NL
Opmerkingen:
• De batterij kan alleen buiten de camera worden opgeladen.
• Batterijen moeten worden opgeladen voordat de camera voor de
eerste keer wordt gebruikt.
• De batterij moet een temperatuur tussen 10°C en 30°C hebben
om te kunnen worden opgeladen (anders schakelt het oplaadap-
paraat niet in, resp. weer uit).
• Lithium-ion batterijen kunnen altijd en onafhankelijk van de
actuele laadtoestand worden opgeladen. Als een batterij bij het
begin van laden deels is ontladen, wordt volledige lading sneller
bereikt.
• Lithium-ion batterijen moeten alleen in gedeeltelijk opgeladen
toestand worden bewaard, d.w.z. niet volledig ontladen, maar
ook niet volledig opgeladen. Bij zeer langdurige opslag moeten
de batterijen ongeveer tweemaal per jaar gedurende ca. 15
minuten worden opgeladen om diepe ontlading te vermijden.
• Tijdens het laadproces worden de batterijen warm. Dit is
normaal en geen storing.
• Een nieuwe batterij bereikt zijn volledige capaciteit pas na twee
tot drie keer volledig opladen en ontladen door gebruik in de
camera. Dit ontlaadproces moet telkens na ca. 25 cycli worden
herhaald.
• De oplaadbare lithium-ion batterijen genereren stroom door
interne chemische reacties. Deze reacties worden ook door de
buitentemperatuur en luchtvochtigheid beïnvloed. Om een
maximale levensduur van de batterij te bereiken moet deze niet
voor een langere periode aan extreme (hoge of lage) temperatu-
ren (bijv. 's zomers resp. 's winters in een geparkeerde auto)
worden blootgesteld.
144
• De levensduur van elke batterij is – zelfs bij optimaal gebruik –
begrensd! Na enkele honderden keren opladen wordt dit
duidelijk door de korter wordende ontladingstijden.
• Geef defecte batterijen volgens de desbetreffende voorschriften (z.
pagina 135) voor een reglementaire recycling aan een geschikt
inzamelpunt af.
• De verwisselbare batterij voedt een vast in de camera ingebouw-
de bufferbatterij. Deze bufferbatterij zorgt ervoor, dat de
ingevoerde gegevens voor datum en tijd twee dagen lang blijven
opgeslagen. Als de bufferbatterij uitgeput is, moet deze door het
plaatsen van een opgeladen hoofdbatterij weer worden
opgeladen. De volledige capaciteit van de bufferbatterij is – met
geplaatste verwisselbare batterij – na ca. 60 uur weer bereikt.
De camera moet hiervoor niet zijn ingeschakeld. De datum en
tijd hoeven in dit geval niet opnieuw te worden ingevoerd.
• Verwijder de batterij als u de camera een tijd lang niet gebruikt.
Schakel hiervoor van tevoren de camera met de hoofdschakelaar
uit. Anders kan de batterij na enkele weken diep worden
ontladen, d.w.z. de spanning daalt sterk, omdat de camera, zelfs
wanneer deze is uitgeschakeld, een geringe ruststroom verbruikt
(bijv. voor de opslag van uw instellingen).