4 Bediening / Bedrijf
4.1
Aansluitingen
4.1.1 Spuitlans op
spuitpistool aansluiten
4.2
Toestel inschakelen
4.2.1 Koudwaterbedrijf/
heetwaterbedrijf (tot
100°C)
1)
Speciaal toebehoren voor de verschillende uitvoeringen
Vertaling van de originele gebruiksaanwijzing
A
C
B
ATTENTIE!
Steeds vuil van de nippel ver-
wijderen vooraleer de spuitlans
met het spuipistool wordt ver-
bonden.
0
I
M
AANWIJZING!
20 seconden na het sluiten van
de spuitpistool wordt het toestel
automatisch uitgeschakeld. Het
1. De blauwe snelkoppelings-
greep van het spuitpistool
naar voren trekken en ver-
grendelen door naar links te
draaien.
2. De nippel van de spuitlans in
de snelkoppeling steken en
de blauwe snelkoppelings-
greep naar rechts draaien.
3. De spuitlans (of ander toe-
behoren) naar voren trekken
om te garanderen dat deze
vast met het spuitpistool is
verbonden.
1. De hoofdschakelaar in de po-
sitie
(koud water) bren-
gen.
De besturingselektronica voert
een automatische controle door.
In de display wordt gedurende
ca. 1 seconde „
" aangege-
ven.
De motor start.
Schijnt.
2. De hoofdschakelaar in de
positie
(heet water)
brengen.
3. De temperatuur selecteren.
4. De spuitpistool ontgrendelen
en activeren.
5. De brander wordt ingescha-
keld.
6. De beveiligingsgrendel ook
bij kortdurende arbeidson-
derbrekingen inleggen.
toestel kan door het activeren
van de spuitpistool opnieuw in
bedrijf worden gesteld.
nederlands
61