Stapsgewijze aanvullende voorverwarmer
De stapsgewijze verwarmingsmodule voor door-
stroom kan worden bediend door drie potentiaalvrije
relais in de bedieningsmodule (3 lineaire of 7 binaire
stappen). U kunt u ook twee relais gebruiken (2 lineai-
re of 3 binaire stappen) voor stapsgewijze bediening
van de verwarmingsmodule. Dan kan het derde relais
dienen als bediening van de dompelverwarming in de
boiler/buffertank.
De stappen vinden plaats in intervallen van minimaal
1 minuut en worden met intervallen van minimaal
3 seconden uitgeschakeld.
Stap 1 wordt aangesloten op klem X2:2 op de extra
relaiskaart (AA7).
Stap 2 wordt aangesloten op klem X2:4 op de extra
relaiskaart (AA7).
Stap 3 of de dompelverwarming in de boiler/buffer-
tank worden aangesloten op de klem X2:6 op de ex-
tra relaiskaart (AA7).
De instellingen van de doorgestuurde stapsgewijze
verwarmingsmodule worden ingevoerd in menu 4.9.3
en menu 5.1.12. Alle extra verwarmingen kunnen wor-
den geblokkeerd door de potentiaalvrije relaisfunctie
aan te sluiten op klem X2 van de programmagestuurde
ingang (zie SMO20/SMO40-handleiding, hoofdstuk
Elektrische
aansluitingen,
aansluitingen).
26
Hoofdstuk 05 |
Elektrische aansluitingen
hoofdstuk
Optionele
Noodmodus voor relaisuitgang
Het relais voor de noodmodus kan dienen om de ver-
warmingsmodule te starten;
sluit voor het regelen van de temperatuur de ther-
mostaat aan op het controlecircuit. Zorg ervoor dat
het verwarmingsmiddel door de extra voorverwarmer
stroomt.
Als het relais voor stuurspanning moet worden gebruikt,
sluit dan de voedingsklemmen X1:1 en X1:2, evenals
de nulleider en stuurspanning van de extra voorverwar-
mer, aan op de klemmen X1:0 (N) en X1:4 (L).
HK 200S