Installatie
5.2.6
Installeren van de sensor in andere doorstroomarmaturen
Let op het volgende bij het gebruik van andere doorstroomarmaturen:
‣
Een doorstroomsnelheid van tenminste 29 cm/s (1,0 ft/s)moet altijd aan het membraan
zijn gewaarborgd.
‣
De doorstroomrichting is omhoog. Getransporteerde luchtbellen moeten worden
verwijderd zodat deze zich niet kunnen ophopen voor het membraan.
‣
De doorstroming moet zijn gericht op het membraan.
‣
Let op de minimale dompeldiepte,.
5.2.7
Installeren van de sensor in dompelarmatuur CYA112
Als alternatief, kan de sensor worden geïnstalleerd in een dompelarmatuur met G1
schroefdraadaansluiting.
Sensor uitrusten met adapter
De benodigde adapter kan worden besteld als een gemonteerd sensoraccessoire of als
separaat accessoire → 48.
1.
Schuif beginnend bij de sensorkop, de adapter voor Flexdip CYA112 op de sensor tot de
aanslag.
13
Schuif de adapter op voor de Flexdip CYA112
26
Memosens CCS58D
A0044466
Endress+Hauser