b. Voer de volgende stappen uit om de vier schroeven los te draaien waarmee de koelvinblok- en
ventilatoreenheid op de systeemplaat is bevestigd:
• Draai eerst schroef
1
volledig los.
• Draai eerst schroef
3
volledig los.
Opmerking: Draai de vier schroeven voorzichtig los om mogelijke schade aan de systeemplaat te
voorkomen. De vier schroeven kunnen niet uit het koelvinblok en de ventilatoreenheid worden
verwijderd.
Figuur 112. Het koelvinblok en de ventilatoreenheid verwijderen
c. Haal de defecte module met het koelelement en de ventilator van de systeemplaat.
Opmerkingen:
• Het kan nodig zijn het koelvinblok en de ventilatoreenheid voorzichtig te draaien om deze los te
maken van de microprocessor.
• Raak het thermische vet op het koelvinblok en de ventilatoreenheid niet aan.
4. U installeert de module met het koelelement en de ventilator als volgt:
a. Breng de juiste hoeveelheid thermisch vet aan op het nieuwe koelvinblok met de ventilatoreenheid.
b. Plaats de module met het koelvinblok en de ventilatoreenheid op de systeemplaat. Controleer of de
vier schroeven op één lijn liggen met de gaten in de systeemplaat.
Opmerking: Zorg ervoor dat de kabel van het koelvinblok en de ventilatoreenheid naar de
aansluiting van de microprocessorventilator op de systeemplaat wijst.
1
gedeeltelijk los, draai dan schroef
3
gedeeltelijk los, draai dan schroef
2
volledig los en draai vervolgens schroef
4
volledig los en draai vervolgens schroef
.
Hoofdstuk 7
Het verwijderen en installeren van hardware
123