6.9. Multimedia-aansluitingen ge-
bruiken
LET OP!
Gevaar voor beschadiging!
Een verkeerde bediening kan leiden
tot schade aan de gebruikte appara-
ten.
Lees voor aansluiting en ingebruik-
neming ook altijd de gebruiksaan-
wijzingen van de aan te sluiten
apparaten. Zorg ervoor dat alle
apparaten bij het aansluiten van de
kabels uitgeschakeld zijn.
LET OP!
Gevaar voor beschadiging!
Als stekkers en bussen niet op de juis-
te manier met elkaar worden verbon-
den, kunnen de contacten beschadigd
raken.
Let op dat de stekkers en bussen
precies bij elkaar passen om be-
schadiging van de contacten te
voorkomen. Door de plaatsing van
de contacten passen veel stekkers
maar op één manier in de bus.
6.9.1.
HDMI
HDMI (High Definition Multimedia Interface) is een inter-
face voor digitale beeld- en geluidsoverdracht. Dit is kwa-
litatief de beste manier van signaaloverdracht en vanaf
versie 2.0 kan hiermee ook de ultra-hd-resolutie worden
weergegeven. Gebruik hiervoor een normale HDMI-kabel:
Verbind de betreffende HDMI-aansluitingen van de
gebruikte apparaten met een HDMI-kabel.
6.9.2. HDMI eARC (Enhanced Audio Re-
turn Channel)
De HDMI 2.1-standaard beschikt over de optie eARC (En-
hanced Audio Return Channel), een verdere ontwikkeling
van het vroegere Audio Return Channel (ARC). eARC
vereenvoudigt de connectiviteit en biedt meer gebruiks-
gemak voor het herkennen van meerdere HDMI-compo-
nenten en de audio-optimalisatie.
Als u een tv-toestel wilt gebruiken als signaalontvanger
EN als signaalbron (voor de overdracht van het geluidssig-
naal naar een audio-receiver), moet u de HDMI2-aanslui-
ting met het audio-terugvoerkanaal (eARC - Enhanced Au-
dio Return Channel) gebruiken. De HDMI-verbinding met
het tv-toestel functioneert dan in beide richtingen. Vanaf
een video-apparaat kunnen er dan beeld- en geluidssig-
nalen worden ontvangen, terwijl bovendien het geluids-
signaal van het tv-toestel via het Audio Return Channel
naar de audio-receiver wordt verzonden.
Verbind het video-apparaat (bijv. een blu-rayspeler) via
HDMI met de audio-receiver.
Verbind de audio-receiver via HDMI/eARC met het
tv-toestel.
Zorg er hierbij voor dat het tv-toestel zo is ingesteld
dat het luidsprekersignaal naar de externe versterker
wordt gestuurd.
6.9.3. HDMI CEC (Consumer Electronics
Control)
CEC is de afkorting van Consumer Electronics Control.
Als u verschillende apparaten met elkaar verbindt via
CEC-compatibele HDMI-aansluitingen, kunnen bepaalde
functies van het volledige HDMI-netwerk worden bediend
met één afstandsbediening (bijv. stand-by- en opname-
functies):
Verbind alle apparaten via CEC-compatibele HD-
MI-aansluitingen met HDMI-kabels. Alle HDMI-aanslui-
tingen van uw tv-toestel zijn CEC-compatibel.
Zorg er hierbij voor dat de CEC-functies voor alle aan-
sluitingen geactiveerd zijn en dat alle apparaten op de
juiste manier worden aangesloten.
6.9.4. USB
Via een USB-aansluiting kunt u opslagmedia zoals USB-
sticks en externe harde schijven aansluiten en uitlezen.
Gebruik hiervoor een geschikte USB-kabel. Als er een ge-
schikte USB-kabel met het opslagmedium is meegeleverd,
gebruik dan deze kabel (bijv. bij harde schijven). Houd al-
tijd rekening met het stroomverbruik van de USB-opslag-
media en gebruik hiervoor geschikte USB-aansluitingen.
Verbind de betreffende USB-aansluitingen van de
apparaten met een hiervoor geschikte USB-kabel. Ge-
bruik zo mogelijk geen USB-verlengsnoer, omdat dit
afhankelijk van de spanning tot problemen kan leiden.
6.9.5. SPDIF
SPDIF (Sony
/Philips Digital Interface) is een interface voor
®
de overdracht van digitale stereo- of meerkanaals-au-
diosignalen tussen verschillende apparaten. Gewoonlijk
wordt het digitale audiosignaal uitgevoerd via een coaxi-
ale (tulpstekker) of optische aansluiting. Het tv-toestel is
uitgerust met een optische SPDIF-aansluiting. Gebruik
hiervoor een normale optische SPDIF-kabel.
Verbind de SPDIF-aansluitingen van de gebruikte toestel-
len met een hiervoor geschikte SPDIF-kabel.
6.9.6. LAN
U kunt het tv-toestel via de LAN-aansluiting verbinden
met het internet, zodat u via het toestel toegang hebt tot
online-content (bijv. streamingdiensten).
Verbind de LAN-aansluiting van het tv-toestel met
behulp van een netwerkkabel (ethernetkabel) met uw
netwerk of de router.
Zorg ervoor dat alle netwerkinstellingen van de appa-
raten in orde zijn.
NL
15