19. Houd vingers, haar en kleding weg van de
bewegende band.
20. De loopband kan hoge snelheden bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk af om schokkende
versnellingen te voorkomen.
21. De hartslagmonitor is geen medisch instru-
ment. Verschillende factoren, waaronder
bewegingen van de gebruiker, kunnen de
nauwkeurigheid van de hartslagmetingen
beïnvloeden. De hartslagmonitor dient
slechts om de hartslag globaal te meten, als
hulpmiddel bij het oefenen.
22. Laat de loopband nooit zonder toezicht
ronddraaien. Verwijder altijd de sleutel, zet de
stroomschakelaar in de uitstand (zie tekening
op bladzijde 5 voor de locatie van de stroom-
schakelaar), en haal het stroomsnoer uit
het stopcontact als de loopband niet wordt
gebruikt.
23. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem verplaatst. (Zie MONTAGE
op bladzijde 7 en HOE DE LOOPBAND
INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op bladzijde
17). U moet in staat zijn om 20 kg veilig op te
kunnen tillen om de loopband te verplaatsen.
24. Bij het vouwen of verschuiven van de
loopband dient u erop te letten dat de
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
opbergvergrendeling het onderstel stevig in
de opslagstand houdt.
25. Verander de hellingstand van de loopband
niet door voorwerpen onder de loopband te
plaatsen.
26. Steek geen enkel voorwerp in een opening
van de loopband.
27. Controleer regelmatig alle onderdelen en
draai ze dan goed vast.
GEVAAR:
28.
na gebruik van de loopband uit het stopcon-
tact. Doe dit ook bij het schoonmaken van
de loopband, voor het plegen van onderhoud
en voor het afstellen zoals staat beschre-
ven in deze handleiding. Verwijder nooit de
motorkap tenzij een technicus dat aangeeft.
Onderhoud, anders dan de procedures in
deze handleiding, dient uitsluitend door een
erkende onderhoudsmonteur uitgevoerd te
worden.
29. Te veel oefeningen doen kan leiden tot
ernstig letsel of de dood. Stop onmiddellijk
en begin met af te koelen als u tijdens het
oefenen uitgeput raakt, kortademig wordt of
pijn voelt.
4
trek de stekker altijd direct