12
Het wasgoed sorteren en voorbereiden
Het wasgoed sorteren en voorbereiden
Het wasgoed sorteren
• Sorteer op soort weefsel:
– Katoen/linnen voor programma's in de programmagroep KATOEN.
– Gemengde was en synthetische stoffen voor programma's in de program-
magroep SYNTHETICA.
• Sorteren op onderhoudslabel. De onderhoudslabels betekenen:
Drogen in de wasdro-
ger in principe moge-
Stop geen nat wasgoed in de machine als niet op het onderhoudslabel vermeld is
dat het geschikt is om gedroogd te worden in een wasdroger.
Deze machine kan gebruikt worden voor al wasgoed dat voorzien is van het label
"geschikt om gedroogd te worden in een wasdroger".
• Droog nieuwe, gekleurde artikelen niet tegelijk met licht-gekleurd wasgoed. De
kleur van textiel kan afgeven.
• Droog katoenen jersey en breigoed niet het programma EXTRA DROOG. Artikelen
kunnen krimpen!
• Wollen en wolachtige materialen kunnen met het programma WOL worden ge-
droogd. Voor het drogen de wollen kledingstukken zo goed mogelijk centrifu-
geren (max. 1200 omw/min). Alleen wollen kledingstukken samen drogen die
qua materiaal, kleur en gewicht gelijk of vergelijkbaar zijn. Zware wollen stukken
bij voorkeur apart drogen.
Wasgoed voorbereiden
• Om te voorkomen dat was verstrikt raakt: sluit ritsen, knoop dekbedovertrekken
dicht en sluit losse riemen of strikken (bijv. van schorten).
• Maak zakken leeg. Verwijder metalen voorwerpen (paperclips, veiligheidsspel-
den, etc).
• Keer voorwerpen met dubbellaagse weefsels binnenstebuiten (bijv. met katoen
afgewerkte anoraks, de katoenlaag dient aan de buitenkant te zitten). Deze
weefsels drogen dan beter.
Drogen op normale
temperatuur
lijk
Drogen op verlaagde
temperatuur.
Drogen in de wasdro-
ger niet mogelijk