Overige handelsmerken en handelsnamen worden in deze tekst gebruikt om te verwijzen of naar de eenheden van de merken en namen of naar hun producten. Dell Inc. verwerpt elk particulier belang voor handelsmerken en handelsnamen anders dan haar eigen belang.
Waar bent u naar op zoek? Hier kunt u het vinden • Informatie omtrent garantie Dell™ Productinformatiehandleiding • Voorwaarden (alleen VS) • Veiligheidsinstructies • Informatie omtrent wet- en regelgeving • Informatie omtrent ergonomie •...
Pagina 12
• Microsoft ® Windows ® -licentielabel Deze labels bevinden zich op de computer. • Gebruik de gegevens op het servicelabel wanneer u naar support.dell.com gaat of contact opneemt met de technische ondersteuning. • Voer de code voor express-service in om uw telefoontje naar de ondersteuning aan de juiste persoon te richten.
Pagina 13
OPMERKING: • Community: online discussies zakelijke, overheids- met andere gebruikers van Dell- en onderwijsklanten kunnen ook producten gebruik maken van de aangepaste • Upgrades: upgrade-informatie voor Dell Premier Support-website onderdelen zoals het geheugen, op premier.support.dell.com.
Pagina 14
(Selecteer een apparaat) naar configuratie. System and Configuration Utilities (Hulpprogramma's voor systeem en configuratie) en klik op Dell Desktop System Software. • Met Windows Vista™ werken Help en ondersteuning van Windows • Met programma's en bestanden...
Uw computer installeren en gebruiken Vooraanzicht van de computer Uw computer installeren en gebruiken...
Pagina 16
Gebruik het servicelabel om de computer te locatie van identificeren wanneer u de Dell Support-website het servicelabel bezoekt of contact opneemt met de technische ondersteuning. optisch station Gebruik het optisch station voor het afspelen van een cd/dvd. Dit paneel dekt het optisch station af optisch-stationspaneel (Weergegeven in geopende stand).
Pagina 17
Gebruik de hoofdtelefoonconnector om hoofdtelefoonconnector hoofdtelefoons en de meeste typen speakers aan te sluiten. microfoonconnector Op de microfoonconnector kunt u een pc- microfoon aansluiten voor spraak- of muziek- registratie bij gebruik van een programma voor geluid of telefonie. Op computers met een geluidskaart bevindt deze connector zich op de kaart.
Achteraanzicht van de computer netsnoerconnector Sluit de stroomkabel aan. stroomselectieschakelaar Voor het selecteren van de netspanning. Geeft aan of de computer is aangesloten netvoedings-LED op het lichtnet. Steek USB-, audio- en andere apparaten in de juiste connectoren op connectoren. Zie “Connectoren op het achter- het achterpaneel paneel”...
kaartsleuven Toegang tot connectoren voor geïnstalleerde PCI- en PCI Express-kaarten. hangslotbeugels De hangslotbeugels dienen voor het bevestigen van een in de handel verkrijgbare beveiliging tegen dief- stal. Door een hangslot aan de hangslotbeugels te bevestigen kunt u de behuizing aan het chassis vast- maken om te voorkomen dat onbevoegden zich toegang kunnen verschaffen tot het inwendige van de computer.
Pagina 20
Wanneer u de computer op een netwerk of breedband- connector apparaat wilt aansluiten, verbindt u het ene uiteinde voor netadapter van een netwerkkabel met een netwerkpoort of met uw netwerk of breedbandapparaat. Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op de connector voor de netwerkadapter op de achterzijde van de computer.
Pagina 21
Gebruik de groene line-out-connector (beschikbaar op L/R line-out- computers met geïntegreerd geluid) om een hoofdtelefoon connector en de meeste luidsprekers met geïntegreerde versterking aan de voorzijde aan te sluiten. Gebruik op computers met een geluidskaart de connector op de kaart. Gebruik de roze connector om een computermicrofoon microfoon op uw computer aan te sluiten voor spraak of muziek...
De computer in een kast plaatsen Als u de computer in een kast plaatst, kan dit de ventilatie nadelig beïnvloeden omdat oververhitting kan ontstaan waardoor de computer minder goed gaat presteren. Volg onderstaande richtlijnen als u de computer in een kast wilt plaatsen: KENNISGEVING: de in de gebruikershandleiding vermelde bedrijfstemperatuur is de maximumtemperatuur van de omgeving rondom de computer die in bedrijf is.
Pagina 23
• Plaats de computer nooit in een kast die geen ventilatieopeningen heeft. Als de luchtstroom wordt beperkt, kan dat invloed hebben op de prestaties van de computer en mogelijk oververhitting veroorzaken. Uw computer installeren en gebruiken...
Een printer installeren KENNISGEVING: zorg dat de installatie van het besturingssysteem is voltooid voordat u een printer op de computer aansluit. Raadpleeg de bij de printer geleverde documentatie voor de volgende informatie over de installatie: • Bijgewerkte stuurprogramma's verkrijgen en installeren. •...
Pagina 25
1 USB-connector 2 USB-connector 3 USB-printerkabel op de computer op de printer 3 Schakel de printer in en vervolgens de computer. 4 Afhankelijk van het besturingssysteem van de computer zult u hierop meestal een printerwizard vinden die u helpt bij het installeren van het stuurprogramma voor de printer.
Cd's en dvd's afspelen KENNISGEVING: oefen geen druk uit op de cd- of dvd-lade wanneer u deze opent of sluit. Zorg dat de lade gesloten is wanneer u het station niet gebruikt. KENNISGEVING: verplaats de computer niet tijdens het afspelen van cd's of dvd's.
Pagina 27
Een cd-speler bevat de volgende basisknoppen: Afspelen Terugspoelen binnen het huidige nummer Pauze Vooruitspoelen binnen het huidige nummer Stoppen Naar het vorige nummer Uitwerpen Naar het volgende nummer Een dvd-speler bevat de volgende basisknoppen: Stoppen Het huidige hoofdstuk opnieuw beginnen Afspelen Vooruitspoelen Pauze...
Het volume aanpassen OPMERKING: wanneer de speakers zijn gedempt, hoort u niet dat er een cd of dvd wordt afgespeeld. 1 Open het venster Volume Control (Volumeregeling). 2 Clik op de schuifregelaar in de kolom Volume Control (Volumeregeling) en schuif die omhoog of omlaag om het volume te verhogen of te verlagen. Klik op Help in het venster Volume Control (Volumeregeling) voor meer informatie over de opties voor volumeregeling.
In de onderstaande instructies wordt uitgelegd hoe u een kopie van een cd of een dvd maakt met Roxio Creator Plus – Dell Edition. U kunt Roxio Creator Plus ook voor andere doeleinden gebruiken, zoals het maken van muziek-cd's van audiobestanden die op de computer zijn opgeslagen, of het maken van reservekopieën van belangrijke gegevens.
Pagina 30
3 U kopieert de cd of dvd als volgt: • Als u maar één cd/dvd-station hebt, gaat u na of de instellingen correct zijn en klikt u op Disc Copy (Schijf kopiëren). De computer leest de bron-cd of -dvd en kopieert de gegevens naar een tijdelijke map op de vaste schijf van de computer.
Pagina 31
Cd-beschrijfbare stations Mediatype Lezen Schrijven Herschrijfbaar Cd-r Cd-rw Dvd-beschrijfbare stations Mediatype Lezen Schrijven Herschrijfbaar Cd-r Cd-rw Dvd+r Dvd-r Dvd+rw Dvd-rw Dvd+r dl Dvd-r dl Misschien Dvd-ram Misschien Nuttige tips • Nadat u Roxio Creator Plus hebt gestart en een Creator-project hebt ®...
• Commercieel beschikbare dvd-spelers die voor televisies worden gebruikt, ondersteunen niet alle beschikbare dvd-indelingen. Zie de bij de dvd- speler geleverde documentatie of neem contact op met de fabrikant voor een lijst met indelingen die door de dvd-speler worden ondersteund. •...
Pagina 33
xD-Picture-kaart en CompactFlash Memory Stick SmartMedia (SMC) Type I en II (CF I/II) (MS/MS Pro) en MicroDrive-kaart SecureDigital-kaart (SD)/ MultiMediaCard (MMC) Uw computer installeren en gebruiken...
U gebruikt de mediakaartlezer als volgt: 1 Ga na hoe het medium of de kaart moet worden geplaatst. 2 Schuif het medium of de kaart in de juiste sleuf totdat deze volledig in de connector is geplaatst. Als u weerstand voelt, mag u het medium of de kaart niet forceren. Controleer of de kaart juist is geplaatst en probeer het opnieuw.
*Niet op alle computers aanwezig. optionele DVI-adapter DVI-connector (wit) TV-OUT-connector VGA-connector (blauw) Eén monitor aansluiten met een VGA-connector en één monitor aansluiten met en DVI-connector 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. 2 Sluit de VGA-connector op de monitor aan op de VGA-connector (blauw) op de achterzijde van de computer.
In de uitgebreide bureaubladmodus kunt u objecten verslepen van het ene scherm naar het andere en wordt de zichtbare werkruimte in feite verdubbeld. Ga naar support.dell.com voor meer informatie over het wijzigen van weergave-instellingen voor uw grafische kaart. Uw computer installeren en gebruiken...
