Het apparaat installeren en configureren > Command Center RX
4
Instelling
SMTP
SMTP-protocol
SMTP-servernaam
SMTP-poortnummer
Time-out SMTP-
server
Verificatieprotocol
SMTP-beveiliging
Verbinding testen
Domeinbeperking
POP3
POP3-protocol
Controle-interval
Nu uitvoeren
Domeinbeperking
Gebruikers-
instellingen POP3
Instellingen
Groottebeperking
voor e-mail
e-mail
verzenden
Adres afzender
Handtekening
Standaardinst.
functies
*1 Deze instellingen dienen te worden opgegeven.
5
Configureer de instellingen.
Voer de items "SMTP" en "Instellingen voor e-mail verzenden" in.
Stel in om e-mails vanaf de machine te versturen.
Geeft het scherm SMTP-protocol weer. Controleer of "SMTP-protocol" is
ingesteld op [Aan]. Als [Uit] is ingesteld, klik dan op [Protocol] en stel het
SMTP-protocol in op [Aan].
*1
Voer de hostnaam of het IP-adres van de SMTP-server in.
Geef het poortnummer op voor de SMTP. Het standaard poortnummer is 25.
Stel de wachttijd voor time-out in seconden in.
Om SMTP-verificatie te gebruiken, voer de gebruikersinformatie voor verificatie in.
Stel SMTP beveiliging in.
Activeer "SMTP-beveiliging" in "SMTP (E-mail TX) " op de
pagina [Protocolinstellingen].
Tests om te bevestigen dat de e-mailfunctie onder de instellingen werkt zonder
een e-mail te verzenden.
Om de domeinen te beperken, klik op [Domeinenlijst] en voer de
domeinnamen van de adressen in die moeten worden toegestaan of
afgewezen. Beperking kan ook worden opgegeven via e-mail adres.
U hoeft de volgende items niet in te stellen wanneer u alleen de functie voor
het verzenden van e-mails vanaf de machine activeert. Stel de volgende items
in als u de functie voor het ontvangen van e-mails op de machine wilt
activeren.
Command Center RX User Guide
Voer de maximumgrootte van te verzenden e-mailberichten in kilobytes in. Als
de grootte van een e-mail deze waarde overschrijdt, dan wordt een foutbericht
weergegeven en wordt het verzenden van de e-mail geannuleerd. Gebruik
deze instelling als u groottebeperking e-mail voor de SMTP-server heeft
ingesteld. Zoniet, voer een waarde in van 0 (nul) om e-mails zonder
groottebeperking te kunnen versturen.
*1
Voer het adres in van de afzender voor wanneer de machine e-mails verzendt,
bijvoorbeeld de apparaatbeheerder. Dit zorgt ervoor dat een antwoord of een
afleveringsfoutrapport naar een persoon wordt gestuurd in plaats van naar het
apparaat. Het adres van de afzender moet correct worden ingevoerd voor SMTP-
verificatie. Het adres van de afzender mag maximaal 256 karakters lang zijn.
Voer de handtekening in. De handtekening is vrije tekst die wordt weergegeven
aan het einde van het e-mailbericht. Deze wordt vaak gebruikt om het apparaat
verder te identificeren. De handtekening mag maximaal 512 karakters lang zijn.
Wijzig de functie standaardinstellingen op de pagina [Gemeensch./Standaard
instellingen taak].
Klik op [Verzenden].
Beschrijving
2-50