a.
beeldschermeenheid
b.
WLAN-kaart
c.
onderplaat
4. Volg de procedure in
Nadat u in de computer hebt
Camera
De camera verwijderen
1. Volg de procedure in
Voordat u in de computer gaat
2. Verwijder de volgende onderdelen:
a.
onderplaat
b.
WLAN-kaart
c.
beeldschermeenheid
d.
montagekader van het beeldscherm
3. Verwijder de camera als volgt:
a. Schuif de camera met een plastic pennetje uit de beeldschermeenheid [1].
b. Koppel de camerakabel los van de connector [2].
c. Til de camera uit het beeldscherm [3].
De camera plaatsen
1. Lijn de camera uit met de sleuf in de beeldschermeenheid en plaats deze daar.
34
Onderdelen verwijderen en plaatsen
gewerkt.
werken.