Opties voor energiebeheer in Windows XP Met de energiebeheerfuncties van Windows XP kunt u de hoeveelheid stroom die de computer gebruikt, reduceren wanneer deze is ingeschakeld maar niet wordt gebruikt. Dit is mogelijk door de energie te beperken tot de monitor of de vaste schijf, of de standby-modus of slaapstand te gebruiken.
Voor de sluimerstand wordt een speciaal bestand op de vaste schijf vereist met voldoende schijfruimte om de inhoud van het computergeheugen op te slaan. Daarom maakt Dell een sluimerstandbestand met de juiste grootte voordat de computer wordt afgeleverd. Als de vaste schijf beschadigd raakt, herstelt Windows XP automatisch het sluimerstandbestand.
Pagina 39
Tabblad Energiebeheerschema's Elke standaard energie-insteling wordt een schema genoemd. Als u een van de schema's van Windows die standaard op uw computer zijn geïnstalleerd, wilt gebruiken, selecteert u een schema in het vervolgkeuzemenu Energiebe- heerschema's. De instellingen voor elk schema verschijnen in de velden onder de schemanaam.
Pagina 40
Het tabblad Geavanceerd Op het tabblad Geavanceerd kunt u het volgende doen: • Het energiebeheerpictogram op de Windows-taakbalk plaatsen voor snelle toegang. • Instellen dat de computer naar uw Windows-wachtwoord vraagt voordat de computer terugkeert uit de standby-modus of de slaapstand. •...
2 Bij Systeem en onderhoud klikt u op Energiebeheer. Het volgende dialoogvenster bevat drie energiebeheerschema's. De bovenste optie, Door Dell aanbevolen, is het huidige actieve schema. Klik op de pijl onderin de lijst als u meer energiebeheerschema's wilt weergeven. Wanneer u direct naar de standby-modus wilt gaan zonder een inactieve periode af te wachten, klikt u op Start en daarna op het pictogram Uit.
Voor de sluimerstand wordt een speciaal bestand op de vaste schijf vereist met voldoende schijfruimte om de inhoud van het computergeheugen op te slaan. Daarom maakt Dell een sluimerstandbestand met de juiste grootte voordat de computer wordt afgeleverd. Als de vaste schijf beschadigd raakt, herstelt Windows Vista automatisch het sluimerstandbestand.
Eigenschappen van energiebeheerschema's U geeft standby-modusinstellingen, scherminstellingen, sluimerstand- instellingen (indien beschikbaar) en andere energiebeheerinstellingen op in het venster Eigenschappen van energiebeheerschema's. U opent als volgt het venster Eigenschappen van energiebeheerschema's: 1 Klik op Start → Configuratiescherm→ Systeem en onderhoud→ Systeem en onderhoud→ Energiebeheer. Het hoofdvenster Selecteer een energiebeheerschema verschijnt.
Over RAID-configuraties Dit gedeelte biedt een overzicht van de RAID-configuratie die u eventueel hebt geselecteerd toen u uw computer kocht. Dell biedt RAID-niveau 1 voor de Vostro-computers. Een RAID-niveau 1-configuratie wordt aanbevolen voor de gegevensintegriteit van digitale foto's en audio.
Configuratie RAID-niveau 1 RAID-niveau 1 maakt gebruik van een opslagtechniek met gegevens- redundantie die bekend staat als “mirroring”. Wanneer gegevens worden opgeslagen op de primaire schijf, wordt tevens een kopie van de gegevens opgeslagen op de tweede schijf (de mirror). Een RAID-niveau 1-configuratie offert een snelle toegang tot gegevens op aan de voordelen van redundantie.
Uw vaste schijven configureren voor RAID De computer kan worden geconfigureerd voor RAID, zelfs als u tijdens de aanschaf van de computer niet voor de RAID-configuratie hebt gekozen. De computer moet echter minimaal twee vaste schijven bevatten om een RAID-configuratie te kunnen instellen. Zie “Vaste schijvens” op pagina 139 voor instructies voor het installeren van een vaste schijf.
® RAID configureren met het hulpprogramma Intel RAID Option ROM OPMERKING: hoewel u een RAID-configuratie kunt opbouwen uit vaste schijven van elke gewenste grootte, is het aan te bevelen in elk geval twee even grote schijven te kiezen. In een RAID-niveau 1-configuratie is de omvang van de array gelijk aan de kleinste van de twee schijven die u hebt gebruikt.
Een RAID-volume verwijderen OPMERKING: als u deze handeling uitvoert, gaan alle gegevens op de RAID- schijven verloren. OPMERKING: als de computer op dit moment wordt opgestart vanaf het RAID- volume en u het RAID-volume verwijdert in het hulpprogramma Intel RAID Option ROM, kan de computer niet meer worden opgestart.
Pagina 49
Een RAID 1-volume maken OPMERKING: als u deze handeling uitvoert, gaan alle gegevens op de RAID- schijven verloren. 1 Stel uw computer in op de modus RAID-enabled (RAID ingeschakeld) (zie “Uw computer instellen op de modus RAID-Enabled (RAID ingeschakeld)” op pagina 46). 2 Het hulpprogramma Intel Storage starten: ®...
Pagina 50
Een RAID-volume verwijderen OPMERKING: tijdens deze procedure wordt het RAID 1-volume opgeheven en tegelijkertijd gesplitst in twee vaste niet-RAID-schijven met een partitie. De bestaande gegevensbestanden blijven intact. 1 Het hulpprogramma Intel Storage starten: ® • Klik in Windows XP op Start→ Alle programma’s→ Intel Matrix Storage Manager→...
Pagina 51
3 Klik in het menu Actions (Acties) op Create RAID Volume from Existing Hard Drive (RAID-volume maken van bestaande vaste schijf) om de migratiewizard te starten. 4 Klik op het eerste scherm van de migratiewizard op Next (Volgende). 5 Voer een naam is voor het RAID-volume of accepteer de standaardnaam. 6 Selecteer in de vervolgkeuzelijst RAID 1 als het RAID-niveau.
Pagina 52
Een schijf markeren als extra vaste schijf: 1 Het hulpprogramma Intel Storage starten: ® • Klik in Windows XP op Start→ Alle programma’s→ Intel Matrix Storage Manager→ Intel Matrix Storage Console. ® → Programma’s→ Intel • Klik in Windows Vista op Start Matrix Storage Manager→...
Gegevens overbrengen naar een nieuwe computer Met “wizards” uit uw besturingssysteem kunt u bestanden en andere gegevens overzetten van de ene naar de andere computer, bijvoorbeeld vanuit een oude computer naar een nieuwe computer. Volg hiervoor de onderstaande instructies voor het besturingssysteem dat op uw computer wordt gebruikt. Overbrengen van gegevens met Windows XP In het besturingssysteem Microsoft Windows XP vindt u de Wizard Bestanden en instellingen overzetten, waarmee u gegevens kunt overzetten...
Pagina 54
De Wizard Bestanden en instellingen overzetten uitvoeren met de cd of dvd Operating System (Besturingssysteem) OPMERKING: Voor deze procedure hebt u de cd of dvd Operating System (Besturingssysteem) nodig. Die cd of dvd is optioneel en wordt niet bij alle computers geleverd.
Pagina 55
Gegevens overbrengen naar de nieuwe computer: 1 Klik in het venster Ga nu naar de oude computer op de nieuwe computer op Volgende. 2 Selecteer in het venster Waar bevinden zich de bestanden en instellingen? de gekozen methode voor het overzetten van de bestanden en instellingen en klik op Volgende.
Pagina 56
Meer informatie over deze procedure vindt u op support.dell.com in document #PA1089586 (What Are The Different Methods To Transfer Files From ® ® My Old Computer To My New Dell™ Computer Using the Microsoft Windows Operating System? ). OPMERKING: In sommige landen is dit document van Dell™ Knowledge Base misschien niet beschikbaar.
Pagina 57
Overbrengen van gegevens met Windows Vista In het besturingssysteem Windows Vista vindt u de wizard Easy Transfer waarmee u gegevens kunt overzetten van de oude naar een nieuwe computer. U kunt onder andere de volgende gegevens overzetten: • Gebruikersaccounts • Bestanden en mappen •...
Een thuis- en bedrijfsnetwerk instellen Aansluiten op een netwerkadapter KENNISGEVING: sluit de netwerkkabel aan op de connector voor de netwerk- adapter van de computer. Sluit de netwerkkabel niet aan op de modemconnector van de computer. Pas op dat u een netwerkkabel niet in de telefoonaansluiting steekt.
De wizard Netwerk instellen Bij het besturingssysteem Microsoft Windows kan de wizard Netwerk instellen u helpen bij het delen van bestanden, printers of een internet- verbinding tussen computers thuis of van een klein bedrijf. Windows XP 1 Klik op Start, wijs Alle programma's→ Bureau-accessoires→ Communicatie aan en klik op Wizard Netwerk instellen.
Verbinding maken met internet OPMERKING: internetproviders en hun aanbod zijn per land verschillend. Als u verbinding wilt maken met internet, hebt u een modem of netwerk- verbinding nodig en een internetprovider (ISP). Uw internetprovider biedt een of meer van de volgende opties voor internetverbinding. •...
