Bediening van de droogkast
Bedieningspaneel
a Sensortoets (droogtegraad)
Met deze toets kunt u de gewenste
droogtegraad instellen.
b Indicatie PerfectDry
knippert na de start van het pro-
gramma en dooft als de programma-
duur wordt weergegeven. PerfectDry
meet het restvocht in het wasgoed.
Bij de programma's met droogte-
graad zorgt PerfectDry voor een pre-
cieze droging, waarop ook het kalk-
gehalte in het water invloed heeft.
brandt als de droogtegraad aan
het einde van het programma bereikt
is, maar niet bij de programma's
Wol, Warme lucht/DryFresh.
c Sensortoets (extra zacht)
Voor het onderhoud van tempera-
tuurgevoelig wasgoed.
18
d Sensortoets (startvertraging of
tijd)
Hiermee kunt u de startvertra-
ging activeren. Met de startver-
traging kunt u het programma
op een later tijdstip laten
starten: dan brandt . De pro-
grammastart kan 30 minuten
tot maximaal 24 uur worden
uitgesteld. Daardoor kunt u bij-
voorbeeld het lagere nachtta-
rief voor stroom gebruiken.
Bij keuze van het programma
Warme lucht/DryFresh kunt u
de programmaduur (tijd) selec-
teren. De combinatie met start-
vertraging is in dit programma
niet mogelijk.
e Controlelampjes
indien nodig.
Condensreservoir legen
Pluizenfilter en sokkelfilter reini-
gen