Type 3 :
Referentiedruk alarm tijdens het initiëren
4 mogelijke situaties :
-
Reële debiet van de ventilator < gevraagde debiet : het werkingspunt ligt op een drukniveau dat
superieur is aan de maximum toegelaten druk bij het gevraagde debiet.
-
Reële debiet van de ventilator > gevraagde debiet : het initiële debiet kan niet bereikt worden
omdat de onderste limiet van de ventilator is bereikt.
-
Instabiele druk.
-
Na 3 minuten is het gevraagde debiet nog steeds niet bereikt.
Als Pa
niet kan worden opgeslagen en de ventilatoren niet draaien, dan moet u een RESET doen via
réf
de RESET knop op het TAC5 DM circuit.
-
Hierna zal de regeling werken zonder drukalarm. Heeft u dit alarm toch nodig, zoek dan een
stabiel werkingspunt voor de ventilator (lagere druk, ander debiet,...) en herbegin met het
instellen van de referentiedruk.
-
Werkt u in de CPs mode dan kan de regeling niet werken zonder referentiedruk. Zoek dus een
stabiel werkingspunt (lagere druk, ander debiet,...) en herbegin de procedure.
Zie 3 in onderstaande tabel.
Type 4 : Alarm bij het niet respecteren van de instructiewaarde.
Het gevraagde debiet kan niet constant worden gehouden omdat de onder- of bovengrens voor het
functioneren van de motor is bereikt.
Zie 4 in onderstaande tabel.
Type 5 : Alarm bij gegevensfouten in het controlecircuit.
Om dit probleem op te lossen moet u een RESET TOTAL doen in de advanced setup.
Indien het probleem aanhoudt dan moet u het TAC5 DM circuit naar ons terugsturen voor controle.
Zie 5 in onderstaande tabel.
Type 6 : Een brandalarm dat door een extern detectiesysteem wordt gesignaleerd (via een
extern contact).
Na een brandalarm moet u een RESET uitvoeren (via de RESET knop op het TAC5 DM circuit) om
naar de normale werking terug te keren.
Zie 6 in onderstaande tabel. Zie §3.4.4 voor details.
Type 7 : Een onderhoudsalarm (via advanced setup) :
ALARM SERVICE :
VEN.STOP SERVICE : Dit alarm geeft aan dat het aantal draaiuren van de ventilatoren de ingestelde
Zie 7 in onderstaande tabel.
Type 8 : Een communicatie alarm tussen het TAC5 DM circuit en het RC.
Dit alarm signaleert een communicatieprobleem tussen de verschillende modules van de TAC5 DM
regeling. (enkel indien optie RC)
Zie 8 in onderstaande tabel.
Type 9 : Een temperatuurvoeler alarm van T1/T2/T3.
Dit alarm signaleert een probleem met 1 van de voelers T1/T2/T3 aangesloten op het TAC5 DM circuit
(kortsluiting of niet aangesloten). Deze voelers zijn nodig voor de antivriesbeveiliging van de
recuperator.
Na het oplossen van het probleem moet u een RESET doen via de RESET knop van het TAC5 DM
circuit.
Zie 9 in onderstaande tabel.
Type 10: \
Dit alarm geeft aan dat het aantal draaiuren van de ventilatoren de ingestelde
limiet heeft bereikt. Dit alarm zal de ventilatoren niet doen stoppen.
limiet heeft bereikt. Dit alarm zal de ventilatoren doen stoppen.
Installatie- en gebruikshandleiding TAC5 DM
.
28