Pagina 61
Als er geen pictogram van de internetaanbieder op het bureaublad staat of als u een verbinding via een andere aanbieder wilt instellen, voert u de stappen uit van het gedeelte dat past bij uw besturingssysteem: OPMERKING: zie “E-mail-, modem- en internetproblemen” op pagina 67 als u problemen hebt bij het maken van een verbinding met het internet.
Pagina 62
6 Klik op de optie die van toepassing is bij Op welke manier wilt u verbinding met het Internet maken? en vervolgens op Volgende. OPMERKING: Neem contact op met uw internetaanbieder als u niet weet welke verbindingstype u moet selecteren. 7 Gebruik de gegevens die u van uw internetprovider hebt ontvangen om het instellen te voltooien.
Problemen oplossen LET OP: sommige van de in dit hoofdstuk vermelde onderdelen mogen niet door de klant worden vervangen, maar alleen door een gekwalificeerde servicetechnicus. Tips voor het oplossen van problemen Gebruik de volgende tips voor het oplossen van problemen met uw computer: •...
(zie “De batterij vervangen” op pagina 163). Als de batterij nog steeds niet goed functioneert, neemt u contact op met Dell (zie “Contact met Dell” op pagina 203).
102. O E R E L L I A G N O S T I C S U I T . Zie “Het programma Dell Diagnostics starten vanaf de vaste schijf” op pagina 93. Problemen met het optische station OPMERKING: door de hoge snelheid in het optische station ontstaan er vibraties waardoor u geluiden hoort.
Problemen met het schrijven naar een cd/dvd-rw-station L U I T A N D E R E P R O G R A M M A . Het cd/dvd-rw-station moet een constante stroom aan gegevens ontvangen tijdens het schrijven. Als de stroom wordt onderbroken, treedt er een fout op.
E-mail-, modem- en internetproblemen LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. OPMERKING: sluit de modem alleen aan op een analoge telefoonconnector. De modem werkt niet als deze is aangesloten op een digitaal telefoonnetwerk. ®...
Pagina 68
O E R H E T D I A G N O S T I S C H E H U L P P R O G R A M M A V O O R D E M O D E M U I T Windows XP →...
Foutberichten Als het bericht niet wordt vermeld, raadpleegt u de documentatie bij het besturingssysteem of het programma dat werd uitgevoerd toen het bericht verscheen. F I L E N A M E C A N N O T C O N T A I N A N Y O F T H E F O L L O W I N G C H A R A C T E R S \ / : * ? “...
Lockups en problemen met de software LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. De computer start niet op Zorg dat het netsnoer goed is aangesloten op de computer en het stopcontact. De computer reageert niet KENNISGEVING: u loopt het risico dat er gegevens verloren gaan als u...
Een programma werd ontworpen voor een eerdere versie ® ® van het Microsoft Windows -besturingsysteem O E R D E W I Z A R D R O G R A M M A C O M P A T I B I L I T E I T U I T Windows XP Met de wizard Programmacompatibiliteit wordt een programma zodanig geconfigureerd dat het programma wordt uitgevoerd in een omgeving die...
Andere softwareproblemen A A D P L E E G D E D O C U M E N T A T I E B I J D E S O F T W A R E O F N E E M C O N T A C T O P M E T D E F A B R I K A N T V A N D E S O F T W A R E V O O R I N F O R M A T I E O V E R H E T O P L O S S E N V A N P R O B L E M E N •...
Problemen met een mediakaartlezer R I S G E E N S T A T I O N S L E T T E R T O E G E W E Z E N . Wanneer Windows een mediakaart- lezer herkent, wordt er automatisch een stationsletter toegewezen als het volgende logische station na alle andere fysieke stations in het systeem.
• Verwijder de geheugenmodules en plaats de geheugenmodules weer terug (zie “Geheugen plaatsen” op pagina 123) om te controleren of uw computer goed communiceert met het geheugen. • Voer Dell Diagnostics uit (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). Problemen oplossen...
(zie “Geheugen plaatsen” op pagina 123). • Uw computer ondersteunt DDR2-geheugen. Zie “Geheugen” op pagina 183 voor meer informatie over het type geheugen dat uw computer ondersteunt. • Voer Dell Diagnostics uit (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). Problemen met de muis LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
E S T D E M U I S . Sluit een goed werkende muis aan op de computer om te kijken of u de muis kunt gebruiken. O N T R O L E E R D E M U I S I N S T E L L I N G E N Windows XP Klik op Start→...
T A R T D E C O M P U T E R O P N I E U W O P E N M E L D U O P N I E U W A A N B I J H E T N E T W E R K O N T R O L E E R U W N E T W E R K I N S T E L L I N G E N .
L S H E T A A N U I T L A M P J E C O N S T A N T O R A N J E I S . Probleem met de stroom- voorziening of een ingebouwd apparaat werkt niet goed. •...
Pagina 80
O N T R O L E E R D E C O N N E C T O R E N V A N D E P R I N T E R K A B E L S •...
Problemen met de scanner LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. OPMERKING: als u technische ondersteuning nodig hebt, neemt u contact op met de fabrikant van de scanner. A A D P L E E G D E D O C U M E N T A T I E B I J D E S C A N N E R .
Problemen met het geluid en de luidsprekers LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. Geen geluid uit de luidsprekers OPMERKING: de volume-instellingen van bepaalde MP3-spelers overschrijven de volume-instellingen van Windows. Als u MP3-bestanden afspeelt, controleer dan of u het volume van de speler niet hebt uitgeschakeld of gereduceerd.
L I M I N E E R M O G E L I J K E I N T E R F E R E N T I E . Schakel ventilatoren, fluorescerende lampen of halogeenlampen in de buurt van de luidsprekers uit om te controleren op interferentie.
Problemen met video en de monitor LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. OPMERKING: raadpleeg de documentatie bij de monitor voor de procedures voor het oplossen van problemen. Als het scherm leeg is O N T R O L E E R D E K A B E L C O N N E C T O R E N V A N D E M O N I T O R •...
Als het scherm moeilijk te lezen is O N T R O L E E R D E M O N I T O R I N S T E L L I N G E N . Raadpleeg de documentatie bij de monitor voor instructies voor het aanpassen van het contrast, de helderheid en het demagnetiseren (degaussing) van de monitor en het uitvoeren van de zelftest.
Hulpmiddelen voor het oplossen van problemen Aan/uit-lampjes LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. Het aan/uit-lampje (een 2-kleurige LED) op de voorzijde van de computer kan knipperen of continu blijven branden om verschillende situaties aan te geven.
Pagina 88
• Als het aan/uit-lampje blauw knippert, staat de computer in de stand Standby. Druk op een toets op het toetsenbord, beweeg de muis of druk op de aan/uit-knop om de computer te activeren. Als het aan/uit-lampje blauw oplicht en de computer niet reageert: –...
Als uw computer tijdens het opstarten pieptonen laat horen, doet u het volgende: 1 Schrijf de geluidscode op. 2 Start het programma Dell Diagnostics om een ernstigere fout op te sporen (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). Code Beschrijving...
Pagina 90
Code Beschrijving Mogelijke oplossing (herhaalde korte piepjes) Het moederbord Neem contact op met Dell. is misschien defect. RAM-lees/schrijffout. Zorg dat u geen speciale geheugen- module/geheugenconnector hoeft te plaatsen (zie “Richtlijnen voor de installatie van geheugen” op pagina 122). Controleer of de geheugenmodules die u installeert, compatibel zijn met uw computer (zie “Richtlijnen voor de installatie van...
D I S K D R I V E R E A D F A I L U R E . Tijdens de HDD-opstarttest is een mogelijke fout in de vaste schijf geconstateerd. Zie “Contact met Dell” op pagina 203 voor ondersteuning.
Pagina 92
O T I M E R T I C K I N T E R R U P T . Een van de chips op het moederbord werkt niet goed, of het moederbord is defect. Zie “Contact met Dell” op pagina 203 voor ondersteuning.
OPMERKING: als het u met de onderstaande methode niet lukt om dit programma te vinden, neemt u dan contact met ons op; zie hiervoor “Contact met Dell” op pagina 203. 1 Zorg dat de computer op een goed werkend stopcontact is aangesloten.
Dell Diagnostics uit vanaf de cd of dvd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's). 4 Druk op een willekeurige toets om het programma Dell Diagnostics te starten vanaf de partitie met het diagnoseprogramma op uw vaste schijf.
Hoofdmenu van Dell Diagnostics 1 Nadat Dell Diagnostics is geladen en op het scherm het hoofdmenu verschijnt, klikt u op de knop van de gewenste optie. OPMERKING: wij adviseren u om de optie Test System (Systeem testen) te selecteren om een complete test van uw computer uit te voeren.
Pagina 96
Noteer de foutcode en een omschrijving van het probleem en neem contact met ons op; zie “Contact met Dell” op pagina 203. OPMERKING: boven in elk testscherm ziet u het servicelabel van de computer.
Elk apparaat beschikt over een eigen reeks speciale opdrachten die alleen door het bijbehorende stuurprogramma worden herkend. Wanneer Dell u de computer levert, zijn de benodigde stuurprogramma's al geïnstalleerd; u hoeft verder niets te installeren of te configureren. KENNISGEVING:...
