Raadpleeg de paragraaf Navigatie door menuopties en systeeminformatie op pagina 14 voor meer
informatie over de weergegeven informatie in het display van het Penta 6000 Bediendeel.
Na het verhelpen van de oorzaak van de storingsmelding wordt de storingsmelding automatisch door
het Penta 6000 Brandmeldsysteem gereset.
Een storingsmelding beïnvloedt alleen het gemelde systeemdeel en zal de werking van de rest van
het systeem niet beïnvloeden.
Brandmeldingen en alarmen hebben altijd een hogere prioriteit dan storingsmeldingen. Praktisch
betekent dit dat als het Penta 6000 Brandmeldsysteem een storing meldt, bijvoorbeeld een storing in
een sirene, dan zullen de overige systeemdelen -o.a. melders- van het systeem blijven functioneren.
Vervang nooit een (defecte) melder door een ander type melder. Het Penta 6000 Brandmeldsysteem
zal dit als een storing -type gewijzigd- melden.
Opvolging
Handel als volgt indien het Penta 6000 Bediendeel in storing status is:
Handel altijd volgens de lokale regels en het interne alarmorganisatie plan.
ZOEMER UIT
Stel de interne zoemer van de Penta 6000 Bediendeel af met de ZOEMER UIT
toets.
Lokaliseer de locatie en de reden van de storingsmelding.
Hef de oorzaak van de storingsmelding op.
Als de oorzaak van de storing hersteld is zal het Penta 6000 Brandmeldsysteem automatisch de
storingsmelding resetten.
Informeer de onderhouder indien u de storing niet kunt oplossen of indien de
storing terugkeert.
Registreer de melding in het logboek
Uitschakelingen
Het Penta 6000 Bediendeel is in UITSCHAKEL status wanneer de Penta 6000 Bediendeel een
uitschakeling van een systeemdeel meldt.
Op het Penta 6000 Bediendeel wordt in uitschakel status:
de led indicator IN BEDRIJF -groen- geactiveerd.
de led indicator SYSTEEMDEEL UITGESCHAKELD -geel- geactiveerd.
(hoe te handelen)
HOE TE HANDELEN IN GEVAL VAN STORING STATUS
Basisbediening
Via de menustructuur is het mogelijk de
afzonderlijke systeemdelen of groepen van
systeemdelen in en uit te schakelen.
Raadpleeg de paragraaf Uitschakelen op
pagina 42 voor meer informatie over het
uitschakelen
en
inschakelen
systeemdelen.
Voor uitschakelingen worden er normaliter
geen sturingen, sirenes -voor ontruiming-
geactiveerd.
Afhankelijk van het systeemontwerp en het
uitgeschakelde
systeemdeel
vastzet
inrichtingen
zoals
gedeactiveerd worden -deuren worden niet
langer door kleefmagneet opengehouden-.
van
kunnen
deur
kleefmagneten
31