin
tegenover de werkrichting te worden gehouden.
Let op!
Gebruik steeds een tang om afgewerkte
elektroden te verwijderen of op pas gelaste
stukken te bewegen. Let er wel op dat de
elektrodehouder (5) na het lassen steeds
geïsoleerd moet worden neergelegd. De slak
mag pas na het afkoelen van de naad worden
verwijderd. Als het lassen aan een onderbroken
lasnaad wordt voortgezet dient men eerst de
slak van de aanzetplaats te verwijderen.
NL/
BE
Lasstroom (A)
40
55
80
21