Stuurprogramma's controleren Als u problemen met een apparaat ondervindt, controleert u of het stuur- programma de bron van het probleem is en werkt u het stuurprogramma indien noodzakelijk bij. Windows XP 1 Klik op Start en klik vervolgens op Configuratiescherm. 2 Klik bij Kies een categorie op Prestaties en onderhoud→...
Dell op support.dell.comen op de cd of dvd Drivers and Utilities vindt u stuurprogramma's die zijn goedgekeurd voor Dell™-computers. Als u stuurprogramma's installeert die afkomstig zijn van een andere bron, loopt u het risico dat uw computer niet meer goed functioneert.
Pagina 100
4 Zodra het Windows-bureaublad weer verschijnt, plaatst u opnieuw de cd of dvd Drivers and Utilities. 5 Op het scherm Welcome Dell System Owner klikt u op Next (Volgende). OPMERKING: de cd of dvd Drivers and Utilities toont alleen stuurprogramma's voor hardware die standaard in uw computer is geïnstalleerd.
Pagina 101
Handmatig een stuurprogramma installeren Ga na het kopiëren van de stuurprogrammabestanden van de cd of dvd Drivers and Utilities naar de vaste schijf, kunt u gevraagd worden het stuurprogramma handmatig bij te werken. Windows XP 1 Klik op Start en klik vervolgens op Configuratiescherm. 2 Klik bij Kies een categorie op Prestaties en onderhoud→...
• Met Dell PC Restore van Symantec (beschikbaar zijn in Windows XP) en Dell Factory Image Restore (beschikbaar zijn in Windows Vista) kunt u de vaste schijf terugzetten naar de status op het moment dat u de computer kocht.
OPMERKING: de procedures in dit document zijn geschreven voor de standaard- weergave van Windows. Het is dus mogelijk dat wanneer u de klassieke weergave inschakelt, deze procedures niet werken op uw computer van Dell. Systeemherstel starten KENNISGEVING: voordat u de computer in een eerdere status terugzet, moet u alle geopende bestanden opslaan en sluiten en alle actieve programma's afsluiten.
Pagina 104
De laatste herstelbewerking ongedaan maken KENNISGEVING: voordat u de laatste herstelbewerking ongedaan maakt, moet u alle geopende bestanden opslaan en sluiten en alle actieve programma's afsluiten. Het is pas mogelijk om bestanden of programma's te bewerken, te openen of te verwijderen nadat de herstelbewerking is voltooid.
Maak indien mogelijk een reservekopie van de gegevens voordat u een van deze opties gebruikt. Gebruik PC Restore of Dell Factory Image Restore alleen als Systeemherstel de problemen met uw besturingssysteem niet kon verhelpen.
Pagina 106
Nadat u Dell PC Restore hebt verwijderd, kunt u het hulpprogramma niet meer gebruiken voor het herstellen van uw besturingssysteem. Met Dell PC Restore kunt u de vaste schijf terugzetten naar de status op het moment dat u de computer kocht. We raden u aan om PC Restore niet van uw computer te verwijderen, zelfs niet om extra schijfruimte vrij te maken.
Pagina 107
Windows Vista: Dell Factory Image Restore Factory Image Restore gebruiken: 1 Schakel de computer in. Als het Dell-logo verschijnt, klikt u meerdere malen op <F8> om het venster Geavanceerde opstartopties van Vista te openen.
Dell Drivers and Utilities en de cd of dvd Operating System niet bij uw computer zijn geleverd.
Pagina 109
2 Plaats de cd of dvd Operating System (Besturingssysteem). 3 Klik op Afsluiten als het bericht Windows installeren verschijnt. 4 Start de computer opnieuw op. Druk zodra het DELL-logo wordt weergegeven, onmiddellijk op <F12>. OPMERKING: als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem verschijnt, wacht u totdat het bureaublad van Microsoft Windows wordt weergegeven.
Software- en hardwareproblemen oplossen Als een apparaat tijdens de installatie van het besturingssysteem niet wordt gevonden, of wel wordt gevonden maar onjuist wordt geconfigureerd, kunt u het conflict oplossen met de Probleemoplosser voor hardware. Windows XP 1 Klik op Start en vervolgens op Help en ondersteuning. 2 Typ probleemoplosser hardware in het zoekveld en druk op de pijl om de zoekbewerking te starten.
U hebt de stappen in “Uw computer uitschakelen” op pagina 112 en “Voordat u aan de computer gaat werken” op pagina 112 uitgevoerd. • U hebt de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids van Dell™ gelezen. • Een onderdeel kan worden vervangen of – indien afzonderlijk gekocht –...
KENNISGEVING: laat alleen een gekwalificeerde onderhoudstechnicus reparaties aan uw computer uitvoeren. Schade als gevolg van niet door Dell geautoriseerde dienstverlening valt niet onder de garantie. Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 113
KENNISGEVING: als u een kabel loskoppelt, trek dan nooit aan de kabel zelf, maar pak de connector of het treklipje vast. Sommige kabels hebben een connector met vergrendelklemmen. Druk deze in voordat u de kabel loskoppelt. Houd connectoren recht terwijl u ze loskoppelt om buiging van connectorpinnen te voorkomen.
De computerkap verwijderen LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. LET OP: om u te beschermen tegen elektrische schokken, dient u voordat u de computerkap verwijdert altijd eerst de stekker uit het stopcontact te halen. 1 Volg de procedures in “Voordat u begint”...
De binnenkant van uw computer LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. 1 optisch station voedingseenheid optisch stationcomparti- ment (optioneel) 4 diskettestation vaste schijf optionele vaste schijf of mediakaartlezer Onderdelen verwijderen en installeren...
Pinbezetting van de gelijkspanningsconnector (DC) Gelijkspanningsconnector (DC) P1 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 9 10 11 12 Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 119
Pinnummer Signaalbenaming Draadkleur Draaddikte 3,3 V Oranje 20 AWG 3,3 V Oranje 20 AWG Zwart 20 AWG Rood 20 AWG Zwart 20 AWG Rood 20 AWG Zwart 20 AWG Grijs 22 AWG 5 V AUX Paars 20 AWG +12 V Geel 20 AWG +12 V...
Pagina 120
Gelijkspanningsconnector (DC) P2 Pinnummer Signaalbenaming 18-AWG-draad Zwart Zwart +12 VA DC Geel +12 VA DC Geel Gelijkspanningsconnectoren (DC) P3, P4, P5 en P6 Pinnummer Signaalbenaming 18-AWG-draad +3,3 V DC Oranje Zwart +5 V DC Rood Zwart +12 VB DC Gelijkspanningsconnector (DC) P7 Pinnummer Signaalbenaming 22-AWG-draad...
Gelijkspanningsconnector (DC) P8 Pinnummer Signaalbenaming 22-AWG-draad +12 VA DC +12 VA DC +12 VA DC Zwart Zwart Zwart Geheugen U kunt het geheugen van uw computer uitbreiden voor geheugenmodules te installeren op het moederbord. Uw computer ondersteunt DDR2-geheugen. Zie “Geheugen” op pagina 183 voor aanvullende informatie over het door uw computer ondersteunde type geheugen.
Richtlijnen voor de installatie van geheugen • DIMM-connectoren moeten in volgorde worden gevuld, te beginnen met connectoren DIMM_1 en DIMM_3 en vervolgens DIMM_2 en DIMM_4. Als u slechts één DIMM installeert, moet u deze in connector DIMM_1 plaatsen. • Voor de beste prestaties moeten geheugenmodules worden geïnstalleerd in paren van overeenkomstige geheugengrootte, -snelheid en -technologie.
Dell hebt gekocht. Combineer een originele geheugenmodule, indien mogelijk, niet met een nieuwe geheugenmodule.
Pagina 124
geheugenconnector borgklemmen (2) connector (DIMM_1) 3 Lijn de inkeping aan de onderkant van de module uit met de horizontale streep in de connector. uitsparingen (2) geheugenmodule inkeping horizontale streep KENNISGEVING: druk de geheugenmodule met gelijke druk aan de uiteinden recht naar beneden in de connector om schade aan de module te voorkomen. Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 125
4 Druk de module in de connector totdat de module op zijn plaats klikt. Wanneer u de module juist plaatst, klikken de borgklemmen in de uitsparingen aan de uiteinden van de module. 5 Plaats de PCI Express x16-kaart terug. Zie “Kaarten” op pagina 126. 6 Plaats de computerkap terug.
Geheugen verwijderen LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. LET OP: voordat u geheugenmodules gaat verwijderen, moet u eerst de PCI Express x16-kaart verwijderen. Zie “Kaarten” op pagina 126. KENNISGEVING: om schade door statische elektriciteit te voorkomen aan de onderdelen in uw computer, dient u de statische elektriciteit van uw lichaam...
PCI- en PCI Express-kaarten Uw computer ondersteunt twee PCI Express x16-kaarten en één PCI Express x1-kaart. • Volg de procedures in de volgende sectie als u een kaart aanbrengt of vervangt. • Zie “Een PCI- of PCI Express-kaart verwijderen” op pagina 133 als u een kaart verwijdert zonder deze te vervangen.
