Handset
INT 1
Oproepe Kalender
13
12
11
10
9
1 Display
2 Statusbalk
Symbolen geven de actuele instellingen en de
bedrijfstoestand van het toestel weer
3 Displaytoetsen en functies
Verschillende functies, afhankelijk van de situatie
4 Verbreektoets/aan/uit-toets
Gesprek beëindigen; functie
annuleren; één niveau terug
Terug naar de ruststand;
handset in-/uitschakelen
1
2
10:45
3. aug
3
4
5
6
7
8
kort indrukken
lang
indrukken
5 Navigatietoets/menutoets
Menu openen; microfoon dempen (mute);
Telefoonboek openen;
Volume instellen;
Internetoproep starten;
Door menu's en invoervelden bladeren
6 Hekjetoets/blokkeertoets
Toetsblokkering in-/uitscha-
kelen; kiespauze invoeren
Wisselen tussen hoofdlet-
ters, kleine letters of cijfers
7 R-toets
Ruggespraak (flash)
8 Microfoon
9 Stertoets
Ringtone in-/uitschakelen
Tabel met speciale tekens
openen
10 Aansluiting voor headset (3,5 mm-aansluiting)
11 Toets 1
Antwoordapparaat selec-
teren
12 Verbindingstoets/handsfree-toets
Gesprek beantwoorden;
weergegeven nummer
kiezen; wisselen tussen
normaal en handsfree telefo-
neren; nummerherhalings-
lijst openen
Beginnen met kiezen
13 Berichten-toets
Toegang tot oproepen- en berichtenlijsten;
knippert: nieuw bericht of nieuwe oproep
Als er meerdere functies worden weer-
gegeven, is de toetsfunctie afhankelijk
van de situatie.
Handset
lang
indrukken
kort indrukken
lang
indrukken
lang
indrukken
kort indrukken
lang
indrukken
kort indrukken
lang
indrukken
5