ABB i-bus
KNX
Ingebruikname
68 2CDC 514 070 D3101 | RM/S 4.1
Hoe gedraagt de trappenhuisverlichting zich bij uitval van de busspanning?
Wat er gebeurt bij uitval van de busspanning wordt bepaald door de parameter Gedrag bij uitval
busspanning in het parametervenster A: Uitgang (6 A).
Hoe gedraagt de trappenhuisverlichting zich bij terugkeer van de busspanning?
Wat er gebeurt bij terugkeer van de busspanning wordt door twee objecten bepaald:
1.
Door het communicatieobject Functie Tijd blokkeren. Als de trappenhuisverlichting na
terugkeer van de busspanning wordt geblokkeerd, kan de trappenhuisverlichting via het
communicatieobject Schakelen alleen in- of uitgeschakeld worden.
2.
Door de instelling van het communicatieobject Schakelen. Of het licht bij terugkeer van de
busspanning wordt in- of uitgeschakeld, hangt af van de parameterinstelling van het
communicatieobject Schakelen.