Pagina 128
kaarthouderbeugel schroef 3 Verwijder de schroef waarmee de kaarthouderbeugel is vastgezet. 4 Til de kaarthouderbeugel uit de computer en leg deze weg op een veilige plaats. 5 Als u een nieuwe kaart installeert, zet dan de punt van de Phillips- schroevendraaier in de uitsparing in de metalen afbreekplaat en draai de schroevendraaier naar buiten om de metalen plaat uit te breken.
Pagina 129
7 Maak de kaart klaar voor installatie. Zie de documentatie die met de kaart is meegeleverd voor informatie over de configuratie van de kaart, interne aansluitingen, of andere aanpassingen voor uw computer. LET OP: sommige netwerkadapters starten de computer automatisch op wanneer ze zijn verbonden met een netwerk.
Pagina 130
9 Tijdens het installeren van een PCI Express-kaart in de x16-kaartconnector moet u de kaart zodanig plaatsen dat de beveiligingsinkeping is uitgelijnd met het beveiligingslipje. 10 Plaats de kaart in de connector en druk de kaart stevig aan. Zorg dat de kaart volledig in de sleuf valt.
Pagina 131
1 uitlijningsgeleider beugel uitlijningsstreep 4 kaarthouderbeugel schroef geleiderklem (2) 7 geleiderinkeping (2) 12 Zet de kaarthouderbeugel terug en zet deze vast met de schroef. Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 132
13 Sluit de kabels aan die verbonden moeten zijn met de kaart. Raadpleeg de kaartdocumentatie voor informatie over de kabel- aansluitingen van de kaart. KENNISGEVING: geleid geen kabels van kaarten over of achter de kaarten. Kabels die over de kaarten zijn geleid, kunnen er voor zorgen dat de computerkap niet goed sluit of dat er schade aan de apparatuur ontstaat.
Pagina 133
Een PCI- of PCI Express-kaart verwijderen 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. 2 Verwijder de computerkap. Zie “De computerkap verwijderen” op pagina 114. 3 Verwijder de schroef waarmee de kaarthouderbeugel is vastgezet. 4 Til de kaarthouderbeugel uit de computer en leg deze weg op een veilige plaats.
Pagina 134
8 Zet de kaarthouderbeugel terug en zet deze vast met de schroef. KENNISGEVING: als u een netwerkkabel gaat aansluiten, sluit die dan eerst aan op het netwerkapparaat en pas daarna op de computer. 9 Plaats de computerkap terug, sluit de computer en apparaten opnieuw op het lichtnet aan en zet ze vervolgens aan.
Frontlijst LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. LET OP: om u te beschermen tegen elektrische schokken, dient u voordat u de computerkap verwijdert altijd eerst de stekker uit het stopcontact te halen. De frontlijst verwijderen 1 Volg de procedures in “Voordat u begint”...
3 Pak de drie frontlijstgrepen een voor een vast en druk ze omhoog om ze los te maken van het voorpaneel. 4 Draai en trek de frontlijst van de voorzijde van de computer af om de frontlijstklemmen uit de sleuven te trekken. 5 Leg de frontlijst op een veilige plaats weg.
Stations Uw computer ondersteunt een combinatie van de volgende apparaten: • maximaal twee seriële ATA-vaste schijven • één optioneel diskettestation of één optionele mediakaartlezer • maximaal twee optische stations 1 optisch station 2 optisch station- 3 diskettestation of compartiment mediakaartlezer (optioneel) 4 optionele vaste schijf 5 vaste schijf...
Aanbevolen verbindingen stationskabels • Sluit de seriële ATA-vaste schijven aan op de connectoren met het label “SATA0” of “SATA1” op het moederbord. • Sluit de seriële ATA cd- of dvd-stations aan op de connectoren met het label “SATA4” of “SATA5” op het moederbord. Stationskabels aansluiten Als u een station installeert, sluit u twee kabels aan –...
Interfaceconnectoren voor station De stationskabelconnectoren zijn slechts op één manier aan te sluiten. Zorg voor het aansluiten dat de kabelconnectorsleutel goed is uitgelijnd met de kabel en het station. interfacekabel interfaceconnector Stationskabels aansluiten en loskoppelen Wanneer u een seriële ATA-gegevenskabel aansluit of losmaakt, gebruikt u hiervoor het trek-lipje.
Pagina 140
Een vaste schijf verwijderen 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. 2 Verwijder de kap van de computer (zie “De computerkap verwijderen” op pagina 114). 3 Maakt de stroom- en gegevenskabels los van de schijf. 4 Maak de gegevenskabel los van de connector op het moederbord. 1 vaste schijf voedingskabel seriële ATA-gegevenskabel...
Pagina 141
5 Verwijder de vier schroeven waarmee de vaste schijf is vastgezet. KENNISGEVING: zorg dat u niet in de schroefgaten krast met de schroeven- draaier om te voorkomen dat u de printplaat van de vaste schijf beschadigt. 6 Schuif het station vervolgens naar voren uit de computer. 7 Als door de verwijdering van dit station de stationsconfiguratie wordt gewijzigd, dient u deze wijzigingen ook door te voeren in System Setup.
Pagina 142
1 vaste schijf voedingskabel seriële ATA-gegevenskabel 4 moederbord- schroeven (4) schroefgaten van het vaste- connector schijfcompartiment (4) 6 Zet de vaste schijf vast met de vier schroeven. 7 Sluit de stroom- en gegevenskabels aan op de schijf. 8 Verbind de gegevenskabel met de connector op het moederbord. 9 Controleer alle kabels om er zeker van te zijn dat ze correct en stevig vastzitten.
Pagina 143
10 Plaats de computerkap terug (zie “De computerkap terugplaatsen” op pagina 181). KENNISGEVING: als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op de netwerkpoort of het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens pas aan op de computer. 11 Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet ze vervolgens aan.
Pagina 144
1 tweede vaste schijf voedingskabel seriële ATA-gegevenskabel (optioneel) 4 moederbordconnector schroeven (4) schroefgaten van het vaste- schijfcompartiment (4) 6 Zet de vaste schijf vast met de vier schroeven. 7 Sluit de stroom- en gegevenskabels aan op de schijf. 8 Verbind de gegevenskabel met de connector op het moederbord. 9 Controleer alle kabels om er zeker van te zijn dat ze correct en stevig vastzitten.
10 Plaats de computerkap terug (zie “De computerkap terugplaatsen” op pagina 181). KENNISGEVING: als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op de netwerkpoort of het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens pas aan op de computer. 11 Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet ze vervolgens aan.
Pagina 146
1 diskettestation gegevenskabel voedingskabel 4 moederbordconnector schroeven (2) 4 Koppel de voedings- en gegevenskabels aan de achterzijde van het diskettestation los. OPMERKING: wanneer u een PCI Express x16-kaart hebt geïnstalleerd, kan het voorkomen dat deze de connectoren voor de diskettestations afdekt. Verwijder deze kaart voordat u de kabels van het diskettestation losmaakt (zie “Een PCI- of PCI Express-kaart verwijderen”...
Pagina 147
8 Als u geen nieuw station monteert, plaatst u het inzetstuk terug (zie “Het inzetstuk van het diskettestationspaneel terugplaatsen” op pagina 151). 9 Plaats de computerkap terug (zie “De computerkap terugplaatsen” op pagina 181). 10 Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet ze vervolgens aan.
Pagina 148
5 Schuif het diskettestation voorzichtig in de FlexBay-sleuf. 6 Lijn de schroefgaten van het diskettestation uit op de schroefgaten van de FlexBay. 7 Draai de twee schroeven vast om het diskettestation te bevestigen. 8 Sluit de stroom- en gegevenskabels aan op het diskettestation. 9 Sluit de gegevenskabel aan op de connector met het label “FLOPPY”...
Pagina 149
14 Ga naar System Setup (zie “System Setup” op pagina 188) en selecteer de gewenste optie bij Diskette Drive (Diskettestation). 15 Controleer of uw computer correct werkt door Dell Diagnostics uit te voeren (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 150
De metalen afbreekplaat van de FlexBay verwijderen Zet de punt van de Phillips-schroevendraaier in de uitsparing in de metalen afbreekplaat en draai de schroevendraaier naar buiten om de metalen plaat uit te breken. Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 151
Het inzetstuk van het diskettestationspaneel terugplaatsen stationspaneelinzetstuk achterkant van computer (optioneel) Houd het stationspaneelinzetstuk in lijn met de hoeken van de lege sleuf voor het diskettestation en druk op het paneelinzetstuk. Het inzetstuk klikt vast. OPMERKING: om te blijven voldoen aan de FCC-richtlijnen raden wij u aan om na het definitief verwijderen van het diskettestation steeds het inzetstuk aan te brengen.
Mediakaartlezer LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. LET OP: om u te beschermen tegen elektrische schokken, dient u voordat u de computerkap verwijdert altijd eerst de stekker uit het stopcontact te halen. Een mediakaartlezer verwijderen 1 Volg de procedures in “Voordat u begint”...
Pagina 153
4 Koppel de FlexBay USB-kabel en de voedingskabel los van de achterkant van de mediakaartlezer en de interne USB-connector op het moederbord (zie “Moederbordcomponenten” op pagina 116). 5 Verwijder de twee schroeven waarmee de mediakaartlezer vastzit. 6 Schuif de mediakaartlezer vervolgens naar voren uit de computer. 7 Als u de mediakaartlezer niet opnieuw installeert, dekt u de opening indien nodig af met het inzetstuk.
