15.11
BESTURINGSWIJZIGINGSMENU
Het menu voor het wijzigen van de printplaat maakt het mogelijk de
andere warmtepomp(en) weer te geven wanneer deze in pLAN zijn
aangesloten en de instellingen van de elektronische printplaat/het
paneel dit toelaten.
15.12
ASSISTENTIEMENU
Het menu Assistance presenteert een submenu met de volgende
structuur:
•
A. TAALVERANDERING
•
B. INFORMATIE
•
C. HULP BIJ INVOER/UITVOER
•
D. GEWERKTE UREN
•
E. CONFIG. BMS
•
F. PARAM. HULP
•
G. HANDMATIG BEHEER
A. TAALVERANDERING
Met dit menu kan de taal worden gewijzigd, indien beschikbaar.
MASKER GA01 - Mogelijke taal: Italiaans, Engels, Duits en Frans.
B. INFORMATIE*
Dit menu bevat opties met relevante informatie over de software, de
besturingskaart, de kleppen en de omvormer, voorbehouden aan de
technische bijstand.
C. INPUT / OUTPUT ASSISTENTIE
Dit menu bevat maskers voor input en outout, voorbehouden aan de
technische assistentie.
•
OPTIE GC16 - Toont in stappen en percentages de opening van
de injectieklep klepopening.
•
OPTIE GC17 - Status van de omvormer.
•
OPTIE GC18 - Status van de omvormer.
•
OPTIE GC22 - Omvormerstatus.
•
OPTIE GC23 - Status van de omvormer.
•
OPTIE GC24 - Digitale ingangen
•
OPTIE GC25 - Digitale ingangen
•
OPTIE GC26 - Digitale ingangen
•
OPTIE GC27 - Digitale uitgangen
•
OPTIE GC29 - Digitale uitgangen
•
OPTIE GC32 - Ventilatorstatus
D. GEWERKTE UREN
Met dit menu kan de werktijd worden gecontroleerd.
MENU GD01 - In dit masker worden de totale uren van de warmtepomp
pomp weergegeven.
MENU GD02 - In dit masker wordt het aantal ontdooi-uren van de
machine tijdens de werking van de warmtepomp weergegeven.
E. CONFIGURATIE BMS
Met dit menu kan het communicatieprotocol van de poort "BMS" van
de elektronische besturing worden ingesteld. Dit menu is beveiligd
met een wachtwoord. Alleen bevoegd personeel kan er toegang toe
krijgen.
38
F. BIJSTANDSPARAMETER
Dit menu is beveiligd met een wachtwoord. Alleen het geattesteerde
personeel kan het invoeren.
•
A. Tellerinstellingen
•
B. Sensorkalibratie
•
C. Thermoregulatie
•
D. Standaard gebruiker / wachtwoord wijzigen
A. Tellerinstellingen
Gereserveerd voor bevoegd personeel.
B. Sensorkalibratie
•
MENU GFB01 - sensorkalibrering B1 en B2
•
MENU GFB02 - sensorkalibrering B3 en B4
•
MENU GFB03 - sensorkalibrering B5 en B6
•
MENU GFB04 - sensorkalibrering B7 en B8
Voor de sensor B8 kan ook gekozen worden voor:
•
In de unit: de sensor in de unit wordt ingesteld
•
Remote: remote sensor is ingesteld
•
MENU GFB05 - sensorkalibratie B9 en B10
•
MENU GFB06 - sensorkalibratie B11 en B12
•
MENU GFB07 - offset S1, S2
•
MENU GFB08 - offset S3, S4
•
MENU GFB09 - instelling sensorkalibratie B2 en B3
C. Thermoregulatie
MASKER GFC02 - Configuratieaanvraag integratie parameters.
Hiermee kunnen de drempels van de hulpintegratie-interventie (ketel
/ elektrische verwarming) voor de verwarming worden gedefinieerd
op basis van de aanvraag (het vermogen om het instelpunt in een
bepaald tijdsinterval te bereiken) en het proportionele deel ervan.
Hier wordt de bedrijfstoestand gedefinieerd waarin de warmtepomp
hulp van de integratie nodig heeft, namelijk de "crisistoestand".
•
ON-Request: dit is het verzoek gegenereerd door de PID van het
bereikte water dat de integratie activeert.
•
ON-Propor: staat voor de afstand tot de ingestelde waarde, in
percentage, waarboven de hulpintegratie wordt geactiveerd.
Bijvoorbeeld: het percentage van de proportionele band Hc06 is
volgens de fabrieksinstelling ingesteld op 10. De 60% van 10 is 6°C .
Dit is de proportionele waarde die de integratie van de bijverwarming
mogelijk maakt. Als deze waarde hoger is, betekent dit dat de
machine ver van de instelling verwijderd is. Als deze waarde laag
was en de vorige hoger, kan de ketel ook starten als dat niet nodig is,
bijvoorbeeld als de machine lange tijd in de buurt van de ingestelde
waarde blijft (laag proportioneel), zonder deze te bereiken. In dit
geval zou de machine iets kleiner zijn, maar hij zou het water in ieder
geval kunnen verwarmen, zonder dat de ketel hoeft in te grijpen.
De combinatie van de twee voorgaande parameters geeft dus aan
wanneer de machine werkelijk in een crisis verkeert en integratie
nodig heeft. In beide gevallen is de integratie actief.
•
OFF-Propor: dit is het percentage van de proportionele band
Hc06, dat standaard op 10 staat, daaronder wordt de integratie
uitgeschakeld.
•
OFF-Diff: Graden die de integratie meer moet produceren op
Setpoint ingesteld op de warmtepomp.