Veiligheid
3.9
Veiligheid tijdens bedrijf
3.9.1 Algemeen
•
Het is alleen toegestaan dichtbij de grond met de apparaat te werken. Het is verboden de apparaat
boven mensen te zwenken.
•
In het algemeen is het verboden zich onder zwevende lasten op te houden.
Levensgevaar!!
•
Alleen apparaaten met handgrepen mogen met de hand gevoerd worden.
•
Als de apparaat in gebruik is mogen zich geen mensen in het werkgebied ophouden!
Tenzij dat absoluut noodzakelijk is op grond van de wijze waarop de apparaat wordt gebruikt, bijv.
door de apparaat met de hand te voeren (aan de handgrepen).
•
Het schoksgewijze omhoog of omlaag gaan van het apparaat met en zonder last, bvb. ook
veroorzaakt door het snelle rijden met het draagapparaat/hefwerktuig over oneven terrein is
verboden! Gevaar voor het ontglippen van de gegrepen goederen. Ongekontroleerde
bewegingen van het apparaat.
•
De goederen nooit excentrisch optillen (steeds op
hun lastzwaartepunt)→ kiepgevaar.
•
De apparaat mag niet geopend worden als de
openingsweg door een obstakel geblokkeerd is.
•
Het draagvermogen en de nominale breedtes van de
apparaat mogen niet overschreden worden.
•
De bediener mag de besturingsplaats niet verlaten
zolang de apparaat met lading belast is en moet altijd
zicht hebben op de lading.
•
Vastzittende lasten niet met de apparaat
losscheuren.
•
Lasten nooit dwars trekken of slepen.
Daardoor kunnen onderdelen van het toestel
beschadigd raken (zie afb. A ).
3.9.2 Draagmachines/hefwerktuigen
•
De ingezette draagmachine/hefwerktuigen (bv. graafmachine) moet zich in een bedrijfsveilige
toestand bevinden.
•
De bediener van de draagmachine/hefwerktuigen moet aan de wettelijk voorgeschreven
kwalificaties voldoen.
•
Alleen geïnstrueerde, gekwalificeerde en gecertificeerde personen mogen de
draagmachine/hefwerktuigen bedienen.
De maximaal toegestane draaglast van de draagmachine / hefwerktuigen en de draagdoek mag
in geen geval overschreden worden!
53100420
Abb. A
9 / 15
NL