Pagina 154
Niet op alle computers aanwezig. 1 mediakaartlezer gegevenskabel voedingskabel 4 moederbordconnector schroeven (2) schroefgaten in de FlexBay-sleuf (2) 9 Breng de frontlijst weer aan (zie “De frontlijst terugplaatsen” op pagina 136). 10 Plaats de computerkap terug (zie “De computerkap terugplaatsen” op pagina 181).
Optisch station LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. LET OP: om u te beschermen tegen elektrische schokken, dient u voordat u de computerkap verwijdert altijd eerst de stekker uit het stopcontact te halen. Een optisch station verwijderen 1 Volg de procedures in “Voordat u begint”...
Pagina 156
1 optisch station gegevenskabel voedingskabel 4 moederbordconnector schroeven (2) Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 157
6 Verwijder de twee schroeven waarmee het optisch station vastzit. 7 Schuif het optisch station vervolgens naar voren uit de computer. 8 Als u geen nieuw station monteert, plaatst u het inzetstuk terug (zie “Het inzetstuk van het diskettestationspaneel terugplaatsen” op pagina 151).
Pagina 158
1 optisch station gegevenskabel voedingskabel 4 moederbord- schroefgaten schroeven (2) connector van het optisch-station- compartiment (2) 9 Breng de frontlijst weer aan (zie “De frontlijst terugplaatsen” op pagina 136). 10 Plaats de computerkap terug (zie “De computerkap terugplaatsen” op pagina 181). KENNISGEVING: als u een netwerkkabel gaat aansluiten, sluit die dan eerst aan op het netwerkapparaat en pas daarna op de computer.
Pagina 159
12 Ga naar System Setup (zie “System Setup” op pagina 188) en selecteer de gewenste optie bij Drive (Station). 13 Controleer of uw computer correct werkt door Dell Diagnostics uit te voeren (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). Een tweede optisch station installeren 1 Volg de procedures in “Voordat u begint”...
Pagina 160
7 Draai de twee schroeven vast om het optisch station te bevestigen. 8 Sluit de stroom- en gegevenskabels aan op de schijf. 9 Sluit de gegevenskabel aan op de moederbordconnector op het moeder- bord. 1 optisch station tweede optisch gegevenskabel station 4 voedingskabel moederbord-...
Pagina 161
15 Ga naar System Setup (zie “System Setup” op pagina 188) en selecteer de gewenste optie bij Drive (Station). 16 Controleer of uw computer correct werkt door Dell Diagnostics uit te voeren (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). Onderdelen verwijderen en installeren...
Pagina 162
Het inzetstuk van het optisch-stationspaneel terugplaatsen stationspaneelinzetstuk (optioneel) achterkant van computer Houd het optisch-stationspaneelinzetstuk in lijn met de hoeken van de lege sleuf voor het optisch station. Druk op het paneelinzetstuk tot het vastklikt. OPMERKING: om te blijven voldoen aan de FCC-richtlijnen raden wij u aan om na het definitief verwijderen van het optisch station steeds het inzetstuk aan te brengen.
Batterij De batterij vervangen LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. KENNISGEVING: om schade door statische elektriciteit te voorkomen aan de onderdelen in uw computer, dient u de statische elektriciteit van uw lichaam eerst te ontladen voordat u elektronische onderdelen van de computer aanraakt.
Pagina 164
6 Plaats de nieuwe batterij in de houder met de “+”-zijde naar boven en klik de batterij vervolgens op zijn plaats. ontgrendelhendel van batterij batterij (positieve zijde) 7 Plaats de computerkap terug (zie “De computerkap terugplaatsen” op pagina 181). KENNISGEVING: als u een netwerkkabel gaat aansluiten, sluit die dan eerst aan op het netwerkapparaat en pas daarna op de computer.
Voedingseenheid LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. KENNISGEVING: om schade door statische elektriciteit te voorkomen aan de onderdelen in uw computer, dient u de statische elektriciteit van uw lichaam eerst te ontladen voordat u elektronische onderdelen van de computer aanraakt.
Pagina 166
voedingseenheid schroeven (4) 6 Schuif de voedingseenheid naar buiten en til de voedingseenheid uit de computer. 7 Schuif de nieuwe voedingseenheid naar de achterwand van de computer. 8 Schroef de voedingseenheid met alle schroeven vast tegen de achterwand van het chassis. LET OP: als u deze schroeven weglaat of niet goed vastdraait, kan dit elektrische schokken veroorzaken omdat deze schroeven essentieel zijn voor de aarding van...
181). 12 Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet ze vervolgens aan. 13 Controleer of uw computer correct werkt door Dell Diagnostics uit te voeren (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). I/O-paneel LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
Het I/O-paneel verwijderen OPMERKING: noteer bij het verwijderen van de kabels hoe de routes van de kabels lopen zodat u deze weer correct kunt positioneren bij het installeren van het nieuwe I/O-paneel. 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. 2 Verwijder de kap van de computer (zie “De computerkap verwijderen”...
181). 7 Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet ze vervolgens aan. 8 Controleer of uw computer correct werkt door Dell Diagnostics uit te voeren (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). Processorventilator LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen.
De processorventilator/koeler verwijderen KENNISGEVING: raak de ventilatorbladen niet aan terwijl u de processor/koeler verwijdert. Hierdoor kan de ventilator beschadigd raken. 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. 2 Verwijder de kap van de computer (zie “De computerkap verwijderen” op pagina 114).
De processorventilator/koeler plaatsen KENNISGEVING: als u de ventilator terugplaatst, zorg dan dat er geen kabels klem komen te zitten die van het moederbord naar de ventilator lopen. 1 Breng de bevestigingsschroeven op de processorventilator/koeler op een lijn met de vier uitstekende metalen schroefgaten op het moederbord. bevestigingsschroeven (4) processorventilator/koeler OPMERKING:...
Processor LET OP: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. De processor verwijderen 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. 2 Verwijder de kap van de computer (zie “De computerkap verwijderen” op pagina 114).
Pagina 173
klep van processor processor socket ontgrendelhendel KENNISGEVING: raak de pinnen in de socket niet aan en zorg dat er niets op de pinnen in de socket valt terwijl u de processor vervangt. 5 Verwijder de processor voorzichtig uit de socket. Laat de ontgrendelhendel in de uitgetrokken positie staan zodat de socket klaar is voor het plaatsen van de nieuwe processor.
De processor plaatsen KENNISGEVING: aard uzelf door een ongeverfd metalen oppervlak op de achterkant van de computer aan te raken. KENNISGEVING: raak de pinnen in de socket niet aan en zorg dat er niets op de pinnen in de socket valt terwijl u de processor vervangt. 1 Volg de procedures in “Voordat u begint”...
Pagina 175
8 Draai de ontgrendelhendel van de socket terug naar de socket en klik de ontgrendelhendel op zijn plaats om de processor vast te zetten. 1 klep van processor 2 lipje 3 processor 4 processorsocket 5 middelste vergrendeling 6 ontgrendelhendel 7 uitlijningsinkeping 8 processorpin-1-indicator 9 uitlijningsinkeping op voorzijde...
10 Breng nieuw warmtegeleidend vet aan op de bovenkant van de processor. 11 Plaats de processor/koeler (zie “De processorventilator/koeler plaatsen” op pagina 171). KENNISGEVING: controleer of de processorventilator/koeler goed en stevig op zijn plek zit. 12 Plaats de computerkap terug (zie “De computerkap terugplaatsen” op pagina 181).
De chassisventilator verwijderen KENNISGEVING: raak de ventilatorbladen niet aan terwijl u de processor/koeler verwijdert. Hierdoor kan de ventilator beschadigd raken. 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. schroeven (4) chassisventilator 2 Verwijder de kap van de computer (zie “De computerkap verwijderen” op pagina 114).
De chassisventilator terugplaatsen 1 Volg de procedures in “Voordat u begint” op pagina 111. schroeven (4) chassisventilator 2 Verwijder de kap van de computer (zie “De computerkap verwijderen” op pagina 114). 3 Schuif de chassisventilator naar de achterwand van de computer toe op zijn plek.
Moederbord Het moederbord verwijderen LET OP: om u te beschermen tegen elektrische schokken, dient u voordat u de computerkap opent altijd eerst de stekker uit het stopcontact te halen. LET OP: de koeler, voedingseenheid en andere componenten kunnen bij een normale werking bijzonder heet worden.
Pagina 180
Moederbordschroeven schroeven (8) moederbord Houd het oude moederbord naast het nieuwe moederbord en controleer of ze identiek zijn. Onderdelen verwijderen en installeren...
181). 8 Sluit uw computer en apparaten aan op het lichtnet en zet ze vervolgens aan. 9 Controleer of uw computer correct werkt door Dell Diagnostics uit te voeren (zie “Dell Diagnostics” op pagina 93). De computerkap terugplaatsen...
Pagina 182
lip van de computerkap sleuf computerkap voorkant computer 7 Zet de computer rechtop. KENNISGEVING: als u een netwerkkabel gaat aansluiten, sluit die dan eerst aan op het netwerkapparaat en pas daarna op de computer. KENNISGEVING: controleer of de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn. Als de ventilatoropeningen zijn geblokkeerd, kunnen ernstige oververhittingspro- blemen ontstaan.
