®
ABB i-bus
KNX
Apparaattechniek
2.3
Montage en installatie
De AA/S 4.1.2 is een DIN-railapparaat voor plaatsing in verdeelkasten voor snelle bevestiging op 35-mm-
rails volgens DIN EN 60 715.
De AA/A 2.1.2 is een apparaat voor opbouwmontage.
Het apparaat kan op elke inbouwpositie worden gemonteerd.
Voor de elektrische aansluiting worden schroefklemmen gebruikt. Voor de verbinding met de bus is een
busaansluitklem meegeleverd. Het klemmenschema bevindt zich op de behuizing.
Het apparaat is klaar voor gebruik als de hulpspanning en de busspanning (voor AA/S 4.1.2) of alleen de
busspanning (voor AA/A 2.1.2) klaar is voor gebruik.
Toegang tot het apparaat voor het bedienen, controleren, bekijken, onderhouden en repareren moet
gegarandeerd zijn conform DIN VDE 0100-520.
Voorwaarde voor ingebruikname
Om het apparaat in gebruik te nemen, hebt u een pc met ETS nodig en een verbinding met de ABB i-bus
bijvoorbeeld via een KNX-interface.
Na het inschakelen van de busspanning is het apparaat klaar voor gebruik. Er is hulpspanning nodig
(alleen voor AA/S 4.1.2).
Belangrijk
Montage en ingebruikname mogen alleen worden uitgevoerd door elektromonteurs. Bij de planning en
inrichting van elektrische installaties en veiligheidsvoorzieningen tegen brand en inbraak moeten de
relevante normen, richtlijnen, voorschriften en bepalingen van het betreffende land in acht worden
genomen.
Apparaat tijdens transport, opslag en bedrijf beschermen tegen vocht, verontreiniging en
beschadiging!
Apparaat alleen binnen de gespecificeerde technische gegevens gebruiken!
Apparaat alleen in afgesloten behuizingen (verdeelkasten) gebruiken!
Vóór montagewerkzaamheden moet het apparaat spanningsvrij worden geschakeld.
Bij uitbreiding of wijziging van de elektrische aansluiting moeten alle polen worden losgekoppeld.
De maximaal toelaatbare stroom van een KNX-lijn mag niet worden overschreden.
Bij de planning en installatie moet erop worden gelet dat de KNX-lijn correct wordt
gedimensioneerd.
Het apparaat heeft een maximale stroomopname van 12 mA.
Sluit geen externe spanningen aan op de uitgangen. Aangesloten componenten moeten een veilige
scheiding van andere spanningen garanderen.
De 0V-klemmen van de uitgangen zijn intern met elkaar verbonden.
Gevaar
AA/S 4.1.2, AA/A 2.1.2 | 2CDC505163D3101 15
®
,