Het cameraprofiel bewerken
Wanneer een camera voor de eerste keer wordt toegevoegd, wordt deze tijdelijk toegevoegd met het
standaardprofiel voor H.264, MPEG4 en MJPEG.
Zie 'Het opnameprofiel voor de netwerkcamera instellen' (pagina 77) van 'Live streaming' (pagina 89) om
het profiel te wijzigen.
Als u bij de NVR 2 verschillende profielen instelt voor live, opname- en netwerkprofiel, zal één camera de videostreams
`
M
dienovereenkomstig produceren, met verschillende streamindelingen. Let er vooral op dat het live profiel kan variëren afhankelijk
van de gebruikte modus voor schermsplitsing.
Voor camera's waarbij maar één profiel wordt toegepast, is de geproduceerde beeldsnelheid vast volgens de specificatie van
`
het profiel; als er meerde profielen worden toegepast, is de beeldsnelheid van de videoweergave niet gegarandeerd. Als
bijvoorbeeld 2 profielen worden toegepast van 30 fps, kan de camera streams van 20 fps verzenden.
een geregistreerde camera bewerken
1. Klik op de camera die u wilt bewerken in de lijst.
2. Selecteer in het venster 'Camera bewerken' het item en wijzig de informatie.
3. Wanneer u klaar bent, klikt u op de knop <registr.>.
een geregistreerde camera wissen
1. Selecteer de camera die u uit de lijst met camera's wilt verwijderen en klik op <Wissen>.
2. Schakel in het venster 'Camera verwijderen' het selectievakje voor de gewenste camera in.
Klik op <Alles> om alle camera's te verwijderen.
3. Klik op <ok> wanneer u alle gewenste camera's hebt geselecteerd.
Wanneer u een geregistreerde camera verwijdert, zullen de algemeen/gebeurtenis opname en max. bitsnelheid in "Opname-
`
M
instellingen" worden geïnitialiseerd.
Nederlands _65