Bijlage Specificaties Processor ® Processortype Intel Core™ 2 Quad-processor. FSB tot max. 1333MHz ® ® Intel Pentium Dual-Core-processor Level 2 (L2) cache Ten minste 512 KB pipelined-burst, eight-way set associative, write-back SRAM Geheugen Type 667-MHz, 800-MHz DDR2 SDRAM Geheugenconnectoren vier Geheugencapaciteit 512 MB, 1 GB of 2 GB Minimumgeheugen...
Pagina 184
Audio Type Realtec ALC888 (7.1-kanaals audio) Uitbreidingsbus Bustype PCI 2.3 PCI Express 1.0A SATA 1.0 en 2.0 USB 2.0 Bussnelheid PCI: 133 MB/s PCI Express: x1 sleuf bidirectionele snelheid - 500 MB/s x16 sleuf bidirectionele snelheid - 8 GB/s SATA: 1.5 Gbps en 3.0 Gbps USB: 480 Mbps hoge snelheid, 12 Mbps volle snelheid, 1,2 Mbps lage snelheid connectoren...
Pagina 185
Vaste schijven Extern toegankelijk een 3,5-inch stationcompartiment (FlexBay) twee 5,25-inch stationcompartimenten Intern toegankelijk twee 3,5-inch stationcompartimenten Beschikbare apparaten twee 3,5-inch seriële vaste ATA-schijven en twee 5,25-inch serieel ATA-cd-rom-, cd-rw-, dvd-rom-, dvd+/-rw-, of combistations (optioneel) een 3,5-inch diskettestation (optioneel) of media- kaartlezer (optioneel) Connectoren Externe connectoren:...
Pagina 186
Connectoren (Vervolg) Geheugen vier 240-pins connectoren Voeding 12V een 4-pins connector Power (voeding) een 24-pins connector Schakelaars en lampjes Voorkant computer: Aan/uit-knop drukknop Aan/uit-lampje blauw lampje: knippert als het systeem zich in de slaapstand bevindt; brandt continu als het systeem is ingeschakeld.
Pagina 187
Voeding Gelijkstroom: Wattage 300 W of 350 W Maximale warmteafgifte Voor een 300 W-voeding: 162 W MHD Voor een 350 W-voeding: 188 W MHD OPMERKING: de warmteafgifte wordt berekend aan de hand van de beoordeling van de voeding. Voltage (zie de veiligheids- 115/230 V AC, 50/60 Hz, 7A/4A instructies in de Product- informatiegids voor...
System Setup openen 1 Zet de computer aan of start deze opnieuw op. 2 Wanneer het blauwe DELL™-logo wordt weergegeven, wacht u totdat de F2-prompt verschijnt. 3 Zodra de F2-prompt verschijnt, drukt u meteen op <F2>.
Pagina 189
System Setup-schermen In het System Setup-scherm ziet u de huidige of instelbare configuratie- gegevens voor uw computer. De gegevens op het scherm zijn opgedeeld in drie gebieden: de lijst met opties, het veld met actieve opties en toetsfuncties. Options List (Lijst met Option Field (Optieveld): dit veld bevat opties): dit veld verschijnt informatie over elke optie.
System Setup-opties OPMERKING: mogelijk worden de items in dit gedeelte niet weergegeven of wijken de items enigszins af van de weergave in dit gedeelte. Dit is afhankelijk van uw computer en de geïnstalleerde apparaten. System Info (Systeeminformatie) Hiermee worden het versienummer en de datumgegevens BIOS Info van het BIOS weergegeven.
Pagina 191
Advanced BIOS Features (Geavanceerde BIOS-functies) • Limit CPUID Value (CPUID-waarde beperken) — CPU Feature Enabled; Disabled (ingeschakeld; uitgeschakeld) (standaardinstelling: Disabled) • Execute Disable Bit (Disable Bit uitvoeren) — Enabled; Disabled (ingeschakeld; uitgeschakeld; standaardinstelling: Enabled) • Virtualization Technology (Virtualisatietechnologie) — Enabled; Disabled (ingeschakeld; uitgeschakeld; standaardinstelling: Enabled) •...
Pagina 192
Boot Device Configuration (Configuratie van opstartapparaat) (Vervolg) Removable; Hard Disk; CDROM; USB-CDROM; Third Boot Device Legacy LAN; Disabled (verwijderbaar; vaste schijf; cd-rom; usb-cd-rom; legacy-LAN; uitgeschakeld; standaardinstelling: CDROM) Enabled; Disabled (ingeschakeld; uitgeschakeld; Boot Other Device standaardinstelling: Disabled) Advanced Chipset Features (geavanceerde chipsetfuncties) Init Display First PCI Slot;...
Power Management Setup (instellingen energiebeheer) S1(POS); S3(STR); standaardinstelling: S3(STR) ACPI Suspend Type Enabled; Disabled (ingeschakeld; uitgeschakeld; Quick Resume standaardinstelling: Disabled) Off; On (uit; aan; standaardinstelling: On) Remote Wake Up Enabled; Disabled (ingeschakeld; uitgeschakeld; USB KB Wake-Up standaardinstelling: Disabled) From S3 Enabled;...
Pagina 194
De opstartvolgorde voor de huidige opstartprocedure wijzigen U kunt deze functie bijvoorbeeld gebruiken om op te geven dat de computer vanaf het cd-station moet worden gestart, zodat u Dell Diagnostics op de cd of dvd Dell Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) kunt uitvoeren, maar u de computer vanaf de vaste schijf wilt starten nadat de diagnostische tests zijn voltooid.
De opstartvolgorde voor toekomstige opstartprocedures wijzigen 1 Open System Setup (zie “System Setup openen” op pagina 188). 2 Gebruik de pijltoetsen om het menu Boot Sequence (Opstartvolgorde) te markeren en druk vervolgens op <Enter> om het menu te openen. OPMERKING: noteer de huidige opstartvolgorde voor het geval u deze nadien wilt herstellen.
2 Verwijder de kap van de computer (zie “De computerkap verwijderen” op pagina 114). 3 Zoek de 3-pins wachtwoordconnector (PSWD) op het moederbord. 4 Verwijder de 2-pins jumperplug van de pinnen 2 en 3 en steek deze weer terug op de pinnen 1 en 2. 5 Wacht ongeveer vijf seconden tot het wachtwoord is gewist.
U moet de BIOS “flashen” zodra er een update beschikbaar is en ook als u het moederbord gaat vervangen. 1 Schakel de computer in. 2 Zoek op de Dell Support-website support.dell.com naar het BIOS- updatebestand voor uw computer. 3 Klik op Download Now om het bestand te downloaden.
Uw computer reinigen WAARSCHUWING: voordat u begint met de procedures in dit gedeelte, moet u de veiligheidsinstructies in de Productinformatiegids raadplegen. Computer, toetsenbord en monitor LET OP: voordat u de computer reinigt, trekt u eerst de stekker van de computer uit het stopcontact.
4 Als de rollers in de balhouder vuil zijn, reinigt u de rollers met een wattenstaafje dat is bevochtigd met isopropylalcohol. 5 Centreer de rollers in de kanalen als deze niet meer goed zijn uitgelijnd. Zorg dat er geen pluisjes van het wattenstaafje achterblijven. 6 Plaats de bal en het plaatje terug en draai het plaatje met de klok mee totdat deze vastklikt.
(alleen voor de V.S.) Tijdens de technische ondersteuning is bij de probleemoplossingsprocedure de medewerking van de klant vereist om de originele instellingen van Dell voor het besturingssysteem, de software en de hardwarestuurprogramma's, alsmede de betreffende functionaliteit van de computer en de door Dell geïnstalleerde hardware, te herstellen.
Definitie van “software en randapparatuur van derden” Software en randapparatuur van derden heeft betrekking op alle rand- apparatuur, accessoires of software die door Dell onder een andere merknaam dan die van Dell worden verkocht (printers, scanners, camera's, games, enzovoort). Ondersteuning voor de software en randapparatuur van derden wordt verstrekt door de fabrikant van het product.
Pagina 202
Indien nodig kunt u voor advies contact opnemen met een medewerker van Dell of een ervaren radio-/televisie-installateur. Overeenkomstig de FCC-richtlijnen, wordt de volgende informatie verstrekt voor het apparaat of de apparaten waarop dit document van toepassing is: Productnaam: Dell™...
Omdat de services per land en product kunnen variëren, is het mogelijk dat sommige services voor u niet beschikbaar zijn. Ga als volgt te werk om met Dell contact op te nemen over verkoop, technische ondersteuning en klantenservice: 1 Ga naar support.dell.com.
Woordenlijst Begrippen in deze woordenlijst zijn alleen voor informatieve doeleinden. De beschreven begrippen hebben al dan niet betrekking op uw specifieke computer. AC — Alternating Current (wisselstroom) — Het soort elektriciteit dat uw computer van stroom voorziet wanneer u de netadapter aansluit op het elektriciteitsnet. Achtergrond —...
Pagina 206
ALS — Ambient Light Sensor — Functie voor het regelen van de helderheid van het scherm. Antivirussoftware — Een programma voor het identificeren, het in quarantaine plaatsen en/of verwijderen van virussen op uw computer. Apparaat — Hardware, zoals een diskettestation, een printer of een toetsenbord, die is geïnstalleerd in of aangesloten op uw computer.
