gedurende de hele instellingsprocedure op de
stoel te blijven.
3.
Rol op een vlakke ondergrond de machine 2
tot 3 meter recht achteruit en vervolgens recht
vooruit naar de plaats waar u vertrok. Hierdoor
kan de ophanging de bedrijfsstand aannemen.
De vlucht afstellen
Benodigdheden (door de eigenaar verschaft):
schroefsleutel, Toro-onderdeel 132-5069; verkrijgbaar
bij een erkende Toro-distributeur.
Belangrijk:
Stel de vlucht uitsluitend af indien u
een werktuig aan de voorkant gebruikt of indien
de slijtage aan de banden ongelijkmatig is.
Opmerking:
Deze procedure kan op de voor- en
achterwielen worden uitgevoerd.
1.
Controleer de vlucht aan elk wiel; deze moet zo
dicht mogelijk in de buurt komen bij neutraal
(nul).
Opmerking:
De banden moeten uitgelijnd zijn
en het loopvlak moet gelijkmatig op de grond
rusten om ongelijkmatige slijtage te voorkomen.
2.
Als de vlucht van het wiel onjuist afgesteld is,
draai dan met de schroefsleutel aan de kraag
van de schokdemper tot het wiel uitgelijnd is
(Figuur
45).
1. Veer van schokbreker
2. Kraag
Het toespoor van de voorwielen
afstellen
Belangrijk:
Voordat u het toespoor gaat afstellen,
moet u ervoor zorgen dat de vlucht zo dicht
mogelijk tegen neutraal aanligt; zie
afstellen (bladz.
43).
1.
Meet ter hoogte van de as de afstand tussen de
voorwielen aan de voorkant en de achterkant
van de wielen
(Figuur
Figuur 45
3. Veerlengte
De vlucht
46).
1. Hart-op-hart-afstand –
achterkant wielen
2. Hart-op-hart-afstand –
voorkant wielen
2.
Als deze afstand buiten het bereik van 0 tot +/-
3 mm valt, moet u de contramoeren aan het
uiteinde van de spoorstangen losdraaien
47).
1. Spoorstang
3.
Draai aan beide spoorstangen om de voorzijde
van het wiel naar binnen of naar buiten te
draaien.
g411802
4.
Draai de contramoeren van de spoorstang weer
vast als de afstelling correct is.
5.
Zorg ervoor dat het stuur in beide richtingen
volledig kan uitslaan.
Het peil van de
transaxlevloeistof
controleren
Onderhoudsinterval: Om de 250 bedrijfsuren
Type vloeistof: Mobilfluid™ 424
1.
Verwijder de vulplug op de transaxle
43
Figuur 46
3. Middellijn van as
Figuur 47
2. Contramoer
(Figuur
g009235
(Figuur
g033219
48).