Display
Met de menu optie DISPLAY in het menu TEST kunnen alle led indicatoren -waaraan een functie is
toegewezen-, het grafische display, en de toetsen: 0-9, ◄▲▼► en ✔ van het betreffende Penta
6000 Bediendeel op hun functionaliteit worden getest.
Zodra de menu optie DISPLAY geopend is, zullen alle led indicatoren -waaraan een functie is
toegewezen- op het Penta 6000 Bediendeel, en alle pixels van het display zullen geactiveerd worden.
In het display wordt geïnverteerd de tekst "LCD/DISPLAY TEST" weergegeven.
Tijdens de test is het mogelijk om de toetsen; 0-9, ◄▲▼► en ✔ op hun functionaliteit te testen. Als
de toets gedurende de test gedrukt wordt zal in het display aangegeven worden welke toets bediend
word.
Ongeveer 5 seconden na de laatste bediening wordt de test automatisch beëindigd en zal het Penta
6000 Bediendeel automatisch terugkeren naar het TEST menu.
Led indicatoren waaraan geen functionaliteit is toegewezen worden tijdens de test niet geactiveerd.
Zoemer
Met de menu optie ZOEMER in het menu TEST kan de interne zoemer van het Penta 6000
Bediendeel op zijn functionaliteit getest worden.
Zodra de menu optie ZOEMER geselecteerd wordt zal de interne zoemer van het betreffende Penta
6000 Bediendeel geactiveerd worden. Na +/- 10 seconden zal de test worden beëindigd en zal het
Penta 6000 Bediendeel automatisch terugkeren naar het TEST menu.
Printer
Met de menu optie DISPLAY in het menu TEST kunnen alle led indicatoren, het grafische display, en
de toetsen 0-9, ◄▲▼► en ✔ van het betreffende Penta Bediendeel op hun functionaliteit getest
worden.
Met de menu optie PRINTER in het menu TEST kan een op het Penta 6000 Systeem aangesloten -
interne of externe- printer op zijn functionaliteit getest worden.
Zodra de menu optie PRINTER geselecteerd wordt zal de aangesloten printer een test afdruk printen.
Na het afdrukken zal de test worden beëindigd en zal het Penta 6000 Bediendeel automatisch
terugkeren naar het TEST menu.
Uitgangen
Met de menu optie UITGANGEN in het menu TEST, kunnen individuele uitgangen -sirenes, sturingen,
doormelding van brand, nevenindicatoren, etc.- functioneel getest worden zonder daarvoor een
melder in alarm te moeten brengen.
Meldingen -brand, voormelding, ontruiming, alarmen, storing, etc.- van systeemdelen -melders,
detectiezones etc.- hebben prioriteit boven de teststatus en zullen de uitgangen activeren ongeacht of
een uitgang zich in test status bevindt.
Door een uitgang functioneel te testen -zonder daarvoor een melder in alarm te brengen- kan worden
gecontroleerd of:
de uitgang reageert.
bij sturingen of de sturing daadwerkelijk verricht wordt.
bij alarmgevers of de signaalgever met de juiste toonsoort -slow whoop toon- en met
voldoende volume geactiveerd wordt.
Indien de functionele test langer dan 5 seconden duurt wordt tevens de automatische zelftest functie
voor Xp95 & Discovery adresseerbare sirenes / flitslichten gestart. Raadpleeg de paragraaf
Automatische zelf test op pagina 60 voor meer informatie.
Uitgebreide bediening
59