Pagina 207
Bus — Een communicatiepad tussen de onderdelen in uw computer. Bussnelheid — De snelheid, in MHz, waarmee wordt aangegeven hoe snel een bus informatie kan overbrengen. Byte — De basiseenheid van informatie die door uw computer wordt gebruikt. Een byte is gelijk aan 8 bits. C —...
Pagina 208
COA — Certificate of Authenticity (Certificaat van Echtheid) — De alfanumerieke code van Windows, weergegeven op een sticker op uw computer. Dit wordt ook wel de productcode, of het product-ID genoemd. Configuratiescherm — Een hulpprogramma in Windows waarmee u de instellingen voor het besturingssysteem en de hardware, zoals die voor het beeldscherm, kunt aanpassen.
Pagina 209
DMA — Direct Memory Access — Een kanaal waarmee bepaalde soorten gegevens- overdracht tussen RAM en een apparaat mogelijk zijn, om de processor te omzeilen. DMTF — Distributed Management Task Force — Een consortium van hardware- en softwarebedrijven, dat managementnormen ontwikkelt voor verdeelde desktop-, netwerk-, ondernemings- en internetomgevingen.
Pagina 210
ESD kan geïntegreerde circuits in computer- en communicatieapparatuur beschadigen. Express servicecode — Een numerieke code, weergegeven op een sticker op uw Dell™ computer. Gebruik de Express servicecode als u voor ondersteuning contact opneemt met Dell. De Express servicecode wordt in sommige landen niet gebruikt.
Pagina 211
Fahrenheit — Een temperatuurschaal met 32º als vriespunt en 212º als kookpunt van water. FBD — Fully Buffered DIMM — Een DIMM met DDR2 DRAM-chips en een Advanced Memory Buffer (AMB, geavanceerde geheugenbuffer) die de communi- catie tussen de DDR2 SDRAM-chips en het systeem versnelt. FCC —...
Pagina 212
Geheugen — Een ruimte voor tijdelijke gegevensopslag in uw computer. Omdat de gegevens in het geheugen niet blijvend zijn, wordt aanbevolen om uw bestanden regelmatig op te slaan terwijl u er aan werkt, en deze altijd op te slaan voordat u de computer uitschakelt.
Pagina 213
Hyperthreading — Hyperthreading is een technologie van Intel die de algehele prestaties van een computer kan verbeteren door een fysieke processor te laten functioneren als twee logische processoren, en zo in staat is bepaalde taken tegelijkertijd uit te voeren. Hz — Hertz — Een eenheid van frequentie, die gelijk is aan 1 cyclus per seconde. Metingen voor computers en elektronische apparaten worden vaak weergegeven in kilohertz (kHz), megahertz (MHz), gigahertz (GHz), of terahertz (THz).
Pagina 214
IRQ — Interrupt ReQuest — Een elektronisch pad, toegewezen aan een bepaald apparaat, zodat het apparaat met de processor kan communiceren. Aan elke apparaat- verbinding moet een IRQ worden toegewezen. Hoewel dezelfde IRQ aan twee apparaten kan worden toegewezen, kunt u niet op hetzelfde moment met beide apparaten werken.
Pagina 215
Mediasleuf — Een sleuf voor apparaten zoals optische schijven, een tweede batterij of een Dell TravelLite™ module. MHz — Megahertz — Een eenheid van frequentie die gelijk is aan 1 miljoen cycli per seconde.
Pagina 216
Mini-kaart — Een kleine kaart voor geïntegreerde randapparatuur, zoals netwerk- interfacekaarten. De Minikaart is wat betreft functionaliteit gelijk aan een standaard PCI-uitbreidingskaart. Modem — Een apparaat waarmee uw computer kan communiceren met andere computers via analoge telefoonlijnen. Er zijn drie types modem: extern, pc-kaart en intern.
Pagina 217
Opstartmedium — Een cd, dvd of diskette waarmee u uw computer kunt opstarten. Zorg ervoor dat u altijd een opstart-cd, -dvd of -diskette bij de hand hebt in het geval uw harde schijf is beschadigd of uw computer een virus bevat. Uw cd of dvd Drivers and Utilities (Stuur- en hulpprogramma's) is een voorbeeld van een opstartmedium.
Pagina 218
PIO — Programmed Input/Output — Een methode voor het overdragen van gegevens tussen twee apparaten via de processor als onderdeel van het gegevenspad. Pixel — Een enkele punt op een beeldscherm. Pixels worden gerangschikt in rijen en kolommen om een beeld te vormen. Een videoresolutie, zoals 800 x 600, wordt uitgedrukt als het aantal horizontale pixels bij het aantal verticale pixels.
Pagina 219
Reismodule — Een plastic apparaat dat past in de modulesleuf van een draagbare computer om het gewicht van de computer te verminderen. Resolutie — De scherpte en helderheid van een afgedrukte of op een scherm weergegeven afbeelding. Hoe hoger de resolutie, des te scherper de afbeelding. RFI —...
Pagina 220
Serviceplaatje — Een label met streepjescode op uw computer die als identificatie dient als u naar Dell Support gaat op support.dell.com of als u telefonisch contact opneemt met Dell voor klantenservice of technische ondersteuning.
Pagina 221
Standby-modus — Een energiebeheermodus die alle onnodige bewerkingen afsluit om energie te besparen. Strike Zone™ — Versterkt deel van de platformbasis dat de harde schijf beschermt door te functioneren als resonantiedemper wanneer een computer ergens tegenaan stoot of valt (in- dan wel uitgeschakeld). Stroomstootbeveiliging —...
Pagina 222
Systeemkaart — De belangrijkste printplaat in uw computer. Dit wordt ook wel moederbord genoemd. Systeemvak — Het gedeelte van de Windows taakbalk met pictogrammen voor snelle toegang tot programma's en functies, zoals de klok, het volumebeheer en de afdruk- status. Dit wordt ook wel het systeemvak genoemd TAPI —...
Pagina 223
Uitgebreide pc-kaart — Een pc-kaart die bij plaatsing uit de kaartsleuf steekt. UMA — Unified Memory Allocation — Systeemgeheugen dat dynamisch wordt toegewezen aan video. UPS — Uninterruptible Power Supply — Een extra voedingsbron die wordt gebruikt wanneer er een stroomstoring optreedt of wanneer het voltage daalt tot een onaccep- tabel laag niveau.
Pagina 224
Videocontroller — Het schakelsysteem op een videokaart of op de systeemkaart (in computers met een geïntegreerde videocontroller) die, in combinatie met de monitor, de videomogelijkheden levert voor uw computer. Videogeheugen — Geheugen dat bestaat uit geheugenchips voor videofuncties. Videogeheugen is doorgaans sneller dan systeemgeheugen. De grootte van het geïnstalleerde videogeheugen beïnvloedt in de eerste plaats het aantal kleuren dat een programma kan weergeven.
Pagina 225
W — Watt — Eenheid van elektrisch vermogen. Eén watt is 1 ampère stroom bij 1 volt. WHr — Watt-hour (wattuur) — Een maateenheid die wordt gebruikt om de geschatte capaciteit van een batterij aan te geven. Een batterij van 66 WHr levert bijvoorbeeld één uur lang 66 watt, of twee uur lang 33 watt.
108 contact opnemen, 203 Windows Vista opnieuw ondersteuningsbeleid, 200 installeren, 103 support-website, 13 BIOS, 188 Dell Diagnostics, 93 Dell Diagnostics starten vanaf de cd Drivers and Utilities, 94 cd's, 29 vanaf de vaste schijf, 93 afspelen, 26...
Pagina 229
informatie omtrent wet- luidspreker en regelgeving, 11 problemen, 82 volume, 82 informatie vinden, 11 installatiediagram, 11 instellingen system setup, 188 mediakaartlezer internet gebruik, 32 problemen, 67 plaatsen, 152-153 internetverbinding problemen, 74 info, 60 verwijderen, 152 instellen, 60 modem opties, 60 problemen, 67 IRQ-conflicten, 110 moederbord, 116...
Pagina 230
112 problemen, 79 voordat u begint, 111 USB, 24 ondersteuning Probleemoplosser beleid, 200 voor hardware, 110 contact opnemen met Dell, 203 problemen opnieuw installeren algemeen, 71 Windows Vista, 103 batterij, 64 opstarten beleid technische vanaf een USB-apparaat, 194...
Pagina 231
187 volume aanpassen, 82 geheugen, 183 knoppen en lampjes, 186 problemen oplossen omgeving, 187 conflicten, 110 processor, 183 Dell Diagnostics, 93 stations, 185 Probleemoplosser voor technische, 183 hardware, 110 uitbreidingsbus, 184 terugzetten in een eerdere status, 103 video, 183...
Pagina 232
stations, 137 toetsenbord diskettestation plaatsen, 147 problemen, 70 diskettestation verwijderen, 145 optisch station plaatsen, 157, 159 aansluiten op computer, 34, 36 optisch station verwijderen, 155 problemen, 64 seriële ATA, 139 tweede vaste schijf, 143 vaste schijf, 139 opstarten vanaf apparaten, 194 vaste schijf plaatsen, 141 vaste schijf verwijderen, 140 stationspaneelinzetstuk...