Inhoudsopgave
Advertenties
3. Installatie
De installatie moet in overeenstemming met plaatse-
lijke wetgeving en richtlijnen worden uitgevoerd. De
Sololift+ WC-1 moet in dezelfde ruimte worden geïn-
stalleerd als de aangesloten eenheden.
Houdt u er alstublieft rekening mee dat alle Sololift+
modellen toegankelijk moeten zijn voor onderhoud
en reparatie. Monteurs zullen niet in staat zijn om de
unit te onderhouden of te repareren als deze niet
eenvoudig toegankelijk is
3.1 Elektrische installatie
De elektrische installatie mag uitsluitend door
hiervoor opgeleid personeel worden uitgevoerd.
De Sololift+ WC-1 moet volgens het naamplaatje op
een spanningsbron worden aangesloten.
De installatie moet een aardlekschake-
laar bevatten voor beveiliging tegen
aardlekstroom. Dit waarborgt de veilig-
heid bij gebruik van een Schuko-plug of
een ander alternatief voor een plug met
aardpen.
De Sololift+ WC-1 moet op een netscha-
kelaar worden aangesloten met een
minimale contactopening van 3 mm in
alle polen.
De opvoerinstallatie moet in overeen-
stemming met de wetgeving tegen
waterspatten worden beschermd.
3.1.1 Bedradingsschema
Rp
C
Ra
Afb. 4
3.1.2 Motorbescherming
Bij te hoge temperaturen schakelt de
thermische beveiliging de motor uit en
schakelt deze weer in als de motor vol-
doende is afgekoeld.
3.2 Mechanische installatie
Het vloerbeslag G moet worden gemonteerd om
opheffing te voorkomen als de ruimte onder water
loopt. De Sololift+ WC-1 moet zodanig worden geïn-
stalleerd dat er voldoende toegang voor onderhoud
is.
3.2.1 Hevelwerking
Indien de aansluiting op het riool onder de bodem
van de opvoerinstallatie ligt, raden wij aan een ont-
luchtingsklep te monteren om hevelwerking te voor-
komen.
Indien het laatste leidingdeel na een horizontale
afvoerleiding vertikaal is, dient dit twee maten groter
te zijn dan de horizontale leiding. Indien de horizon-
tale leiding ∅23 is, dient de vertikale leiding ∅40 te
zijn. Indien de horizontale leiding ∅32 is, dient de
vertikale leiding ∅50 te zijn. Zie afb. 5.
Afb. 5
3.2.2 Toepassingsschets
Afb. 6
3.2.3 Aansluiting op toilet
De Sololift+ WC-1 moet worden gebruikt voor een
toilet met horizontale uitgang in overeenstemming
met EN 33 of EN 37. Het toilet moet minimaal 6 liter
per doorspoeling gebruiken.
Druk de opvoerinstallatie tegen het toilet en trek de
huls over de toiletafvoer, zodat de verbinding bedekt
is.
Bevestig de clip en zorg dat de huls in de juiste posi-
tie staat.
Om overmatig geluid te vermijden kan de Sololift+
WC-1 op een afstand van 10 mm van de wand en op
een trillingsdempende basis worden geplaatst.
67
Advertenties
Inhoudsopgave
